We moeten erkennen dat er een bloedig prijskaartje zit aan de biefstuk op ons bord, die is geproduceerd met foute soja uit de tropen.
Na alle aandacht voor het brandende Amazonebos afgelopen zomer kwam GroenLinks onlangs met een initiatiefnota om verdere ontbossing te voorkomen. De intentie achter de plannen is goed, maar de voorgestelde maatregelen zijn niet voldoende om de problemen in de tropen op te lossen. Als Nederland niet verantwoordelijk wil zijn voor alle rampen die zich daar afspelen, moeten we stoppen met het importeren van alle tropische soja, hout en palmolie die samenhangt met ontbossing.
De gevolgen van wereldwijde ontbossing zijn niet mild. 15 tot 20 procent van alle broeikasuitstoot wordt veroorzaakt door deze ontbossing. Daarnaast staat het voortbestaan van enorm veel dier- en plantensoorten op het spel. Natuurverwoesting is namelijk net zo bedreigend voor de biodiversiteit als de opwarming van de aarde.
Ook mensenlevens zijn in gevaar: alleen al in 2017 zijn bijna 200 natuurbeschermers zijn vermoord, vaak door de ‘oerwoudmaffia’. Dit zijn criminele netwerken die het regenwoud illegaal exploiteren. Daarbij worden huizen verwoest en verdwijnt de voedselbron en de cultuur van inheemse stammen. Als de mensen uit deze stammen de misdadigers dwarsliggen door de autoriteiten erbij te halen, worden ze geïntimideerd en in het ergste geval zelfs geëxecuteerd. Deze moorden vinden onder andere plaats in Brazilië, de Filipijnen en de Democratische Republiek Congo. Om te voorkomen dat al deze verschrikkingen nog verder uit de hand lopen, moet de kap van oerwouden wereldwijd zo snel mogelijk stoppen.
Om de ontbossing een halt toe te roepen, kwam GroenLinks met tien voorstellen. De meeste daarvan zijn gericht op internationale diplomatie. Zo wordt er voorgesteld om een multilateraal verdrag op te stellen en moet bosbescherming onderdeel worden van het ambassadebeleid.
Goede voorstellen, maar ze pakken de problemen niet bij de wortels aan. De bosbranden en illegale kap worden namelijk veroorzaakt door een enorme vraag naar soja, tropisch hout en palmolie. Zolang wij deze producten uit de tropen zonder omkijken blijven importeren, zijn wij zelf onderdeel van het probleem. Het is niet te verantwoorden dat Europa bijdraagt aan deze giftige cocktail van natuurverwoesting, ontheemding en moord.
Naast de diplomatieke plannen stelt GroenLinks daarom voor om een keurmerk in te stellen voor producten die aantoonbaar ontbossingsvrij zijn. Dit keurmerk wordt alleen afgegeven als een Europese waakhond kan controleren of aan alle eisen is voldaan. Als landen meewerken aan deze controles, worden de goedgekeurde producten vrijgesteld van importheffingen in nieuwe handelsverdragen. De hoop is dat landen in de tropen zo meer duurzame producten zullen leveren. Het is echter maar de vraag of dit keurmerk voor verandering zal zorgen. Er zullen veel Europese bedrijven zijn die niet omkijken naar zo’n keurmerk en de reguliere producten blijven inkopen. Zo blijven we verantwoordelijk voor de import van foute tropische producten en de massale ontbossing die daarmee gepaard gaat.
Als we echt willen dat de ontbossing stopt, moet het keurmerk verplicht worden voor álle producten uit de tropen. De import van alle tropische soja, hout en palmolie zonder keurmerk wordt dan verboden. Want als de vraag geheel verschuift naar aantoonbaar duurzame producten, zal de ontbossing aan banden worden gelegd.
Het is terecht dat landen met veel tropisch regenwoud onder druk worden gezet door de internationale gemeenschap, maar we moeten ook naar ons eigen importbeleid kijken. Een importverbod is de enige manier om te garanderen dat we niet medeverantwoordelijk zijn voor de misdaden tegen de menselijkheid en de natuur.