Nooit was geschiedenis zo leuk. Je zou wensen dat elke middelbare schoolklas dit theaterstuk zou kunnen zien.
Op 13 mei is het 400 jaar geleden dat Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619) wegens hoogverraad ter dood veroordeeld werd op een schavot dat speciaal voor zijn onthoofding op het Binnenhof was gebouwd. Naast hem stond zijn toegewijde knecht Jan Francken, de enige van zijn getrouwen die de laatste negen maanden van zijn leven bij hem mocht zijn. Manon Barthels (tekst en regie) en Literair Theater Branoul maakten er een theaterstuk over. Het is een briljant, meeslepend en bijzonder stuk geworden. Eentje van een voortreffelijkheid die je niet wilt missen.
Het begint met een video-kennismaking met de oude Johan van Oldenbarnevelt. Dan zit je er eigenlijk al tot over je oren in: je weet wat er gebeuren gaat, wat de man ervan vindt, wat het met hem doet. Nog kun je zijn lot en leven niet geheel overzien, maar instinctief begint het reeds te dagen: hier is iemand groot onrecht gedaan. Door prins Maurits van Oranje. In naam van staat en vaderland. En God, niet te vergeten.
Na deze indrukwekkende intro valt de voorstelling in ruwweg twee delen uiteen. In het eerste deel loodsen Bob Schwarze (Oldenbarnevelt) en Vastert van Aardenne (Francken) het publiek in een onstuimig tempo door de geschiedenis en het leven van de machtige raadspensionaris van de Staten van Holland tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Alle belangrijke wapenfeiten van de man die de politiek van de Nederlanden tientallen jaren heeft bepaald, passeren de revue.
De acteurs doen dat als een soort Mini en Maxi, pingpongend, elkaar vliegen afvangend, in een waterval van rake typeringen en schetsen. En met zo’n humor dat de zaal soms zit te hikken van het lachen. Er is voor gezorgd dat de aandacht niet kan verslappen en het publiek bij de les blijft. Voordat het zoveelste jaartal ook maar aan gapen doet denken, gebeurt er weer iets op het toneel waardoor je rechtop gaat zitten. Licht, geluid, rekwisieten, video, mimiek en spel – alles wordt ingezet. En alles even fraai. Toch is het niet alleen maar lachen. Spannend is het ook. Je zit op het puntje van je stoel, hangt aan de lippen van de spelers die de sterren van de hemel spelen.
Het is ongelofelijk knap hoe Manon Barthels loodzware onderwerpen als staatskunde, godsdiensttwisten, oorlogen, recht en onrecht kristalhelder, ja zelfs vederlicht heeft weten maken. Je verveelt je geen seconde, raakt de draad niet kwijt. De twee acteurs op dat kleine, veelal in goudwarm licht overgoten podium doen de rest. Nooit was geschiedenis zo leuk. Je zou wensen dat elke middelbare schoolklas dit stuk zou kunnen zien. Het zou nieuwe liefdes doen ontvlammen.
Het tweede deel van het toneelstuk begint met de gevangenneming van Johan van Oldenbarnevelt op 29 augustus 1618. Hij verdwijnt achter slot en grendel op het Binnenhof, waar hij bijna negen maanden zal blijven. Verstoken van zijn vrouw en (klein)kinderen, zijn vrienden en boeken. Gedoemd tot niets doen en wachten. Het valt hem zwaar. Alleen zijn knecht Jan Francken blijft bij hem en verzorgt hem tot zijn laatste snik.
Je bent er getuige van hoe de twee mannen, door de omstandigheden op elkaar aangewezen, de tijd samen doorbrengen. Welke listen ze bedenken om het contact met het thuisfront en de buitenwereld te behouden. Hoe Van Oldenbarnevelt zich probeert voor te bereiden op zijn proces en de confrontatie met zijn 24 vooringenomen rechters. Hoe het vertrouwen in de eigen zaak en het geloof in gerechtigheid plaatsmaken voor frustratie, opstandigheid en uiteindelijk berusting.
De vele alleraardigste details bieden een intiem inkijk in het leven en de mens Van Oldenbarnevelt. De beslotenheid van het kleine theater Branoul maakt dat je er als kijker bovenop zit. In combinatie met het magistrale spel van Bon Schwarze wordt Van Oldenbarnevelt een mens van vlees en bloed. Iemand die je kunt aanraken. En die je vervult met groot respect en sympathie. Je hebt het gevoel hem als een vriend te kennen. Bij zijn onthoofding heb ik zitten grienen. En ik was niet de enige in de zaal.
In amper twee uur iemand leren kennen, doorgronden welk onrecht zijn deel was en zijn dood ervaren als een persoonlijk verlies – dat is heel knap. Grandioos toneel van grote klasse. Bravo!