Gewoon fooi geven

Het is tot mijn aandacht gekomen dat er steeds minder fooi wordt gegeven in de horeca. Inmiddels werk ik al zo’n vier jaar in twee barretjes in Amsterdam, waar ik de ernst van dit fenomeen van dichtbij heb mogen beschouwen. Waar ik eerst ontbijt en avondeten van mijn fooi kon betalen, kan ik tegenwoordig na de dienst geen ham-kaas broodje meer bij de bakker halen. Hier ben ik het niet mee eens.

Minder fooi geven doen mensen sinds 2013 – toen werd contactloos betalen geïntroduceerd. Dé nieuwe en snellere manier van betalen. ‘Alles wat snel is, kan niet goed zijn,’ zegt mijn moeder altijd. Als de nieuwe schilder twee uur eerder klaar was dan de oude, liep mijn moeder alle muren na op druipers.

Stel je voor. Je bent te gast in een café. Dat is al belangrijk om te beseffen: je bent te gast. Het personeel werkt niet voor jou. Ze werken voor zichzelf en de café-eigenaar. Je vindt het een aardig café en je komt er graag. Je denkt dat de barman of vrouw er best wel aardig uit ziet. (Dankjewel trouwens). Dan geef je toch een kleinigheidje? Veel vragen we niet en zeker niet weinig. Durf je vijf cent te geven en weg te lopen met de woorden ‘hou maar’, verwacht dan ook datzelfde geld terug te vinden in je achterhoofd.

De horeca-cao is de slechtste cao die er is. Je werkt de ballen uit je lijf en aan het einde van de maand hou je geen stuiver over. Daarom was er fooi. Hiermee werd horecapersoneel toch nog een hart onder de riem gestoken. (‘Hier jongen, ga jij maar lekker een ijsje kopen’).

Is het je opgevallen dat in elk raam van elke zaak een briefje hangt? ‘Op zoek naar personeel’ staat er. Op zoek zijn naar horecapersoneel in Amsterdam staat gelijk aan op zoek zijn naar een stel niet-doorbloede ogen op de Zeedijk. Onvindbaar.

Horecapersoneel heeft een dubbele functie. Je moet drank kunnen schenken en met verschillende soorten vervelende en interessante mensen kunnen omgaan. Over je heen laten lopen door een corpsbal aan tafel drie moet kunnen. Als hij eerst wit, toen rood en uiteindelijk toch wel witte wijn wil hebben, is dat prima. Je spreekt niet tegen en loopt gewoon heen en weer. Als er aan het einde van de avond maar wat centen in de fooienpot zit. Zo niet kan-ie de volgende keer de pestpleuris krijgen.

Geen fooi geven zorgt ook voor verloedering van je zaak. Weet je van wie ik nu fooi krijg? Beunhazen, (halve)criminelen, drugs dealers, mannen van wie niemand hun echte naam weet.

Ben je toch van mening dat fooi er niet bij hoort? Blijf dan met je dikke reet voor de tv zitten en haal zelf een biertje uit de koelkast.