Volgend jaar wacht 1 miljoen Nederlanders armoede. Het wordt tijd in te zien dat dit een gevolg is van politieke keuzes.
Vandaag 50 jaar geleden begon het tijdperk dat ik de dictatuur van de aandeelhouders noem. Of beter nog: dictatuur van de hebzucht! Deze grensoverschrijdende hebzucht naar altijd maar méér winst, heeft de mens, de samenleving en de natuurlijke leefomgeving uitgeput.
En nu zitten we met de gebakken peren. Van links tot rechts willen partijen de crisis in de bestaanszekerheid van mensen aanpakken. Steeds vaker blijkt de politiek onmachtig. Waarom verkeren zoveel méér mensen in bestaansonzekerheid en ernstige armoede dan enkele decennia geleden, terwijl we als land alleen maar productiever en bovenal rijker zijn geworden? Waarom krijgt de overheid steeds vaker urgente problemen niet opgelost, zelfs als de politieke wil er wel is? En waarom overschrijden we steeds meer ecologische grenzen, ondanks het groeiende bewustzijn van de ernst van de consequenties?
Vandaag precies 50 jaar geleden, op 11 september 1973, greep een militaire junta onder leiding van generaal Pinochet in Chili de macht. Mét steun van de CIA werd de democratisch verkozen socialist Allende van de macht (en z'n leven) beroofd. Generaal Pinochet zou tenminste de vrije markt respecteren. En voor onze democratie was die vrije markt essentieel, zo leerde een nieuwe generatie leerlingen van politiek econoom Milton Friedman aan de Universiteit van Chicago.
In Chili kregen deze ‘Chicago Boys’ de vrije hand om Friedmans theorie in de praktijk te brengen. Een neoliberale schoktherapie om de inflatie te beteugelen en economische groei weer aan te jagen. Het land werd één grote neoliberale proeftuin. De overheid moest zich niet bemoeien met bedrijven en de economie zo min mogelijk sturen. Omgekeerd moesten bedrijven zich niet met politiek bemoeien. Bedrijven hebben geen sociale verantwoordelijkheid in de ogen van Friedman, maar slechts één verantwoordelijkheid en dat is zoveel mogelijk winst maken ten behoeve van de aandeelhouders.
De economische macht van politieke actoren werd tot een minimum beperkt en publieke taken werden waar mogelijk geprivatiseerd en aan de markt gelaten. Liberalisering en deregulering werd het devies. De ‘onzichtbare hand’ van de vrije markt zou de individuele hebzucht vertalen naar collectieve welvaart, waar dankzij het trickle-down-effect iedereen van zou profiteren.
De coup kostte vooral levens, de schoktherapie leidde vooral tot extreme bezuinigingen en grootschalige armoede. Daarna volgde het ‘economische wonder’. Er kwam inderdaad weer groei, maar vooral van de winsten en private vermogens. De rijken konden hun zakken vullen. De armoede in de publieke sector en bij grote delen van de bevolking bleef. Van trickle-down was nagenoeg geen sprake. Multinationals en hun aandeelhouders waren natuurlijk wel vol lof en de internationale investeringen groeiden als kool. Onder druk van het internationale kapitaal werd dit beleid in steeds meer landen de norm.
Niet alleen in Chili, maar in steeds meer landen nam de politieke speelruimte af. De invloed van de democratie op onze economieën werd kleiner en kleiner. En deze beperking werd - net als in Chili - in steeds meer (grond)wetten en internationale (handels- en investerings)verdragen vastgelegd en daardoor steeds lastiger terug te draaien.
Inmiddels regeert de hebzucht van de aandeelhouders en de bijna noodzaak van bedrijven om die te dienen vrijwel overal ter wereld, ook in Nederland. En wat is het resultaat? Groeiende ongelijkheid, uitbuiting en uitputting. Steeds meer concentratie van economische macht en extreme rijkdom en steeds meer onzekerheid voor de meerderheid. Publieke armoede en politiek onvermogen om te sturen. Roofbouw op ons ecosysteem. Ondertussen wacht volgend jaar 1 miljoen Nederlanders armoede. Het wordt tijd in te zien dat dit een gevolg is van politieke keuzes. Als je de een laat graaien, blijft er automatisch minder over voor de ander. En hoewel lastig terug te draaien, ook daarvoor kán de politiek kiezen.
De politiek gaf het roer uit handen en heeft ons overgeleverd aan de zakkenvullers. In Nederland leidde het tot een verdeelde samenleving. De groeiende ongelijkheid loopt in de pas met de toenemende polarisatie.
Politiek is vrijheid bieden door grenzen te stellen: aan de grensoverschrijdende hebzucht van een minderheid. Laten we het roer in handen nemen en de macht terugpakken, nu iedereen de gevolgen van de graaiflatie nog duidelijk voor ogen heeft. Genoeg is genoeg, Nederland verdient beter!