Duurzaam ondernemen anno 2019 betekent ook dat gendergelijkheid op de werkvloer een halszaak wordt.
Gender-issues; sinds#MeToo is de geest uit de fles. Onderwerpen als gendergerelateerd geweld en vrouwenempowerment bereiken nu ook de grote boardrooms, waar ze ongetwijfeld tot verhitte discussies leiden. De toenemende aandacht voor mensenrechten in het nieuws en de politiek voorspelt: genderproblematiek verdwijnt voorlopig niet van de agenda.
De #MeToo campagne bestaat overigens al sinds 2006. De Amerikaanse mensenrechtenactiviste Tarana Burke hoopte overlevenden van seksueel geweld binnen haar community hiermee een hart onder de riem te steken. Toch duurde het nog tot 2017 voor de zinsnede een internationale beweging ontketende, in het kielzog van de aantijgingen tegen Hollywood-magnaat Harvey Weinstein.
Reputatieschade In een tijd waarin wereldnieuws een kwestie van een klik is, moeten bedrijven die nog geen werkwijzen en beleidsregels hebben op het gebied van genderrechten, zich achter de oren krabben. Met zo’n beleid anticiperen werkgevers op een wereldwijde norm, voorkomen ze reputatieschade en doen ze simpelweg het juiste. Dat an sich is al een businesskans. Want hoewel vorig jaar vooruitgang geboekt is op de werkvloer, zien we nog steeds te weinig vrouwen maar ook mensen van kleur, Aziaten en etnische minderheden (BAME) in de directiekamers. Ook verdienen zij nog altijd minder dan hun collega’s. Er is dus nog een lange weg te gaan.
Aandacht schenken aan gendergelijkheid levert bedrijven een hoop op: een gebalanceerd en getalenteerd bestuur, meer herkenning bij de doelgroep, een beter imago en minder ruis in de duurzame toeleveringsketen. De business-case voor vrouwenempowerment heeft zich al in talloze sectors bewezen.
Sta hier eens bij stil: bijna de helft van al het werk in de landbouw wordt uitgevoerd door vrouwen terwijl zij veel minder middelen tot hun beschikking hebben dan mannen. Een gelijk speelveld zou volgens de Food and Agriculture Organisation oogstopbrengsten onder vrouwen met 20 tot 30 procent kunnen verhogen. En een eerlijk loon voor vrouwen betaalt zich voor de werkgever terug in het behoud van personeel, de productiviteit en het algeheel welzijn van het personeel.
Druk Het goede nieuws is dat er in verschillende ketens een hoop gebeurd is sinds de vorige Internationele Vrouwendag. Vanuit de overheid, NGO’s en burgers wordt de druk op bedrijven om te voldoen aan de de UN richtlijnen voor Business en Human Rights opgevoerd. Dit geldt vooral voor het dwangarbeidbeleid. De omvang van sociale bewegingen als #MeToo liet al zien dat dwangarbeid vaak sterk verweven is met gender en seksuele intimidatie. Gelukkig nemen bedrijven deze problematiek steeds serieuzer.
De Ethical Trade Initative (ETI) helderde op hoe bedrijven kunnen reageren op gender-gerelateerde problemen in de ketens. En het non-profit Business for Social Responsibility (BSR) ontwikkelde richtlijnen voor ketencontroles en gender. Beide stomen bedrijven klaar voor juni. Dan adviseert de United Nations Guiding Principles on Business and Human Rights (UNGPs) Working Group de raad voor de mensenrechten over de integratie van gender in bedrijfsbeleid.
Recent heeft de Internationale Arbeidsorganisatie (International Labour Organisation, ILO) een voorstel geformuleerd om wereldwijd agressie en intimidatie op de werkvloer aan te pakken. In juni 2019 wordt bepaald of er een nieuw verdrag komt of alleen een aanbeveling.
Financiële onafhankelijkheid De Nederlandse overheid heeft in 2018 verschillende acties in gang gezet om het aandeel van vrouwen in bestuursfuncties op te krikken. Ook lanceerde zij het Gender & LGBTI Equality Policy Plan 2018 -2021. Op de arbeidsmarkt zet de overheid zich in voor meer werkgelegenheid en inkomen voor vrouwen. Specifiek door haar pijlen te richten op de financiële onafhankelijkheid van de vrouw, de aanstelling van vrouwen in hoge functies en een einde aan de inkomenskloof. Want die mag dan wel iets gekrompen zijn in 2018, vrouwen krijgen nog steeds minder betaald dan mannen. Een ander belangrijke inzicht is dat organisaties gerund door vrouwen meer gewicht krijgen, vooral in de landbouw, aangezien de vraag naar producten gemaakt door vrouwen toeneemt.
Genderproblematiek krijgt steeds meer aandacht in de koffiesector. In 2018 was het thema van International Coffee Day ‘vrouwen in de koffie’. Daarnaast verscheen een documentaire over gender en de koffie-industrie. Ook experts op het gebied van ontwikkeling in toeleveringsketens zijn het erover eens: zonder empowerment van vrouwen worden de UN Sustainable Development Goals níet voor 2030 behaald.
Bij de Rainforest Alliance zagen we dat een hogere levensstandaard in de landbouwsector inherent is aan de ontwikkeling van vrouwen. Meerdere onderzoeken tonen aan: als vrouwen economisch emanciperen, floreren hun families en communities ook. De participatie van mannen in vrouwenempowerment is een integraal onderdeel van het proces naar gendergelijkheid. Hen die rol ontzeggen kan op den duur leiden tot lagere participatie onder vrouwen en tekortschieten op duurzaamheid. Of zelfs een toename van gender-gerelateerd geweld.
Voor alle sectoren – niet alleen de landbouw – betekent meer gelijkheid en sociale rechtvaardigheid óók meer geld in het laatje. Het Better Work Programma, een van de initiatieven binnen de overwegend vrouwelijke kledingsector wijst op een grotere output, minder fouten en minder personeelsverloop.
Bedrijven die dat nog niet gedaan hebben moeten gendergelijkheid bovenaan hun to-do-lijst zetten. Het liefst vandaag nog.