Gênant: kabinet weet nog altijd niet wat institutioneel racisme is

Mark Rutte wilde het in 2020 liever niet over institutioneel racisme in Nederland hebben, want dat vond de premier maar “vermoeiend”. “Het verwordt heel snel tot een ingewikkeld sociologisch debat”, beargumenteerde de VVD’er zijn opstelling tijdens een Kamerdebat.

Inmiddels is het 2022 en worstelt het volgende kabinet onder leiding van Rutte nog steeds met de term institutioneel racisme. Sterker nog: inmiddels lijkt het kabinet ook niet meer te weten wat racisme is, zo valt op te maken uit antwoorden op Kamervragen over racisme bij de Belastingdienst van Sylvana Simons, Khadija Arib, Marieke Koekkoek, Pieter Omtzigt en Farid Azarkan.

Staatssecretaris Marnix van Rij van Fiscaliteit en Belastingdienst gebruikt weer precies hetzelfde argument als Rutte twee jaar geleden: het is allemaal zo ingewikkeld. “Het thema van discriminatie en racisme is voor iedereen een lastig en beladen onderwerp. Een goed gebruik van begrippen als institutioneel racisme, naast discriminatie en racisme, is niet voor alle mensen gemeengoed”, schrijft hij.

Van Rij heeft naar eigen zeggen “iets meer tijd nodig” om tot goede definities te komen van racisme en institutioneel racisme. “Ik kom hierop zo spoedig mogelijk terug.” Ondertussen moeten de Kamerleden nog langer wachten op de antwoorden op hun vragen.

Zal de taskforce die zich ongetwijfeld over deze kwestie gaat buigen, nog voor het eind van Rutte-IV klaar zijn?