De Binnenlandse Veiligheidsdienst (inmiddels AIVD) heeft decennialang linkse journalisten bespioneerd. De BVD hield niet alleen medewerkers van het communistische dagblad De Waarheid in de gaten, maar ging ook de gangen na van mensen als de progressieve onderzoeksjournalist Rudie van Meurs (Vrij Nederland), de anarchistische vrijdenker Anton Constandse (VPRO) en de sociaaldemocratische Mozart-fanaat Martin van Amerongen (Vrij Nederland en De Groene Amsterdammer). Dat schrijft NRC.
Na de oorlog traden veel anticommunistische gereformeerden in dienst bij de BVD. Zij vonden linkse kranten en weekbladen als Vrij Nederland “extra gevaarlijk”. Verreweg de meeste informatie verzamelde de BVD over journalisten van De Waarheid. Zo trof NRC maar liefst zestien BVD-mappen aan over de voormalige verzetsstrijder Joop Wolff, die van 1958 tot 1978 hoofdredacteur was van het communistische dagblad. In het archief liggen ook vijf mappen over zijn opvolger Gijs Schreuders, drie mappen over redacteur Ger Verrips en vijftien over redacteur Wim Klinkenberg. Ondertussen was de geheime dienst blind voor andere gevaren. “Dat is een belangrijke reden dat de BVD in de jaren zeventig de Molukse acties niet heeft zien aankomen”, zegt hoogleraar Beatrice de Graaf in de krant.
NRC onthult daarnaast dat rechts-conservatieve journalisten en media zich voor het karretje van de inlichtingendienst lieten spannen. De BVD leverde artikelen aan die kranten en tijdschriften publiceerden. Onder meer de conservatieve G.B.J. Hiltermann, hoofdredacteur van de Haagse Post, plaatst door de inlichtingendienst bedachte artikelen. Telegraaf-redacteur Jan Heitink meldde zich zelf bij de BVD. Hij solliciteerde bij de inlichtingendienst en ging later als informant aan de slag.
“De BVD-dossiers laten zien hoe de geheime dienst de pers controleerde”, concludeert NRC. “Hoe communistische, linkse en kritische journalisten werden bespioneerd. Hoe de publieke opinie werd beïnvloed met kant-en-klare kopij.”