Men heeft nou eenmaal gekozen voor partijen die bijvoorbeeld journalistiek en rechtspraak demoniseren. Prima, toch?
De meesten van jullie zullen wel bekend zijn met de paradox van tolerantie van Karl Popper. Onbeperkte tolerantie zal uiteindelijk leiden tot intolerantie. De oplossing? Het bestrijden van deze intolerantie. We moeten immers niet toelaten dat intolerantie in de vorm van haat, discriminatie of racisme de overhand krijgt, daar is iedereen het wel over eens. In het huidige politieke discours wordt intolerantie echter vaak gelegitimeerd door een democratische meerderheid, ofwel de wil van ‘het volk’. Als men middels een democratische meerderheid kiest voor intolerantie jegens bepaalde ideeën, groepen mensen of maatschappelijke ontwikkelingen is dit altijd gelegitimeerd. Men heeft nou eenmaal gekozen voor partijen die bijvoorbeeld journalistiek en rechtspraak demoniseren. Prima, toch?
Hier wil ik het onderscheid maken tussen expliciete en impliciete intolerantie. Voor expliciete intolerantie is een willekeurig Twitter-account voldoende om een idee te krijgen wat hiermee wordt bedoeld. Impliciete intolerantie daarentegen, is veel gelaagder, open voor interpretatie en helaas alledaags in de samenleving. Je kunt beweren op te komen voor alle groepen mensen in de samenleving, maar wanneer het puntje bij paaltje komt gaat het om resultaat, niet lullen maar poetsen enzovoorts. Zeggen dat je bestaanszekerheid wil verbeteren om vervolgens de verzorgingsstaat nog meer de gallemiezen in te bezuinigen, schiet niet echt op. Toch weet men het zó te vertellen dat satanistische bezuinigingsdemonen de oorzaak zijn van alle misère. Goddelijke interventies zijn immers niet te stoppen. Zo werd ook de identiteitscrisis op de Radboud Universiteit verholpen, weliswaar door een pauselijke interventie, maar goed, details.
Helaas is er op de Nederlandse hoger onderwijsinstellingen niet alleen sprake van een identiteitscrisis, maar ook een crisis van impliciete intolerantie. Een onderwijsinstelling ter grootte van de Universiteit Utrecht wordt door het kabinet wegbezuinigd. Herschikken en herstructureren! De resultaten omhoog! Kenniseconomie voor de toekomst! Een tikkende tijdbom, het lontje is op, de timer loopt af. Juist nú moeten alarmbellen afgaan, nú zou je actie verwachten! De fundamenten van onze samenleving worden immers afgebroken, het onderwijs op zijn gat. Intolerantie moet bestreden worden, om tolerantie te redden. Maar het enige dat volgt, is oorverdovende stilte: horen, zien en zwijgen.