Flexwerkers geconfronteerd met veel lagere uitkering
• 07-09-2015
• leestijd 2 minuten
Minister Asscher voert zonder aankondiging nieuwe
berekeningsmethode door waardoor WW voor flexwerkers helft lager kan
uitvallen.
Minister Asscher (PvdA) van Sociale Zaken heeft in stilte een nieuwe berekeningsmethode voor de werkeloosheidsuitkering doorgevoerd waardoor flexwerkers en seizoensarbeiders opeens geconfronteerd worden met veel lagere uitkeringen.
Dat schrijft
de Volkskrant maandag. De versobering die per 1 juli is ingegaan zorgt voor een flink lagere uitkering dan flexwerkers en seizoensarbeiders. Dat niemand ervan wist is omdat Asscher de wijziging niet aan de Kamer hoefde voor te leggen. De verandering is in het Staatsblad gepubliceerd waardoor flexwerkers en seizoensarbeiders nu met een voldongen feit worden gesteld.
De klachten over de wijziging hebben geleid tot kritiek uit de Tweede Kamer. De SP heeft een debat aangevraagd.
In het Volkskrantverhaal legt Asscher uit waarom hij de verandering terecht vindt. Volgens de minister kregen mensen die een korte tijd hadden gewerkt soms hogere uitkeringen dan mensen die lang hadden gewerkt en dat vindt hij niet terecht.
Maar de nieuwe regeling pakt nu vooral erg slecht uit voor mensen die niet het hele jaar hebben gewerkt, zoals seizoenswerkers en flexkrachten. Ook mensen die vanuit de WW een tijdelijke baan accepteren, zijn slechter uit door de nieuwe rekenmethode.
Dit komt vooral omdat de hoogte van de WW niet meer wordt bepaald op basis van het aantal gewerkte dagen, maar op basis van een gewerkt jaar en dus 261 dagen. Het loon wordt dan dus door 261 gedeeld om een dagvergoeding te berekenen. Maar als je bijvoorbeeld 130 dagen als ober in een strandtent hebt gewerkt en je loon wordt tóch door 261 dagen gedeeld, valt je uitkering opeens de helft lager uit.
Asscher heeft toegezegd om opnieuw naar de gevolgen van de verandering te kijken.
Lees het hele verhaal op
de website van de Volkskrant.