Dit weekend stapte Khadija Arib (PvdA) boos op als Kamerlid nadat was gebleken dat het presidium een onderzoek naar haar was gestart wegens grensoverschrijdend gedrag. Dit gebeurde nadat de huidige voorzitter van de Tweede Kamer Vera Bergkamp eerder a; anonieme klachten over haar voorganger Arib had ontvangen. Lang bleef vaag wat nu precies de klachten waren. In een reconstructie schetst NRC nu een beeld van ‘aanmatigend en intimiderend’ gedrag van Arib.
De krant schrijft:
De aantijgingen komen niet uit de lucht vallen. De strekking van de brieven wordt onderschreven door de huidige ambtelijke leiding van de Tweede Kamer, die „zelf ook de sociaal onveilige werksfeer heeft ervaren”, schrijft de landsadvocaat in een vertrouwelijk advies waarover de leden beschikken. Het zijn niet de eerste en ook niet de enige signalen over de vermeende handelwijze van Arib, weet het presidium.
Die andere signalen bestaan er onder meer uit dat een deel van de organisatie van de Kamer (“zo’n 650 mensen: bodes, stenografen, griffiers, voorlichters, ICT’ers en ander ondersteunend personeel”) nooit weet welke Khadija Arib ze kunnen verwachten: behulpzaam en vriendelijk, of een beledigende, kleinerende alleenheerser, wat voor “een deken van onzekerheid” zorgt binnen de ambtelijke organisatie:
Bij besprekingen kan Arib ambtenaren vernederen in het bijzijn van collega’s of bezoek van buiten. Ze horen haar dan dingen zeggen als: ‘Jij snapt er echt niets van’. Of: ‘Ik hoef niet te horen wat jij vindt.’ Ze zien hoe ze mensen manipuleert en tegen elkaar opzet. ‘Dit mag je absoluut niet met de griffier bespreken.’ Ze horen haar praten over collega’s: ‘Die is niet capabel.’ Of: ‘Die speelt onder één hoedje met die.’ Ze zien hoe collega’s worden buitengesloten, als Arib ze net voor een vergadering wegstuurt. ‘Jij hoeft hier niet bij te zijn.’ Het komt voor dat ze een stoel laat weghalen om tegen een ongewenste ambtenaar te zeggen: ‘Er is geen plek voor je.’
Ook blijkt uit de reconstructie dat Arib het niet zo nauw nam met de taakverdeling binnen het proces rond de Tweede Kamer. Arib is verantwoordelijk voor het functioneren van de Kamer zelf, maar het ambtelijk apparaat zelf staat onder leiding van de griffier. Het presidium, waarvan Arib voorzitter was, heeft officieel slechts een toezichthoudende rol. Toch blijkt uit de gesprekken die NRC voerde dat Arib die taken niet wilde verdelen en zich positioneerde als directe leidinggevende van ook de griffier. Die laatste, destijds Renata Voss, besloot krap twee jaar na haar aanstelling weer te vertrekken vanwege de werkwijze van Arib. De twee eveneens net aangestelde directeuren binnen het ambtelijk apparaat stapten kort daarna ook op.
Uit het bericht van NRC blijkt ook dat Arib zich goed bewust was van de beeldvorming rond haar persoon: “Een topambtenaar die ze al wekenlang negeert, wordt opeens vriendelijk begroet in het bijzijn van bezoekers of een journalist.”
De overige leden van het presidium zouden de klachten over Arib hebben onderschreven gedurende haar periode als voorzitter en het eens zijn geweest met ambtenaren die haar weg wilden hebben. Het is vooral omdat Aribs voorganger, de slecht functionerende Van Miltenburg al vroegtijdig het voorzitterschap neerlegde, dat werd besloten Arib tot de verkiezingen te laten zitten. Hoewel Arib bij die verkiezingen met 52.493 voorkeurstemmen opnieuw in de Kamer belandt, stemt een Kamermeerderheid van coalitiepartijen VVD, D66, CDA en ChristenUnie voor Vera Bergkamp als nieuwe voorzitter: “In het eerste gesprek met Vera Bergkamp stelt de ambtelijke top een vreselijke tijd achter de rug te hebben onder Arib.”
Lees hier de reconstructie bij NRC.