Er mankeert nogal wat aan de verklaring die de overheid geeft voor het verdwijnen van de ‘Teeven-tap’, dat meldt de Volkskrant. Volgens hoogleraar rechtspsychologie Peter van Koppen, die samen met hoogleraar computerbeveiliging Bart Jacobs een open nota aan minister Ard van der Steur van Veiligheid en Justitie schreef, noemt de verklaring zelfs ‘uitermate onlogisch’.
De hoogleraren voerden een gesprek met de Auditdienst Rijk over de zoekgeraakte Teeven-tap, ofwel de opname die nooit gemaakt werd (?) van een telefoongesprek tussen toenmalig staatssecretaris Fred Teeven (VVD) en wethouder Jos van Rey (VVD) van Roermond in 2012. De omstreden wethouder die toen al verdacht werd van corruptie voerde een gesprek met de staatssecretaris over de burgemeesterskandidaat voor Roermond, maar wat er precies gezegd is zullen we nooit weten omdat de tap ‘zoek’ is. Volgens justitie werd de tap nooit opgenomen omdat er, toevallig exact op dat moment, een stroomstoring zou zijn geweest.
Van Koppen twijfelde openlijk aan die lezing, waarop hij door de minister werd uitgenodigd om te komen praten met de Auditdienst Rijk. Grondig onderzoek door Van Koppen was echter niet mogelijk, omdat het bedrijf dat de taps uitvoert tot op heden geheim werd gehouden en er geen toestemming werd verleend om de originele logboeken te inspecteren.
Toch is nu al duidelijk dat het verhaal aan alle kanten rammelt. De Volkskrant schrijft:
"Voor het bedienen van de tapapparatuur mag de technicus van de leverancier niet zonder begeleiding het pand in. ‘Maar de technicus van de politie heeft nooit iets gemerkt van die storing’, zegt Van Koppen. ‘Vijftig minuten lang niet. Terwijl de technicus van de leverancier kennelijk al die tijd naast hem die storing zat op te lossen. Dat is vreemd. Ik vraag me af hoe je samen in een ruimte kunt zitten en dat niet in de gaten kunt hebben. Dit was een majeure storing. Het was geen kattenpis.’"
Het vreemde verhaal wordt ook niet ondersteund door de rapporten van de leverancier:
"De technicus van de leverancier rapporteerde de storing niet en zei ook niets tegen zijn collega’s. En dat is vreemd, stelt Van Koppen. ‘Als mensen veel storingen meemaken, dan zijn ze soms geneigd om – tegen de procedures in – niet te melden. Maar dat was hier niet aan de hand. Volgens de politie heeft het systeem een betrouwbaarheid van 95,5 procent. Dat klopt niet met elkaar.’ Bovendien is het vreemd, stelt hij, dat de elektrische voeding van twee systemen zou hebben gehaperd, terwijl er naderhand maar één voeding werd vervangen. ‘Er zitten allerlei losse eindjes in dit verhaal die onverklaarbaar zijn.’"
De hoogleraren kregen van de Auditdienst te horen dat ook zij bepaalde zaken niet mocht weten van het tapbedrijf. ‘Onbegrijpelijk’, vindt Van Koppen, die het ‘idioot’ en zorgelijk noemt dat de Nederlandse overheid een belangrijk deel van het politiewerk laat doen door een bedrijf waar blijkbaar geen enkele controle over bestaat.
De hoogleraar kan dan ook niet uitsluiten dat de ‘storing’ doelbewust is veroorzaakt, door wie dan ook. Zo kan de stekker bij de opslag eruit zijn getrokken of het systeem met opzet zijn overbelast.