Europa zal sociaal zijn of niet zijn
• 22-01-2012
• leestijd 7 minuten
Liberalen als Verhofstadt hebben een blinde vlek
Als ze mij in 2009 hadden gezegd dat we vandaag in de diepste crisis van de EU zouden zitten sinds het Verdrag van Rome van 1958, dat de twijfel zo diep zou toeslaan dat 2012 het jaar van de waarheid zou worden voor de Euro – dan had ik dat eerlijk gezegd gewoon niet geloofd. Maar zelfs het uiteenvallen van de Unie is een nu denkbaar scenario.
Tekst van speech vandaag uitgesproken op het congres van de PvdA
Dat is de droom van populisten als Wilders. De financiële crisis, de criminaliteit, immigratie: alles wordt afgeschoven op Europa. Europese regels worden niet gezien als politieke keuzes, maar als een complot van een sinistere groep niet gekozen technocraten. Onzin natuurlijk. Europa is gewoon het gevolg van politieke besluiten, gemaakt door nationale politici, en door het Europees parlement.
Europa is meer dan ooit een politiek debat, elke dag. Ook onder linkse partijen.
Een paar weken geleden was ik in Almelo in debat met Hans van Heijningen en Paul Uhlenbelt van de SP, op een gezamenlijke avond van PvdA en SP. Zulke avonden zijn inspirerend: we staan als linkse partijen tegenover een keiharde rechtse meerderheid, in Nederland en in Europa en we hebben er niks aan om nu elkaar af te gaan kammen. De bezuinigingen worden afgewenteld op gewone mensen, niet op de speculanten en de hoogste inkomens. Dat is onze uitdaging, daar kunnen wij een alternatief voor laten zien, en dat doen we ook. Voor een ander Nederland, een ander Europa.
Maar over de Europese oplossingen zijn we het niet eens. Hans van Heijningen zei in Almelo: “Nederland moet in de Eurocrisis gewoon voor zichzelf kiezen”.
Mysterieuze zin. Want wat is dat dan, voor zichzelf kiezen ? De Grieken in hun eigen sop laten gaar koken?
Het kan maar twee kanten op, in Europa. Het kan echt niet zo zijn dat enkele landen onderuit gaan terwijl anderen overeind blijven. Onze economieën zijn onomkeerbaar diep vervlochten – alleen al aan de handel met Italië dankt Nederland 100.000 banen. Wat betekent “voor jezelf kiezen” dan? Een eigen bolwerk met een paar sterke economieën in het Noorden? Aan wie gaan wij dan nog iets verkopen? Niet aan Zuidelijke landen die dan ineenstorten. Einde Nederland exportland, want ook voor de rest van de wereld worden onze producten te duur, als de verwachting uitkomt dat een romp-eurootje van Nederland, Duitsland en nog wat landen snel in waarde zal stijgen – als vluchtheuvel voor al die onzekere beleggers met wie we elke dag vol medelijden samen huiveren bij de beurskoersen.
Ondertussen speculeren diezelfde financiële markten de grond onder de voeten weg van miljoenen Europeanen. Zij dicteren het beleid momenteel. Maar waar het om gaat is niet het vertrouwen van Amerikaanse kredietbeoordelaars. Als de economie opveert, komt het met dat vertrouwen wel weer goed.
Het enige wat die rechtse regeringen doen is de economie stuk bezuinigen. In Nederland komen er dit jaar 90.000 werklozen bij.
En natuurlijk, begrotingsdiscipline is belangrijk, maar er moet wel een gezamenlijke strategie voor werk in Europa tegenover staan. Anders verliezen de mensen in Zuid-Europa alle hoop, en dat is niet alleen asociaal, het is politiek levensgevaarlijk.
Waar het allereerst om gaat is het vertrouwen van onze mensen in hun eigen toekomst, in hun samenleving, in hun reële economie. Dat is waar wij ons op richten.
Aan al die mensen, al die progressieve mensen binnen en buiten de PvdA die nu in grote twijfel zijn over Europa, over dit door rechts gedomineerde Europa, maar die weten dat hun werkgelegenheid afhankelijk is van de Europese economie, aan al die mensen zeg ik als er een verliest, heeft dat gevolgen voor iedereen. We verliezen samen, of we winnen samen.
Voor de PvdA geldt : kiezen voor jezelf is kiezen voor Europa, voor een ander Europa. En dat is niet “Europa als het niet anders kan”, “Europa, geen cent teveel hoor”. Samenwerking lukt niet tegen heug en meug, hou er dan alsjeblieft mee op. Een overtuigde, positieve keuze voor samenwerken levert nieuwe werkelijkheid op, creativiteit. Dertig jaar geleden hadden jongeren een bestaan binnen nationale grenzen, nu slaan ze hun vleugels uit, en vinden dat de gewoonste zaak van de wereld. Hun werkelijkheid is veranderd, hun cultuur verandert.
Is ons andere Europa dan dat van Guy Verhofstadt, de liberale leider in het Europees parlement? Guy staat heel terecht voor een Europa van democratische besluiten met het Europees parlement. Geen mistige akkoorden tussen regeringsleiders – die na zestien topconferenties tegen een diepere crisis aankijken.
Verhofstadt wil ook meer samenwerking – fiscaal, en economisch. Met gezamenlijke obligaties om de rente voor landen als Griekenland draaglijk te maken. Daar kan ik hem een heel eind in volgen.
Maar liberalen als Verhofstadt, en mijn geachte collega Sophie in ’t Veld van D66 hebben toch een blinde vlek: wij leven in een te liberaal Europa , en dat ondermijnt het vertrouwen van de Europeanen in hun Europese Unie, want dit Europa is er niet genoeg voor hen. Dit Europa doet te weinig voor werknemers in Schiedam, die weggeconcurreerd worden door collegas die vanuit Bulgarije naar hun eigen werkvloer komen, tegen legale maar veel lagere lonen. Dat is onverteerbaar voor Schiedam. Dit Europa ondermijnt nationale CAO’s door de kans te bieden om met mensen uit andere lidstaten ver onder een CAO te komen werken, want lang leve de vrije interne markt – en de huidige Europese leiders doen niets om dat te veranderen.
Liberalen zweren bij de vrije concurrentie – en wij willen veiligheidskleppen inbouwen, overgangstermijnen. Arbeidsvoorwaarden horen boven de interne marktregels te staan. Anders voelen onze werknemers de EU als een risico, niet als een kans,en dan haken ze af en dat is wat nu gebeurt. Als dat zou veranderen, als we dat sociale Europa serieus zouden nemen, dan is er geen kloof met Brussel.
Dat is de blinde vlek van Verhofstadt: hij ziet als liberaal de huidige vertrouwenscrisis in Europa enkel als een probleem van democratie, van besluitvorming, van strijd tegen nationalisme, van meer of minder Brussel. Prima, maar de kloof is daarnaast een gebrek aan sociaal beleid, aan respect voor CAO’s, en een gebrek aan gezamenlijk werkgelegenheidsbeleid.
En wanneer komen de rechtse regeringsleiders nu eens met maatregelen om de financiers te beteugelen, hun idiote risico´s, hun bonussen, hun almacht ? Het past niet echt in hun ideologische denkraam, want de markt moet het doen. En de markt doet het niet – die onzichtbare hand van Adam Smith, die is er niet genoeg. De Europese onmacht is vooral een erfenis van jaren politieke onwil. Het is tijd voor een zichtbare hand. Het kapitalisme kan niet zonder sociaaldemocraten.
En toch, ook wij sociaaldemocraten kunnen de hand in eigen boezem steken.
Wij hadden de financiële sector kunnen reguleren, toen we nog 12 van de vijftien regeringen in de EU hadden, twintig jaar terug. We deden het niet, omdat de financiële sector twintig jaar geleden nog geen probleem leek op te leveren. En toen we het wel voorstelden, tien jaar geleden, werden we weggelachen, want we wilden teveel regeltjes.
Wij hadden toen ook het sociale hoofdstuk kunnen schrijven. We deden het niet, omdat we bang waren onze nationale sociale arrangementen onderuit te halen. Nu zitten we met Europese regels die ze onvoldoende beschermen omdat er te weinig voor geregeld is. We staan voor de taak om samen met de vakbonden onze stelsels af te schermen tegen uitwassen van de vrije concurrentie. Dat is onze eerste opdracht : Europa zal sociaal zijn of niet zijn.
De economie is bij rechtse regeringsleiders niet in goede handen. Sociale bescherming is dat evenmin. En zelfs als het over de essentiële waarden van de EU gaat laten ze het afweten. De Hongaarse premier draait de democratie de nek om. Radiostations worden gesloten, rechters worden onderhorig aan die ene Fidesz-partij, maar de heren regeringsleiders kijken de ander kant op. Het is de Europese Commissie die in actie komt, en nu procedures start tegen Hongarije. Zonder steun van de Europese regeringsleiders, maar met het Europees parlement achter zich. Want wij verdedigen de democratische rechten van elke Europese burger.
Het is en blijft een eer om op het Europese niveau te staan voor onze idealen: gelijke rechten, gelijke kansen, in een rechtvaardige wereld die respectvol omgaat met mensen, met natuur en milieu. Dat zijn en blijven hoge ambities, waar wij zelfbewust voor opkomen, ook in de resolutie internationaal van de Commissie Schrijver die we vandaag bespreken.
De grootste uitdagingen van onze tijd zijn internationaal, van de financiële crisis tot klimaat en grondstoffenbeleid, van migratie tot vrede en veiligheid. Dat maakt het Europees parlement zo’n fascinerend en essentieel instituut: het is de politieke afspiegeling van de hele Europese bevolking, het is het enige democratisch gekozen parlement in de wereld dat internationaal optreedt en over grenzen heen wetgevend is over grote vraagstukken.
We zijn in alles verbonden met onze buren en met hun buren en hun buren. Elke poging om terug te keren naar nationale soevereiniteit op terreinen waar die enkel nog onmacht betekent, is verraad aan de zwaksten in onze samenleving. De rijken redden zich altijd wel, of Europa functioneert of niet. Juist de meest kwetsbare groepen zijn slechter af bij een capitulatie tegenover de clubs die zelf voluit wereldwijd optreden: de financiers, de grote criminaliteit, maar ook de multinationals die grondstoffen halen uit ontwikkelingslanden zonder er belasting te betalen. Daar doen we als Nederland alleen niets tegen, dat vraagt om internationale samenwerking.
Tot slot. Het Europees parlement is van jullie, van de Europese kiezers. Je bent er dus meer dan welkom – want de PvdA-eurodelegatie, Emine Bozkurt, Judith Merkies en ik hebben het debat met jullie hard nodig. Nodig ons uit naar jullie afdelingen en gewesten. Onderwerpen van debat hebben we genoeg. Ik waarschuw je wel: we komen echt.