© cc-foto: Jing
Nederland hoort bij het bezweren van deze crisis een rol te spelen die past bij zijn status als derde voedselexporteur ter wereld. Wij zijn op dit gebied een wereldmacht. Het zou laf zijn kikkerlandje te blijven spelen.
Wat er in de Oekraïne gebeurt, is geen regionaal conflict maar een wereldoorlog, tenminste als we naar de gevolgen kijken. De mondiale voedselvoorziening wordt er zo heftig door verstoord dat in de armere landen van het Midden-Oosten en in grote delen van Afrika hongersnoden dreigen voor zover die nog niet begonnen zijn. Een fatale combinatie van klimaatrampen en uitblijvende graanschepen is daar verantwoordelijk voor.
Europa doet nog geen spectaculaire dingen om die dreigende ramp te voorkomen. De leiders beperken zich tot vingerwijzen in de richting van Poetin. Die gebruikt honger als wapen, zo toornen zij. De Russische leider zegt op zijn beurt dat de verstoring in de voedselstromen het gevolg zijn van de westerse sancties.
Dat is een onverantwoordelijke manier om met de voedselnood om te gaan. Zij treft uitsluitend landen die in het conflict tussen Rusland en Oekraïne of ónze economische oorlog tegen Poetin geen enkele rol spelen. Het leven van honderden miljoenen onschuldige mensen komt dáár op het spel te staan. Dat is de kern van de zaak. Daar moet je als fatsoenlijke confederatie van landen iets tegen doen.
Het is onverantwoordelijk om je te beperken tot een blame game en te zeggen dat die Poetin een nieuwe oorlogsmisdaad op zijn geweten heeft. Wat we nu nodig hebben is een actie van de Europese Unie samen met de Verenigde Staten en Canada om een hongersnood in Afrika en het Midden Oosten tegen te gaan. Brazilië en Argentinië zouden mee kunnen helpen. Dat eist de ideologische grondslag van onze samenlevingen. Dat eist ook het gezonde verstand want het laatste wat Europa momenteel kan gebruiken is politieke en maatschappelijke chaos rond onze buitengrenzen. Als we op stel en sprong Oekraïne van de ene op de andere dag kunnen bewapenen, dan moet het mogelijk zijn om die mensen te redden.
Wij moeten er nu voor zorgen dat er voor de boeren in de armere landen voldoende betaalbare kunstmest ter beschikking komt. Dat is haast net zo belangrijk als onmiddellijke graanleveranties. Eventueel moeten regeringen erop toezien dat vergeten actoren op dit gebied, de internationaal opererende graanhandelaren dwingen hun verantwoordelijkheid te nemen, de vier grootste Archer Daniels Midland, Bunge, Cargill en Louis Dreyfus de mooie pr-praatjes op hun websites volledig waarmaken en hun verantwoordelijkheid ten volle nemen. Voor hamsteren en prijsopdrijving mag voor niemand ruimte bestaan.
Het Nederlands Comité van Graanhandelaren heeft trouwens op 7 juli de algemene ledenvergadering. De dreigende hongersnood hoort daar een belangrijker agendapunt te zijn dan het honderdvijftigjarig bestaan.
Nederland hoort bij het bezweren van deze crisis een rol te spelen die past bij zijn status als derde voedselexporteur ter wereld. Wij zijn op dit gebied een wereldmacht. Het zou laf zijn kikkerlandje te blijven spelen.
Regeringen die zich blijven beperken tot het beschuldigen van Poetin en een beetje noodhulp, gebruiken net zo goed de honger als wapen.
Historisch gezien hebben de getroffen gebieden in het Midden-Oosten en Afrika weinig vreugde aan Europeanen beleefd. Denk niet dat zij hun lege magen en hun uitgehongerde zuigelingen zonder meer aan Poetin zullen wijten.
Voor het overige ben ik van mening dat het toeslagenschandaal niet uit de publieke aandacht mag verdwijnen en de affaire rond het Groninger aardgas evenmin.
Beluister Het Geheugenpaleis, de podcast van Han van der Horst en John Knieriem over politiek en geschiedenis.
cc-foto: Jing