Maar Nederland moet haast maken want het heeft een achterstand in te lopen op het gebied van duurzaamheid
Nederlandse gemeenten werken hard aan energieneutrale doelstellingen en veel hebben hun lokale energietransitie al succesvol in gang gezet. Logisch, met dure fossiele energieprijzen en de urgentie van het Energieakkoord. Maar de Rijksoverheid staat op de rem met achterhaalde regelgeving. Terwijl die dat juist extra moet stimuleren door energieneutraal bouwen veel aantrekkelijker te maken. Daarmee zou Nederland ook meteen het lakse klimaatbeleid aanscherpen.
Huishoudens verbruikten in 2014 veertien procent van alle energie, daarom is het energieneutraal maken van woningen belangrijk. Maar hoewel het technisch allang mogelijk is om energiezuinige woningen te bouwen die bovendien alle energie duurzaam opwekken die de bewoners gebruiken (de Nul-op-de-Meter of NOM-woning), gebeurt het weinig. Voor nieuwbouw kost zoiets tienduizend tot vijftienduizend euro extra, wat in tien jaar is terugverdiend omdat ze geen energierekening hebben.
Nul-Op-de-Meter is een no-brainer, maar niet de norm in nieuwbouw. Sterker nog: een gemeente die alleen energieneutrale nieuwe woningen wil (laten) bouwen, zoals Utrecht met zijn nieuwe Energieplan, mag dat niet. Utrecht moet dan eerst die ruimte bij aanbestedingen en ‘experimenteerruimte’ van het Rijk zien te krijgen, want het huidige bouwbeleid bepaalt dat nieuwbouw woningen pas vanaf 2020 energieneutraal gebouwd worden. Dit vinden wij de wereld op zijn kop, want waarom is energieneutraal bouwen niet allang prioriteit van de Rijksoverheid? Dat levert niet alleen een substantiële bijdrage aan het Nederlandse klimaatbeleid, maar geeft ook nieuwe impulsen aan de bouwsector.
Bestaande woningen Het beleid voor bestaande woningen vormt een nog groter geldlek. Het Energieakkoord uit 2013 gaat uit van een slome, stapsgewijze aanpak: woningen worden tot 2020 omgekat naar label B, naar label A tot 2030, en zijn pas energieneutraal na 2050. Enorm verspillend. Zo’n woning wordt meermalen verbouwd om een volgende labelstapje te behalen. Als je bestaande woningen in één keer naar NOM-niveau renoveert, halen overheden eerder hun energiedoelen, krijgen eigenaren meer voor hun geld, verlengt de levensduur van oude woningen met tientallen jaren en vliegen wooncomfort en waarde omhoog.
Gemeenten, bedrijven en burgers zijn al bezig met het energieneutraal maken van woningen. Bouwbedrijven en duurzaamheidsorganisaties als Urgenda en Energiesprong nemen daarin het voortouw. Op Texel zijn NOM-woningen gerealiseerd voor minder dan 35.000 euro. Dit bedrag wordt lager naarmate meer woningen aangepakt worden, en verdient zich terug. Maar alleen het Rijk kan de voorwaarden voor Nul-op-de-Meterwoningen verbeteren en financieel aantrekkelijker maken door de BTW voor Nul-op-de-Meterverbouwingen te verlagen naar 6 procent; een gunstiger hypotheekrenteaftrek voor NOM-woningen; en door belemmeringen in het bouwbesluit en andere regelgeving weg te nemen voor zowel nieuwbouw als renovatie.
Nederland heeft een achterstand in te lopen op het gebied van duurzaamheid. Het Rijk is in de klimaatzaak in juni op de vingers getikt door de rechter, omdat Nederland zijn eigen energiedoelen niet eens haalt. Staatssecretaris Mansveld meldde in juni aan de Tweede Kamer dat ‘verduurzamen van woningen de komende jaren prioriteit moet hebben’. Maar het beleid dat hoort bij opschalen en versnellen blijft uit. Het Rijk zit op zijn handen. Sterker nog, de Rijksoverheid remt nu de versnelling af, precies daar waar lokale overheden, bedrijven en burgers wel aan de slag zijn. Het Rijk moet dit geldlek in de begrotingen van alle Nederlanders snel dichten.
Dit artikel is geschreven d oor Wytze van der Naald en Bart van Opzeeland, beiden zelfstandig energieadviseurs en die bedrijven en gemeenten helpen met hun energietransitie