cc-foto: Rene Passet / Flickr
Door: Judith Bokhove en Co Engberts
Eens in de vier jaar worden de grote cultuursubsidies verdeeld. Dat gebeurt landelijk maar ook in Rotterdam. De gemeenteraad wordt binnenkort gevraagd de verdeling formeel vast te stellen, maar daar gaat een heel proces aan vooraf. Wethouder Kasmi heeft vorige week zijn voorstel gedaan voor de verdeling van de cultuursubsidies voor de komende vier jaar. Daarvoor heeft hij zich laten adviseren door een tijdelijke commissie van deskundigen. Bij dat advies is het een en ander misgegaan, getuige de grote hoeveelheid gerespecteerde instellingen die bij ons aan de bel hebben getrokken.
Het is voor ons dan ook onbegrijpelijk dat de wethouder het advies klakkeloos volgt. Hij ontloopt daarmee zijn verantwoordelijkheid voor het culturele leven van Rotterdam. Het begon er natuurlijk al mee dat de wethouder zijn oude vertrouwde adviesclub de nek omdraaide. Niemand die begreep waarom dat nou moest. Zeker nu er nog geen alternatief was. Was de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur (RRKC) te kritisch geweest op zijn beleid? De adviescommissie die in plaats daarvan en rijkelijk laat uit de grond moest worden gestampt, kwam onlangs met zijn advies.
Die kan de wethouder blijkbaar niet anders dan omarmen; het was tenslotte zijn eigen idee om het zo te doen. Maar bij veel te veel adviezen is de vraag, of de commissie wel voldoende kennis had van de Rotterdamse situatie. Kende de adviseurs Rotterdam wel goed genoeg? Is het historische geheugen sterk genoeg? Heeft er voldoende hoor en wederhoor plaats gevonden? Want hoe kunnen clubs als Hiphop In Je Smoel en Sinfonia Rotterdam na alle lovende adviezen in het verleden plots zo weggestuurd worden? De adviezen op dit punt zijn onbegrijpelijk, onvoldoende onderbouwd en oncontroleerbaar.
De eis was dat de adviseurs langs zouden gaan bij de instellingen die subsidie aanvragen. Dat is toch wel het minste wat je kan vragen om de clubs een beetje te kennen? Veel organisaties kunnen aantonen dat niemand is geweest. Het verweer ‘we gingen incognito’ slaat nergens op. Zo kunnen wij niet controleren en weten of gedaan is wat is afgesproken. De instellingen worden zo te kort gedaan, sterker: zijn er slachtoffer van. Hier blijft het niet bij. Een grote groep instellingen heeft wel een positief advies, maar krijgen geen geld. De koek was al op.
Het staat er doodleuk: positief, maar buiten budget. Waarom de ene wel in het budget en valt de andere daarbuiten? Hoe ze tot die afweging komen is niet transparant en daarmee niet controleerbaar. Dat kan natuurlijk zo niet. Als je niet duidelijk kan maken waarom ergens de grens is getrokken, komt verwijt van willekeur om de hoek kijken. Instellingen als Flow, House of Urban arts, Altstad, Mooi Weer en Chabot Museum mogen niet zo worden aan de kant worden gezet. Om er maar een paar te noemen. Met zo’n rammelend advies moet je ingrijpen. De wethouder heeft het niet aangedurfd. Hij volgt het advies: op drie instellingen na. Die worden (deels) gecorrigeerd. Waarom dat zo is? De argumenten die hij gebruikt, kunnen ook voor de andere instellingen gelden.
Wat GroenLinks en PvdA Rotterdam betreft kan dat niet. De wethouder moet terug naar de adviseurs en een nader advies vragen. Beter onderbouwd, transparanter, binnen het budget en met een heroverweging bij keuzes/instellingen waar zoveel vragen over zijn. Doet hij dat niet? Dan stellen wij een second opinion voor met een heldere opdracht. Wil de wethouder daar niet aan, dan zullen we helaas zelf dit op moeten pakken.
Dit is de tweede keer dat onder regie van deze wethouder een cultuurplanperiode wordt ingegaan. Het is onbegrijpelijk dat dit proces niet beter, maar juist minder goed gaat.
Judith Bokhove is fractievoorzitter GroenLinks Rotterdam
Co Engberts is fractievoorzitter PvdA Rotterdam