Niets over een menswaardiger bestaan. Niets over gelijkwaardigheid.
Niets over tegengaan van discriminatie op de arbeidsmarkt. Niets over
positieve discriminatie. Niets over het verdwijnen van vele
voorzieningen
Ik miste in dit debat vooral een realistische visie over hoe de stad te besturen en waarheen te willen met de stad en haar inwoners.
Dinsdag 25 februari jl. was het voor mij eindelijk zo ver. Voor het eerst sinds lange tijd wilde ik mijzelf, op uitnodiging van een goede vriend, weer eens een avond onderdompelen in ouderwets politiek geneuzel.
Voorspelbaar Buiten voor de prachtige deuren van Arminius (Podium voor Kunst, Cultuur en Debat) verzamelden Leefbaar Rotterdammers en PvdA’ers zich, al wachtend op hun Messias. Ontspannen discussiërend vroegen de meesten zich af wat het zou worden – een scherp debat?, een voorspelbaar debat? – en wie uit de bus zou komen als winnaar. Op voorhand gaven enkele Leefbaar Rotterdammers en PvdA’ers al aan dat hun partijleider, hun Messias, zou winnen. Kortom, voorspelbaar.
Ook voorspelbaar; de stelling van Leefbaar Rotterdam ging over een quotum voor Oost- en Midden Europeanen. Eveneens voorspelbaar; de stelling van de PvdA ging over een vuist maken tegen armoede en werkloosheid. Wensdenken, vals, vermoeiend en hypocriet zo dacht ik over de stellingen en later ook over het “inhoudelijke” debat.
Wanneer de wens armoede tegengaan is, dan is de vraag gerechtvaardigd wat er vandaag de dag bereikt is op dat vlak. Wanneer de wens een OME-landers -voorheen Moe-landers- quotum is, dan is de vraag gerechtvaardigd hoe zij dit (realistisch) denken te bewerkstelligen.
Kortsluiting Ik hoorde Karakus tijdens het debat ineens het volgende zeggen: “Opleiden voor de bijstand.” Ook Eerdmans ging hierin mee en ineens werd het volledig falen geplaatst bij de huidige- en toekomstige student. Wie namelijk straks geen moertje aan kan draaien en werkloos thuis zit, heeft gegokt op het verkeerde studiepaard.
Ik ontplofte toen ik dit hoorde. Los van de eenzijdige focus op techniek, is een populistische kreet gemeengoed geworden en zijn er mensen bereid hier nog voor te klappen ook.
Ik vroeg mij af waar de wethouder en de brullende – uw-partij-ziet-mij-graag-als-leider?-I’m-in!-Voor-zolang-het-duurt – lijsttrekker zich in godsnaam mee bemoeiden. Nog los van het gegeven dat het onwenselijk is om je te mengen in een studiewens van iemand die aan het begin van zijn/haar ontwikkeling/toekomst staat, is er geen begin van antwoord gekomen welke studies de komende 10 á 20 jaar noodzakelijk zullen zijn en vooral ook welke niet. Niets van dit alles.
Het was stoere taal, maar verder vooral op z’n Rotterdams gezegd slap gelul.
Visie Ik miste in dit debat vooral een realistische visie over hoe de stad te besturen en waarheen te willen met de stad en haar inwoners. Niets over een menswaardiger bestaan. Niets over gelijkwaardigheid. Niets over tegengaan van discriminatie op de arbeidsmarkt. Niets over positieve discriminatie. Niets over het verdwijnen van vele voorzieningen, waaronder bibliotheken in de stad Rotterdam (9 bibliotheken en 1 voorziening is Rotterdam armer ten opzichte van 2000).
Niets over onderwerpen die er voor de mensen echt toe doen. Helemaal niets.
De stellingen waren verkeerd gekozen. Het debat was te schreeuwerig. Het debat ging te veel over feiten of het gebrek hieraan, welke voor niemand op het moment suprême na te trekken waren. Het debat ging over van alles wat voor de gewone toehoorder nauwelijks te volgen was.
Het was een jij- en jouw bakken debat. Van visie of enig respect voor de kiezer was geen sprake.
Ik ben er in ieder geval uit hoe ik ga stemmen, namelijk niet. Sorry, maar dit is mijn politiek niet meer.