Zo zijn het niet langer koele cijfers in een statistiek, maar mensen van vlees en bloed, ieder met een eigen leven hoop en dromen. Mensen net zoals jij en ik.
Op zondag 20 juni – Wereld Vluchtelingendag – zijn op het strand van Scheveningen de 44.000+ zielen herdacht die in de afgelopen jaren aan de grenzen van Europa om het leven zijn gekomen als gevolg van het EU-migratiebeleid. Het was bijzonder aangrijpend. Om te beginnen vanwege het tijdelijke monument dat organisator MiGreat NL met veel helpende handjes had opgericht: duizenden ruwhouten herdenkingsplankjes, voor elke dode een. Met daarop naam, leeftijd, geslacht en herkomst van de dode, plus plaats en datum van overlijden. Voorzover bekend. Want van veel doden weten we helemaal niets. Geen naam of leeftijd, zelfs niet of het een man of vrouw is. Geen herkomst, papieren of mobieltje, geen doodsoorzaak. Alleen waar en wanneer de stoffelijke resten gevonden zijn.
Naast de zee van herdenkingspaaltjes op het Scheveningse strand waren er toespraken. Vlammende betogen wat er faliekant fout gaat met het meedogenloze migratiebeleid, en waarom het anders moet. Veel pleidooien voor een milder en humaner migratiebeleid. Aansluitend noemden de sprekers telkens een deel van de 44.000 namen op de dodenlijst: Man 20+, januari 2020, Atlantische Oceaan; dertig personen Middellandse Zee voor de kust van Libië, namen onbekend; baby 0 jaar oud; vrouw, rond de 40, Lampedusa… Twee minuten stilte. Alleen de zee die breekt op het strand.
Niet alleen de namen van de overledenen werden genoemd. Je kreeg ook details te horen die de gruwelijke werkelijkheid inkleurden. Bijvoorbeeld hoeveel mensen in één keer om het leven waren gekomen. Soms was er niet meer bekend dan dat aantal: 500 mensen, hun namen, leeftijden, herkomst, geslacht, ja zelfs plaats van overlijden, onbekend. Er werd aangestipt op welke manier, soms ook waarom, sommigen aan hun einde waren gekomen. Verdronken, boot lek en gezonken, verdronken, platgereden onder een truck door een boze chauffeur, van onder de trein gevallen en vermorzeld, vanwege zwangerschap niet meer bruikbaar als seksslavin: vermoord en overboord gegooid, weggeslagen door een golf uit een overvolle lekke boot, teruggeduwd op zee, dagen op zee zonder dat er op noodsignalen werd gereageerd, doodgevroren in een truck, verdronken, uit wanhoop over dreigende uitzetting voor de trein gesprongen, verdronken, verdronken, eigen kind gewurgd daarna zichzelf verhangen, verbrand in kamp Moria, omgekomen van de honger, weggespoeld door de golven, verdronken…
Het noemen van de namen en de details van leven en dood brengt de doden heel dichtbij. Het maakt hen echt. Zo zijn het niet langer koele cijfers in een statistiek, maar mensen van vlees en bloed, ieder met een eigen leven hoop en dromen. Mensen net zoals jij en ik.
Het was zwaar. Soms trilde de stem van degene die de namen van de doden noemde. Sommigen snikten, anderen huilden, een enkeling kon zijn deel van de dodenlijst niet afmaken. De confrontatie met al die doden, hun lijdensweg, intense wanhoop, diepe ellende en hun afgrijselijke einde dat je geen mens toewenst. Al die mannen, vrouwen, kinderen, zonen en dochters, ouders, grootouders, vaders en moeders, broers en zussen, neven en nichten, ooms en tantes, buren en vrienden op wie nog steeds wordt gewacht, van wie de familie nooit zeker zal weten of ze nog leven, waar ze zijn, wat er is gebeurd.
Al die mensen die nooit meer thuis komen, nooit meer hun stem aan de telefoon, nooit meer kunnen zeggen: ‘Ik hou van jou.’ Dat besef. Nooit meer. En al die houten plankjes op het strand van Scheveningen. Onbekend, onbekend, Garrach, 18 januari 2011, Tunesië, kind Egypte, naam onbekend, 16 december 2020, Libië, ongeboren baby Middellandse Zee, naam onbekend, West Afrika, 28 februari 2021, Middellandse Zee, onbekend, onbekend, onbekend…
Er komt een moment dat je breekt. Ik heb staan huilen in dat veld van houten paaltjes, het warme zand onder mijn blote levende voeten, de ruisende zee en de branding, de zon, de wind in mijn haren, mijn gevulde buik. Wij Nederlanders met al ons gemopper hebben werkelijk geen idee hoe goed de meesten van ons het hebben, wat voor afschuwelijk lot zoveel andere mensen treft. Niet omdat ze dat verdienen. Niet omdat ze daarom hebben gevraagd. Maar omdat het hen toevallig zo overkomt. Oorlog, hongersnood, politieke repressie, terreur… Wie zou er dan niet vluchten, op zoek naar een veilige plek?
Ik koester weinig illusies. Toch hoop ik uit de grond van mijn hart dat het prachtige initiatief van MiGreat NL en het tijdelijke monument van houten gedenktekens op het Scheveningse strand bijdragen aan een herbezinning, een ommekeer, een humaner migratiebeleid.