cc-foto: Sebastiaan ter Burg / Flickr https://flic.kr/p/rneJic
© Sebastiaan ter Burg
Het is een illusie om te denken dat burgers bij een verplichte gang naar de stembus opeens wel partijprogramma’s gaan lezen of stemwijzers gaan invullen.
Politicus Kristof Calvo en politicoloog Simon Otjes betogen in NRC dat als maar de helft van de kiezers stemt, dit de legitimiteit van de verkiezingen ondermijnt. Verplicht stemmen reflecteert de mening van het hele electoraat. Terecht wijzen zij op de dalende trend van het aantal burgers dat naar de stembus gaat sinds de afschaffing van de stemplicht in 1970. Zij wijzen ook op feit dat het voornamelijk mensen met een smalle beurs, mensen met een migratieachtergrond, jongeren en mensen met een praktijkopleiding zijn die minder snel geneigd zijn om van hun stemrecht gebruik te maken.
Een belangrijke tegenargument voor een stemplicht is dat wel of niet stemmen een vrije keuze moet zijn. De schrijvers pareren dit argument met de redenering dat we in onze democratische rechtsstaat heel veel afdwingen: belasting betalen, stoppen bij rood licht en ziektekostenverzekeringen. Dat klopt, maar deze zaken dienen ook een duidelijk doel: een overheid zonder geld bereikt weinig, zonder verkeersregels wordt het op de weg een chaos en zonder verplichte ziektekostenverzekering is zorg alleen weggelegd voor diegenen die het kunnen betalen. Kortom, we hebben als samenleving er belang bij dat deze zaken worden afgedwongen.
Maar zeggen de schrijvers, de samenleving heeft er ook een gedeeld belang bij dat de volksvertegenwoordiging zo goed mogelijk de wensen van burger zo goed mogelijk weerspiegelt. Dat is waar, maar levert een stemplicht dan echt een meer representatieve uitslag op? Calvo en Otjes vinden van wel: de burger die geen vertrouwen heeft in de politiek of zich sowieso niet met politiek bemoeit die kan een blanco stem uitbrengen. Deze blanco stemmen dienen dan ook vertaald te worden in lege zetels zodat politici de duidelijke prikkel krijgen dat deze groep kiezers het niet eens is met het gevoerde beleid en bestaande aanbod.
Maar bij deze redenering moet dan toch echt de vraag gesteld worden: wat voor winst levert een bepaald percentage blanco zetels op ten opzichte van een percentage dat niet is gaan stemmen? In beide gevallen heb je te maken met een groep burgers die om heel uiteenlopende redenen het ergens niet mee eens is, er geen vertrouwen in heeft of het gewoon niet interesseert. Wil je weten waarom mensen niet gaan stemmen dan zul je toch echt gewoon met ze in gesprek moeten gaan, een opkomstplicht voegt daar niets aan toe.. Sterker nog, het zal de weerstand om politieke betrokkenheid te ontwikkelen alleen maar vergroten.
Het is een illusie om te denken dat burgers bij een verplichte gang naar de stembus opeens wel partijprogramma’s gaan lezen of stemwijzers gaan invullen. Wil je meer mensen naar de stembus krijgen dan zullen volksvertegenwoordigers op een positieve manier moeten prikkelen door te laten zien dat de politiek daadwerkelijk iets voor hen kan betekenen. De al decennia dalende opkomstcijfers zijn een duidelijk signaal dat veel mensen zich niet vertegenwoordigd voelen. Een opkomstplicht is slechts een schijnoplossing.