Drieduizend families zijn verdreven voor de kust van de Angolese hoofdstad Luanda om plaats te maken voor een stadsontwikkelingsproject. Het baggerbedrijf Van Oord, ING Bank en de kredietverzekeraar van de Nederlandse staat Atradius waren betrokken bij het project. Dat meldt dagblad Trouw op basis van gelekte documenten.
De politie en het leger verwijderden de bewoners hardhandig. Ze zetten onder meer traangas en heetwaterkanonnen in. Ook kregen de bewoners een week lang geen eten en nauwelijks water. De bewoners die door het project dakloos raakten, werden niet gecompenseerd en kregen geen nieuwe woning. Er was niet alleen sprake van een schending van de mensenrechten, maar mogelijk ook van corruptie, schrijft Trouw.
"Van Oord werkte voor het project samen met Isabel dos Santos, dochter van de voormalige president van Angola. Vorige maand legde een rechtbank in Angola voor ruim een miljard dollar beslag op haar bezittingen, omdat ze dat bedrag nog verschuldigd zou zijn aan de Angolese staat. (…) Experts hekelen het gebrek aan onderzoek van de Nederlandse partijen en het gemak waarmee ze in zee gingen met een omstreden persoon als Isabel dos Santos, over wie al jaren verhalen van corruptie de ronde doen."