Israel vs. Amalek
Minister van Financiën Bezalel Smotrich, lid van het Israëlische veiligheidskabinet, drong er afgelopen maandag op aan om Israëls vijanden te vernietigen. "Geen halve maatregelen," zei hij. "Rafah, Deir al-Balah, Nuseirat - totale vernietiging.” De eerste twee plaatsen zijn steden in de Gazastrook met tezamen honderdduizenden inwoners, de laatste is een groot vluchtelingenkamp. Smotrich haalde de Bijbel aan: “Je moet de herinnering aan Amalek onder de hemel uitwissen.” “Er is geen plaats voor hen onder de hemel."
De Israelische krant Haaretz zei in een redactioneel commentaar dat deze woorden van Smotrich voor maar één interpretatie vatbaar zijn. De Israëlische regering, zo zei de krant, zou hem terstond moeten ontslaan, alleen al omdat ze gelast was door het Internationaal Gerechtshof om opruiing tot genocide tegen te gaan.
Maar van enigerlei berisping van de Israëlische minister, correctie van de uitspraak, laat staan ontslag, lijkt geen sprake. Noch is er ophef over de uitspraak.
In Deuteronomium 25:17-19 worden de Israëlieten van weleer specifiek opgedragen de herinnering aan Amalek van onder de hemel uit te wissen als vergelding voor "wat Amalek u heeft aangedaan toen u uit Egypte trok", een verwijzing naar de aanval van de Amalekieten op de Israëlieten na de Exodus.
Amalek en de Amalekieten komen op veel plaatsen in de Joodse Bijbel resp. het christelijke Oude Testament voor. Ze zijn de vijanden van de Israëlieten en de belichaming van het Kwaad. In 1 Samuel 15:1-9 zegt de profeet Samuel tegen Saul: "Ga nu, val de Amalekieten aan en vernietig alles wat van hen is. Spaar niemand; dood mannen en vrouwen, kinderen en zuigelingen, runderen en schapen, kamelen en ezels.'"
Tijdens het Poerimfeest wordt het boek Esther gelezen ter herdenking van de redding van het Joodse volk uit de handen van Haman, die van plan was alle Joden in het Perzische rijk te doden. Haman is een afstammeling van Amalek.
Enkele dagen na de grondinvasie van Gaza eind oktober schreef Netanyahu in een brief aan soldaten dat de Israëlische regering vastbesloten was “om dit kwaad [Hamas] volledig uit de wereld te helpen" en hij verklaarde ook: "Je moet onthouden wat Amalek je heeft aangedaan, zegt onze Heilige Bijbel [Tenach]. En dat doen we ook."
Ook in de populaire cultuur rond de oorlog speelt Amalek een rol. "Harbu Darbu" van het Israëlische hip-hopduo Ness en Stilla is niet het beste lied over de oorlog, het is het enige, zei de Israëlische journalist Ben Shalev een paar maanden geleden. De letterlijke betekenis van harbu darbu is in het Arabisch "oorlog en klappen [uitdelen]." Gazanen worden in het lied omschreven als "een stel muizenneukers die uit de holen komen" en als "zonen van Amalek," het laatste voorafgegaan door het geluid van een spuug. Het lied is gelardeerd met herrie van geweerschoten en explosies.
Voor het Internationaal Gerechtshof in Den Haag presenteerde Zuid-Afrika dergelijke uitingen als opruiing tot genocide tegen het Palestijnse volk.
Ook veel evangelische zionisten houden vast aan een letterlijke toepassing van de Bijbel op de huidige politieke realiteit. Ze zien in 7 oktober de hand van Satan. De International Christian Embassy of Jerusalem is een belangrijk steunpunt van christelijke zionisten. Het is ooit mede opgericht door de Nederlander Jan-Willem van der Hoeven. Ze organiseren tijdens het Israëlische Loofhuttenfeest [Sukkot] elk jaar de komst van duizenden christenen uit tientallen landen om mee te doen aan een demonstratie voor de erkenning van Jeruzalem als hoofdstad van Israël (en niet van Palestina).
In een email op 8 oktober gebruikte de ambassade de Amalek-retoriek om duiding te geven aan de Hamas-aanval van de dag eerder: "Deze goed geplande, door Iran gesteunde operatie werd niet gelanceerd vanwege grieven over de Israëlische 'bezetting' of echte gevaren voor de al-Aqsa-moskee. Het werd eerder gedreven door de oude 'Geest van Amalek'."
Veel zionistische christenen zien in de huidige leiding van Iran de anti-Christ. Evangelisch-christelijke Amerikaanse leiders zagen het recente militaire treffen tussen Israël en Iran als een mogelijk voorteken van de Bijbelse eindtijd, de grote oorlog tussen Goed en Kwaad.
In de Amerikaanse verkiezingen heeft Donald Trump de stemmen van evangelische christenen hard nodig. Een paar jaar geleden zei Ron Dormer, nu lid van het Israëlische Oorlogskabinet maar toen Israël's ambassadeur in de Verenigde Staten, dat hij ervoor pleitte om te werken met evangelische, rechtse christenen in plaats van joodse Amerikanen. De jongere generatie van joodse Amerikanen wordt onder Israëlisch nationalistisch rechts gezien als een verloren zaak. Een toenemend aantal van hen is nadrukkelijk aanwezig bij onder meer de huidige universiteitsprotesten tegen de oorlog in Gaza.
De evangelische christenen, en de christelijk zionisten onder hen, vormen een substantieel stemblok in de VS welke bovendien direct te mobiliseren is via een nog nationalistischer en “Bijbelser” Israelische politiek.
Mike Pompeo, de vroegere Minister van Buitenlandse Zaken in de regering-Trump, zei eens in een interview dat het voor hem “als christen” heel goed mogelijk was te denken dat God Donald Trump als regeringsleider naar voren had geschoven om, zoals Koningin Esther in het Purim-verhaal, het joodse volk te redden van de Perzische resp. Iraanse dreiging.
Donald Trump als Messias, waarom niet?