We hebben niet alleen soldaten nodig maar ook technici, taalkundigen, sociale wetenschappers, schrijvers en muzikanten. Zonder hen win je geen levensbeschouwelijke oorlog
Ditmaal was Engeland aan de beurt. In de foyer van de Manchester Arena bracht een zelfmoordterrorist een zware spijkerbom tot ontploffing, direct nadat Ariana Grande haar concert had beëindigd. Zij vindt haar fans vooral onder tieners en kinderen. Die waren dan ook massaal op hun idool afgekomen. De Manchester Arena kan twintigduizend bezoekers aan.
Opnieuw is duidelijk geworden hoe kwetsbaar onze samenleving is en hoe goedkoop het is om een schokkend bloedbad aan te richten wanneer je bereid bent de bom zelf te gaan brengen. Het gebruik van fanatici is kostenefficienter dan de inzet van drones en bemande vliegtuigen.
De aanslag heeft een zwaar ideologische component: Ariana Grande vertegenwoordigt met haar hits en haar persoonlijkheid alles wat geloofsfanatici verafschuwen. Zij staat voor het soort vrijheid en blijheid dat het westen als een soort waarmerk aan de wereld laat zien. Het feit dat zoveel kinderen het concert bezoeken, was wellicht voor de terrorist(en) een extra reden om juist daar een bloedbad aan te richten. De media van IS roepen al maanden geestverwanten op om als reactie op de bombardementen door westerse luchtmachten de steden van Europa en Amerika een proefje te geven van eigen medicijn. Alsof het de westerse luchtmachten erom te doen is met hun drones en hun F16‘s zoveel mogelijk onschuldige burgers te treffen. Dit is zo’n proefje. Er is nog een derde boodschap: wij kunnen toeslaan waar wij willen wanneer wij willen. Net als jullie. We doden jullie kinderen. Wij vergieten bloed daar waar door een hoer van Babylon jullie eigen zondes aan jullie kinderen worden geleerd.
In dit vroege stadium – ik schrijf deze regels tussen twee en drie uur in de vroege nacht van 23 mei – kunnen we de volgende eerste conclusies trekken.
De strijdkrachten en de politiediensten in Europa en Amerika hebben nooit een adequaat antwoord gevonden op de guerrilla-oorlog. Zij verliezen die niet maar ze kunnen haar evenmin winnen zodat ze door uitputting en druk van het thuisfront gedwongen worden de strijd op te geven. Dit is een groot probleem. Wij kunnen dat zien aan de effecten van het terrorisme zoals we dat de laatste twee decennia kennen. De westerse mogendheden investeren enorme bedragen in technologie en surveillance om aanslagen te voorkomen. De investering van de terroristen is een fractie van wat wij aan onze bescherming besteden en er weten er altijd wel door de mazen van het web te kruipen zodat haast elke nieuwe aanslag weer ernstiger maatregelen met zich meebrengt. Plus de inzet van meer menskracht, materieel en budget. Plus extra hinder voor de burgerij. Denk aan het verbod van laptops in de handbagage. En waterdicht wordt het er allemaal niet van. Er kunnen toch bommen te bestemder plekke worden gebracht.. Het is zoals gezegd een goedkope manier van oorlog voeren. Je hebt er ook niet veel technologische kennis voor nodig. De daders van nine eleven vielen het cabinepersoneel aan met kleine vlijmscherpe mesjes. Een spijkerbom kun je in de kelder maken.
De meeste deelsuccessen tegen het terrorisme zijn geboekt door ouderwets politiewerk en consequente spionage. Op die manier hebben bijvoorbeeld de West-Duitsers in de jaren negentig de Rote Armee Fraktion op de knieën gekregen. Ze spoorden de daders op. Het is belangrijk dit te blijven beseffen als je een anti terreurstrategie ontwikkelt. Het is nog maar de vraag of gesloten grenzen en een massale controle van de hele burgerij erg veel zullen opleveren. Het opvallende van de laatste terroristische aanslagen is dat de daders onveranderlijk bij de politie en de veiligheidsdiensten in beeld waren. Ze dachten alleen dat ze niet binnen afzienbare tijd actief zouden worden. De veiligheidsdiensten weten nu al waar ze moeten kijken maar doen dat kennelijk niet goed genoeg: te vaak is de timing van de terroristen beter.
De oorlog die tegen ons gevoerd wordt, gaat over levensbeschouwingen en levensstijlen. De vijand richt zich tegen het libertijnse van onze samenleving, de openheid, de tolerantie, de ontspannen omgang met seks, de geneugtes van de consumptiemaatschappij. Het gaat bij terreurdaden meestal niet om het aantal slachtoffers maar op de impact van de beelden op de wereld. Het zwakke punt van het westen is dat het de indruk maakt zijn welvaart, zijn rijkdom en zijn vrijheid voor zichzelf te willen reserveren. Ik zeg niet dat dit per se zo is maar dat dit zo overkomt. Een groot deel van de wereldbevolking vertrouwt de bewoners van Europa en de Verenigde Staten niet. In haar ogen zijn we hypocrieten, mooipraters en uitbuiters. Wij zijn geen bevrijders maar onderdrukkers. Wij houden onze grenzen dicht (ja dat doen we, ga maar in Melilla kijken of langs de Mexicaanse grens). Dat geldt niet alleen voor mensen maar ook voor producten uit andere werelddelen. Het westen is omgeven door tariefmuren en zeer strenge visa-regels ondanks mooie praatjes en eindeloze onderhandelingen over vrijhandel. Westerlingen kunnen vrijwel overal op de wereld rondreizen, als je het verkeerde paspoort hebt, loop je steeds tegen dichte deuren en onmogelijke procedures aan.
We zitten zelf dag en nacht in de disco maar we houden de rest van de wereld het liefst dom en arm. DAAROM worden onze feestjes verstoord. Nogmaals, niet voor U maar voor de tragen van begrip: zo komt dat op een fors deel van de mensheid over. Het is een vulgair marxistische opvatting om daar tegenin te brengen dat veel terroristen home grown blijken of kinderen uit bevoorrechte families zoals de daders van nine eleven. Gewelddadige revolutionairen blijken – dat leert de geschiedenis – vaak genoeg niet zelf onderdrukten of ontrechten te zijn te zijn maar mannen en vrouwen die zich als hun zaakwaarnemers opwerpen. Dat was zo met het extreemlinkse terrorisme van de jaren zeventig. Dat is nu weer zo. Om te winnen zal het westen in ieder geval niet alleen zijn levensvreugde maar ook zijn rijkdommen met de rest van wereld moeten delen. Het betekent dat de mooie praatjes over het scheppen van werk en welvaart buiten onze grenzen omgezet moeten worden in tastbaar beleid want met militaire middelen alleen valt deze oorlog niet te winnen. Schrik niet: dit is geen pleidooi voor vrije immigratie. Zie ook punt 4.
We moeten ervan uitgaan dat deze strijd decennia zal duren. Een oorlog kun je beëindigen met onderhandelingen en een vredesverdrag maar daarna begint het pas. Verzoening brengen, situaties scheppen waarin mensen zelf hun levensomstandigheden verbeteren, zorgen voor behoorlijk onderwijs en overtuigende vertogen waar de terroristische ideologen geen antwoord op weten, dat zijn zaken van zeer lange adem. We hebben er niet alleen soldaten voor nodig maar juist ook technici, taalkundigen, sociale wetenschappers, schrijvers, zangers en muzikanten. Schrijvers, zangers en muzikanten? Zonder hen kun je geen levensbeschouwelijke oorlog winnen, want daarin speelt cultuur een wezenlijke rol.
Het gaat biljoenen kosten, bloed zal blijven vloeien, het zal de grootste test van ons uithoudingsvermogen worden van de laatste tweeduizend jaar. Geloof niet in de kannengieters met hun it is the Islam, stupid en hun geroep om gesloten grenzen. Er is geen simpele strategie die binnen afzienbare tijd naar de overwinning leidt. Wie iets anders beweert, is een leugenaar. Toch is er reden genoeg voor hoop op de overwinning. In de eerste uren na de aanslag verschenen mensen in hun auto die verdwaasde concertbezoekers naar huis reden. Anderen begonnen flesjes drinkwaters in de winkels rond de Arena te kopen om die uit te delen. Hotels openden hun deuren. Met zulke mensen en met zo een mentaliteit winnen wij deze oorlog.