Ik vrees dat de samenleving als geheel onvoldoende aandacht heeft voor wat er nodig is om de positie van gehandicapten daadwerkelijk te verbeteren
Het is een wrange gewaarwording, als een gewaarwording wrang kan zijn. Precies een jaar geleden schreef ik voorafgaand aan het zomerreces van de Tweede Kamer een column. Over de wet Harmonisatie Wajong. Het begin van de column luidde als volgt:
"In de politieke euforie rond het klimaatakkoord, de mogelijke verkiezing van Frans Timmermans tot voorzitter van de Europese Commissie, de aanstaande zomerbarbecue en het naderende zomerreces op het Binnenhof, heb ik behoefte de feestvreugde van politiek Den Haag toch even te temperen. Er dreigt namelijk een groep kwetsbare mensen gemangeld te worden tussen goede bedoelingen van een staatssecretaris, murw-vergaderde Kamerleden en ingewikkelde bijstellingen van gecompliceerde regelgeving. Ik heb het over de Wajongers."
"In januari 2018 werden de jonggehandicapten gekort op hun uitkering en wel met 5%. Dat was weliswaar al in 2013 afgesproken, maar daar beloofde het kabinet banen bij te leveren. Na vijf jaar zou een ‘prikkel’ van kracht worden die mensen moest stimuleren aan het werk te gaan. De banen bleken echter niet te bestaan of de banen waren niet duurzaam genoeg om een bestaan van te kunnen opbouwen. De FNV voerde actie en bepleitte de zaak bij het College voor de Rechten van de Mens, maar het nieuw aangetreden kabinet toonde zich ‘daadkrachtig’ in de richting van deze lobby-arme groep en zette de korting van 80 euro per maand voor de jonggehandicapten door."
"Nu komt er een volgende stap aan: een wetsvoorstel tot wijziging van de Wajongwet. Het doel is de vereenvoudiging van de regels en het wegnemen van drempels voor Wajongers om aan de slag te gaan in betaald werk. Het voorliggende wetsvoorstel is opnieuw zeer complex en de gevolgen voor het (toch al lage) inkomen zijn op zijn minst ondoorzichtig. Elke aanpassing in de wet heeft tot nu toe tot vermindering van inkomsten geleid. Dat zal door afschaffing van bijvoorbeeld de Bremanregeling nu weer gebeuren. Maar ook het zogenoemde garantiebedrag voor mensen die er door de nieuwe wet op achteruit gaan en dat al na twee maanden niet werken vervalt, is een grote bron van slapeloosheid voor de betrokken jonggehandicapten. De arbeidsmarkt is namelijk ook voor arbeidsbeperkten doorgeschoten flexibel en vaste contracten worden nauwelijks geboden. Hoezo garantie op inkomen?"
Zo sprak ik vorig jaar en hoe anders ziet de wereld er vandaag de dag uit. Het Klimaatakkoord ligt in een la, Timmermans werd geen voorzitter en de hosannastemming van de hoogconjunctuur is geweken voor zorgen over de corona-pandemie en de economische gevolgen. Een ding is wel onveranderd gebleven: de arbeidsmarktpositie van mensen met een beperking is onverminderd slecht. Sterker nog: aanmerkelijk verslechterd.
Hoewel het College voor de Rechten van de Mens onlangs grote vraagtekens plaatste bij de eerdergenoemde Wajongwet, werd hij gewoon aangenomen in de Tweede en de Eerste Kamer, weliswaar met een motie tot verbetering ervan, maar toch. Het Sociaal Cultureel Planbureau had vorig jaar al geconstateerd dat de positie van mensen met een arbeidsbeperking in het algemeen is verslechterd sinds de invoering van de participatiewet. Te vaak nog langs de kant en te vaak nog in flexbanen met veel onzekerheid en een te laag inkomen.
Deze maand is het SCP met een alarmerend rapport gekomen waarin staat dat door de corona crisis hun positie er verder op achteruit is gegaan. Als FNV hadden we daar geen rapport voor nodig: wij hebben het kabinet vanaf het begin van de crisis al gewaarschuwd dat de groep mensen met een beperking een zeer groot risico zou lopen om hun flexbaan in coronatijd te verliezen.
Maar het ging al eerder mis. De invoering van de participatiewet, de beperking van de Wet sociale werkvoorziening, grote bezuinigingen, de sluiting van sociale werkbedrijven, een overheid die het quotum van de banenafspraak niet haalt, beschutte werkplekken die ondanks een verplichting niet of nauwelijks worden gerealiseerd, ingrijpende kortingen op de Wajonguitkeringen, de rücksichtslose invoering van de harmonisatie Wajong en ga zo maar door: Mensen met een beperking worden keihard getroffen.
Dit is hoe wij in Nederland omgaan met gehandicapten op de arbeidsmarkt. De ratificatie van het verdrag in 2014 ten spijt. Wat ligt daaraan ten grondslag? Meestal harde bezuinigingen, soms politiek opportunisme, soms de neoliberale ideologie van negatieve financiële prikkels als middel tot activering, maar ik vrees ook doordat de samenleving als geheel onvoldoende aandacht heeft voor wat er nodig is om de positie van gehandicapten daadwerkelijk te verbeteren. En dat is wel de opdracht, de plicht, die het VN-verdrag ons mee heeft gegeven. Het is geen genadebrood.
Teleurstellend, alarmerend, schandalig, onbestaanbaar, onverantwoord, discriminerend, validistisch, en wrang. Het is allemaal waar en ik heb alle termen de afgelopen jaren al gebruikt om uiting te geven aan mijn verontwaardiging.
Maar als vakbondsvrouw ben ik liever activistisch. En daarom zijn we als FNV al een paar jaar bezig met het daadwerkelijk verbeteren van de structurele werk- en inkomenspositie van mensen met een beperking. En we hebben hard gewerkt aan een inmiddels uitgewerkt, doortimmerd en doorgerekend plan dat sociale ontwikkelbedrijven is gaan heten. Een plan dat mensen zekerheid van werk, inkomen en begeleiding biedt. Een plan met visie, opgesteld vanuit het gezichtspunt van de betrokkenen zelf. En een plan dat recht doet aan het doel van het VN-verdrag Handicap.
Het complete plan wordt deze week nog naar de Tweede Kamer gestuurd. En zal moéten leiden tot een initiatiefwetsontwerp dat wat mij betreft Kamerbrede steun moét krijgen. Want meer dan 100.000 mensen met een beperking staan langs de kant, langs de kant van de arbeidsmarkt. En nog veel meer hebben een veel te laag inkomen. En dat is eenvoudigweg een schending van het verdrag dat we hier vanavond bespreken. En dat het geld kost om het op te lossen is helder, maar dat is een kwestie van keuzes. Politieke keuzes. En laat u nu volgend jaar ook mogen kiezen! Ik wens u daarbij veel wijsheid toe.