Bij mensen die geïnfecteerd zijn met de Delta-variant worden ongeveer duizend keer zoveel virusdeeltjes in de luchtwegen aangetroffen als bij mensen die begin vorig jaar besmet waren met het oorspronkelijke coronavirus. Dat blijkt uit deze week gepubliceerd onderzoek van het Guangdong Centrum voor Ziektepreventie en -bestrijding.
De Chinese wetenschappers hebben daarnaast vastgesteld dat mensen die besmet raken met de Delta-variant ook weer sneller andere mensen kunnen infecteren: gemiddeld na vier dagen in plaats van na zes dagen zoals bij het oorspronkelijke virus.
De Delta-variant is veel besmettelijker dan eerdere varianten van sars-cov-2. De gevolgen daarvan zijn inmiddels wereldwijd te zien: de besmettingscijfers lopen op tal van plaatsen weer op. In Europa stijgt het aantal besmettingen op dit moment nergens zo snel als in Nederland. Dat is behalve aan de Delta-variant ook te wijten aan het loslaten van de anti-coronamaatregelen twee weken geleden.
Hoewel de Delta-variant de coronavaccinaties beter kan omzeilen dan veel andere virusvarianten, raken vooral ongevaccineerden besmet. In Nederland gaat het vooralsnog hoofdzakelijk om jongeren, die niet (volledig) zijn ingeënt en doorgaans meer contacten hebben dan mensen in andere leeftijdsgroepen.
De inentingen beschermen nog altijd goed tegen ziekenhuisopnames en sterfte. Zo was in de Amerikaanse stad Houston 99,75 procent van de mensen die de afgelopen maanden aan covid-19 overleden, niet gevaccineerd.
Pfizer pleit ondertussen voor een derde prik. Volgens het farmaceutische bedrijf kan zo’n ‘booster’-inenting helpen tegen een besmetting met de Delta-variant. Toezichthouders twijfelen of zo’n derde vaccinatie wel nodig is voor gezonde mensen.