Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Deel dit bericht als je het toch niet leest

  •  
21-07-2017
  •  
leestijd 7 minuten
  •  
66 keer bekeken
  •  
35861176255_50cd200736_z

© cc-foto: Hanna Eliasson

Dat iedereen een mening heeft, weten we al langer. Nu zitten alle ooms en tantes op Facebook, Twitter en ze reageren op alles wat online verschijnt
‘Omarm je meningloosheid’  las ik in  NRC. Ik vond het een mooi stuk. ‘Mag ik niet gewoon in zalige onwetendheid, meningloos, in het midden blijven staan, dat doet toch niemand kwaad?’ schrijft Roos Kuiper, die op school een betoog moest schrijven over pluriformiteit in de maatschappij.
Ik heb ook wel te doen met leerlingen die een betoog moeten schrijven zonder keuze in de onderwerpen. Minimaal twee, drie echt verschillende onderwerpen zouden altijd het uitgangspunt moeten zijn van een schrijfopdracht, maar dat terzijde. Moeten we minder betogen schrijven op school? Absoluut niet. Laten we alsjeblieft wel blijven leren om standpunten ook te  onderbouwen.  Volgens is mij is dat waar het tegenwoordig aan ontbreekt.
Dat iedereen een mening heeft, weten we al langer. Vroeger ging de mening van oom Sjaak alleen niet verder dan alle verjaardagen die hij bezocht: ‘Die buitenlanders pikken alle banen in.’ (Dit is fictief, ik heb geen oom Sjaak.) Niemand vroeg Sjaak waarom en of hij dat even wilde onderbouwen. We lieten de Sjaaks in deze wereld hun frustraties botvieren bij een potje bier en er was een tante die de boel suste door over iets heel ergs te beginnen, ‘dat vliegtuig dat is neergestort, dat is óók erg hè’ en vervolgens moeiteloos door te gaan naar de buurvrouw die haar been had gebroken ‘dat is óók erg hè’. Nu zitten alle ooms en tantes op Facebook, Twitter en ze reageren op alles wat online verschijnt.
Dat wil zeggen: ze reageren op de koppen. Wie las de column van  Hanina Ajarai  over het niet treuren om MH17 helemaal? Wie las dat ze schreef:  …hoe verklaar ik dan dat ik ook intens meeleefde met de ouders van Savannah en Romy? Bovendien, als het puur om zijn geloof is, waarom doen die talloze berichten over slachtoffers van aanslagen in moslimlanden me ook niet zo veel? Is het omdat de vliegramp zo veel slachtoffers kende dat die geen specifiek gezicht had?  Hanina Ajarai schreef in  AD  een beschouwende column over het gewicht van verdriet in de media: waarom raakt het één je wel en het andere niet? Terechte vragen in een wereld met veel slecht nieuws. In het slot stelt ze dat psychologen en sociologen misschien een antwoord weten – maar de antwoorden kwamen natuurlijk van oom Sjaak cum suis.
Twee zaken gingen verloren toen we kranten inruilden voor Twitter: een brede blik en een scherpe redactie. Online volgen we alleen de mensen die we bij voorbaat al interessant vinden, we delen de meningen die we zelf al ventileerden, we geven hartjes of we haten steeds weer hetzelfde. Daarmee hebben we onze wereld alleen maar kleiner gemaakt. In de krant was een opiniestuk altijd onderworpen aan een kritische blik van tenminste één redacteur. In stukken die ik schreef voor kranten, moest ik altijd bronnen en feiten aanwijzen om mijn argumenten, en dus mijn standpunt, te bewijzen. (Zie  hier  een aardig voorbeeld: in elke alinea kun je wel een bron terugvinden – dankzij de scherpe redactie van  Vers Beton , ja, een nieuw medium, maar met een traditioneel scherpe redactie.)
Oh maar argumenten hoeven helemaal niet meer. Je gooit een ‘lijntje’ online (een serie van tweets of berichten na elkaar), mensen retweeten het met een veelzeggend ‘Precies dit’, en je mening in tien zinnen weerkaatst als een echo in een wensput, volgens voorspelbare patronen, namelijk in je eigen bubbel, ongeveer een dag lang, als je het goed doet.
En daar vermaken we ons mee. Maar je komt helemaal nergens met zulke discussies. In dit opzicht ben ik het oneens met Roos Kuiper: zij stelt dat we nergens komen doordat er te veel meningen zijn. Ik denk dat we nergens komen omdat er te weinig (objectieve / algemeen geldende) argumenten gebruikt worden. Ik neem als voorbeeld een van haar alinea’s:
Mijn advies: omarm je meningloosheid. Nog nooit heeft iemand een terroristische daad gepleegd om anderen van zijn eigen besluiteloosheid te overtuigen. Het kan geen kwaad om af en toe eens te twijfelen. Als ik deze redenering analyseer, is haar standpunt: het kan geen kwaad om af en toe eens te twijfelen. Daar ben ik het niet direct mee eens. In de eerste plaats vraag ik me af wat ‘af en toe’ is: één keer per week? Eén keer per maand? Of één keer per jaar? Mag je ook altijd twijfelen? Geen kwaad voor wie? De twijfelaar zelf of zijn/haar omgeving? In welk opzicht? Gelukkig heeft ze het argument al gegeven, want wat is het bewijs dat twijfelen geen kwaad kan? ‘Nog nooit heeft iemand een terroristische daad gepleegd uit besluiteloosheid.’ Dat hoeft ze voor mij dan niet te bewijzen, maar ik lees hierin wel een onjuiste oorzaak-gevolgrelatie of een overhaaste generalisatie. Bewijst het ontbreken van een terroristische aanslag dat iets geen kwaad kan? Er zijn volgens mij ook nog geen terroristische aanslagen gepleegd door overtuigde gokverslaafden, marathonlopers of pedoseksuelen, maar daarmee heb ik niet bewezen dat gokverslavingen, duurlopen en/of pedoseksualiteit voor alle betrokkenen in welk opzicht dan ook ‘geen kwaad’ kunnen. En als ik er verder over nadenk: ik ben het ook echt niet met haar standpunt eens. Men zou wel de moeite moeten nemen om een mening te vormen over zaken buiten de eigen bubbel. Natuurlijk kan de uitkomst zijn dat je geen duidelijke positie voor of tegen inneemt, maar dat is ook een positie. Een ander voorbeeld: Phaedra Werkhoven schreef een boeiende en scherpe column over DUO en het leenstelsel: ‘Hoe gaan ze hun studie ooit terugverdienen?’ In Trouw noteert ze: ‘Voor ik het goed en wel in de gaten had, is dat leenstelsel erdoorheen gerommeld. Als ik het echt door had gehad was ik de straat op gegaan.’ Waarom nu pas, hoe kun je dat eerder gemist hebben, dacht ik – want Phaedra Werkhoven schrijft altijd over familie- en opvoedingskwesties in brede zin? Maar het is niet nodig om haar dat te verwijten. Dit laat alleen zien dat nieuws aan je voorbij kan gaan, waardoor je meningloos bent geweest op een manier die toch kwaad kan. En dit laat ook zien dat een thema waarvoor door verschillende partijen gestreden is, niet bekender is dan in de strijdarena zelf. En het is op zich niet schokkend dat niet iedereen zich in argumentatie verdiept – zo volgden vroeger ook talloze mensen zonder nadenken de meningen die in hun zuil door hun leiders geponeerd werden. Maar laten we de denkers die meningen echt onderbouwen wel op waarde schatten. Een columniste die niet goed gelezen wordt, hoeft zich niet op tv te verdedigen. Een #trendingtopic op Twitter is nog geen nieuws. Met alleen geschreeuw ben je nergens. Dit artikel verscheen eerder op de website van Michelle van Dijk
"Mijn advies: omarm je meningloosheid. Nog nooit heeft iemand een terroristische daad gepleegd om anderen van zijn eigen besluiteloosheid te overtuigen. Het kan geen kwaad om af en toe eens te twijfelen."
Als ik deze redenering analyseer, is haar standpunt: het kan geen kwaad om af en toe eens te twijfelen. Daar ben ik het niet direct mee eens. In de eerste plaats vraag ik me af wat ‘af en toe’ is: één keer per week? Eén keer per maand? Of één keer per jaar? Mag je ook altijd twijfelen? Geen kwaad voor wie? De twijfelaar zelf of zijn/haar omgeving? In welk opzicht? Gelukkig heeft ze het argument al gegeven, want wat is het bewijs dat twijfelen geen kwaad kan? ‘Nog nooit heeft iemand een terroristische daad gepleegd uit besluiteloosheid.’ Dat hoeft ze voor mij dan niet te bewijzen, maar ik lees hierin wel een onjuiste oorzaak-gevolgrelatie of een overhaaste generalisatie. Bewijst het ontbreken van een terroristische aanslag dat iets geen kwaad kan? Er zijn volgens mij ook nog geen terroristische aanslagen gepleegd door overtuigde gokverslaafden, marathonlopers of pedoseksuelen, maar daarmee heb ik niet bewezen dat gokverslavingen, duurlopen en/of pedoseksualiteit voor alle betrokkenen in welk opzicht dan ook ‘geen kwaad’ kunnen.
En als ik er verder over nadenk: ik ben het ook echt niet met haar standpunt eens. Men zou wel de moeite moeten nemen om een mening te vormen over zaken buiten de eigen bubbel. Natuurlijk kan de uitkomst zijn dat je geen duidelijke positie voor of tegen inneemt, maar dat is ook een positie. Een ander voorbeeld: Phaedra Werkhoven schreef een boeiende en scherpe column over DUO en het leenstelsel:  ‘Hoe gaan ze hun studie ooit terugverdienen?’
In  Trouw  noteert ze: ‘ Voor ik het goed en wel in de gaten had, is dat leenstelsel erdoorheen gerommeld. Als ik het echt door had gehad was ik de straat op gegaan.’  Waarom nu pas, hoe kun je dat eerder gemist hebben, dacht ik – want Phaedra Werkhoven schrijft altijd over familie- en opvoedingskwesties in brede zin? Maar het is niet nodig om haar dat te verwijten. Dit laat alleen zien dat nieuws aan je voorbij kan gaan, waardoor je meningloos bent geweest op een manier die toch kwaad kan. En dit laat ook zien dat een thema waarvoor door verschillende partijen gestreden is, niet bekender is dan in de strijdarena zelf.
En het is op zich niet schokkend dat niet iedereen zich in argumentatie verdiept – zo volgden vroeger ook talloze mensen zonder nadenken de meningen die in hun zuil door hun leiders geponeerd werden. Maar laten we de denkers die meningen echt onderbouwen wel op waarde schatten. Een columniste die niet goed gelezen wordt, hoeft zich niet op tv te verdedigen. Een #trendingtopic op Twitter is nog geen nieuws. Met alleen geschreeuw ben je nergens.

Meer over:

opinie, leven, media
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.