“Méér of minder” als hulpmiddel kiezer voor stemkeuze Europese verkiezingen
Bij OP1 waren in een tv-debat de Nederlandse lijsttrekkers van de grootste partijen voor de komende Europese verkiezingen te zien. Een naar mijn bescheiden oordeel uiterst verwarrende en onduidelijke tv-uitzending. De politici kwamen niet verder dan elkaar de maat te nemen en vliegen af te vangen. Daardoor werd de huidige verdeeldheid en polarisatie in Nederland en in Brussel nog eens voor iedere kiezer goed waarneembaar.
Decennia geleden was het politieke spectrum nog enigszins redelijk in hoofdlijnen in categorieën in te delen. Alle oudere kiezers hadden, toen die de stemgerechtigde leeftijd hadden bereikt, wel een bepaald beeld in hun hoofd van het politieke gedachtegoed van hun ouders, dat zij bewust volgden of waar ze zicht juist tegen gingen afzetten. Duidelijk was in ieder geval wel wat de verschillen van de aan de verkiezingen deelnemende partijen in hoofdlijnen waren.
Dat is nu een stuk moeilijker geworden door alle labels die nu op partijen kunnen worden gedrukt en door de onduidelijkheid van de partijen zelf over wat ze nu feitelijk wel en niet willen en of die programmapunten ook daadwerkelijk te realiseren zullen zijn.
Omdat nationale politieke partijen moeten samenwerken in Brussel met min of meer gelijkgestemde andere partijen uit andere lidstaten, wordt deze onduidelijkheid versterkt. Daardoor kan het geheel qua standpunten nog verwarrender bij potentiële kiezers overkomen.
Om enig houvast als kiezer te hebben voor de vraag welke partij je stem zou kunnen krijgen kan wellicht als leidraad de tweedeling méér of juist minder toegepast worden op algemene politieke Europese thema’s. Zoals méér of minder Europa, méér of minder klimaat-en natuurmaatregelen, defensie, milieu, migratie en andere onderwerpen.
Nu de wereld snel en sterk aan het veranderen is en de wereldpolitiek steeds meer afstand neemt van relaties op individueel landenniveau en meer gefocust is op Europa als geheel, zou Brussel naar mijn bescheiden oordeel feitelijk minder verdeeldheid en polarisatie moeten uitstralen. Het tegendeel blijkt echter het geval te zijn.
Met de verwachting dat de verkiezingsuitslag een verschuiving naar meer (radicaal) rechts in het parlement zal inhouden zal de verdeeldheid en polarisatie in Europa eerder toe- dan afnemen.