© cc-foto: Roel Wijnants
De huidige intellectuele elite ziet vooral cijfers, geen diepte. Zo kan het dat u, ondanks bollebozen die u voorrekenen dat het percentage Nederlanders onder de armoedegrens nog nooit zo laag was, wordt overvallen door een akelig gevoel bij het wachten voor de legeflessenautomaat in de supermarkt.
Mij overkwam dit bij Jumbo. Terwijl een nerveuze, magere man in kapotte kleren de inhoud van zijn vuilniszak met lege blikjes aan de machine voerde, viel mijn oog op een affiche aan de muur. ‘Geef hoop met je statiegeld', nodigde een organisatie voor armoedebestrijding klanten uit hun bon te doneren.
Ook bij Albert Heijn had ik een ongemakkelijke emballage-ervaring. Het gebeurde op zondagmorgen, met bierflesjes van de avond ervoor sjokte ik naar de supermarkt, waar kort na openingstijd al een rij stond bij het inleverpunt. Jonge, welvarende stedelingen in mooie kleren wachtten geduldig tot een uitgeteerde vijftiger drie verfrommelde plastic tassen vol blikken had geleegd.
‘Dit is het Nederland van Mark Rutte’, dacht ik toen de uitgeteerde vijftiger in een smerig waterflesje blies om de streepjescode weer leesbaar te maken. Misschien was dat niet eerlijk van mij; ook in andere Westerse landen neemt de ongelijkheid toe. Maar toch, je zou als minister-president kunnen zeggen: “Onder mijn bewind blazen er geen Nederlanders in vieze pet-flessen om eten te kunnen kopen.”
Op treinstations zorgt de run op statiegeld voor overlast en vervuiling, berichtte het Algemeen Dagblad deze week. Onrendabele burgers keren prullenbakken om in de hoop op achteloos weggesmeten Red Bull-verpakkingen. Als het niet zo treurig was, zou je erom kunnen lachen.
Tijd om in de spiegel te kijken, en uzelf eerlijk af te vragen aan welke kant van de statiegeld-kloof u staat. Bent u een weggooier of een rondgraaier? In het eerste geval kunt u rustig op een van de fatsoenlijke politieke partijen blijven stemmen.
cc-foto: Roel Wijnants