Wöltgens zag de markt als een geloof dat alles en iedereen aan zich onderwerpt en tot koopwaar maakt
‘Het gat dat Thijs naliet,’ schreef Dagblad De Limburger op 2 juni over een van de meest invloedrijke politici uit Limburg: Thijs Wöltgens. Tien jaar na zijn dood ging de verslaggever van de betreffende krant op zoek naar zijn erfenis. Wordt de politicus uit Kerkrade gemist? Het antwoord is kort: Ja! Er moet weer een Wöltgens op links opstaan aldus VVD’er Mark Verheyen in het betreffend artikel. Want voor een goed intellectueel debat heb je tegengestelde meningen nodig. Zeker nu links al jaren met zichzelf (en elkaar) overhoop ligt.
Terwijl de PvdA medio jaren negentig onder Kok de weg insloeg naar ‘de derde weg’ waarschuwde de Limburgse politicus al in 1996 voor het neoliberalisme. De sociaaldemocratie is verloren als zij niet de frontale aanval op het neoliberalisme inzet, schreef hij in zijn boekje ‘De Nee zeggers’. Voor Wöltgens was de markt geen ordeningsmechanisme dat vrije individuen disciplineert om hun kwaliteiten zo rationeel mogelijk te ontplooien. Nee, voor Wöltgens was de markt een geloof dat alles en iedereen aan zich onderwerpt en tot koopwaar maakt. Bij hem stond de onvrijheid van de markt voorop, terwijl de (consensus-)politiek van de verzorgingsstaat juist garant staat voor de vrijheid. Werd hier geen halt aan geroepen dan zouden de mensen zich van de PvdA afwenden. ‘Herverdeling is uit, tweedeling is in’, constateerde hij spijtig.
De kern van zijn betoog ging over civil courage, het activeren van het primaire (ge)weten en het ontmaskeren van de markt. Hij moest niets hebben van een economisch systeem dat hebzucht en het morele gelijk van de winnaar zo voorop plaatst ten koste van elementaire morele principes. Niet voor niets werd de denker Wöltgens bekend als voorstander van het ‘Rijnlands model’. De menselijkere vorm van kapitalisme waar een consensus bestaat tussen werkgever en werknemer. Landen met het ‘Rijnlands model’, dus met relatief veel inkomensgelijkheid en sociale bescherming, functioneren economisch beter en kennen meer vrijheid, meent Wöltgens. Waar de overheid zich passiever opstelt, heeft de burger minder vrijheid, dit in tegenspraak tot wat de neoliberale theorie belooft. Want zijn de mensen in bijvoorbeeld de Verenigde Staten echt zoveel vrijer dan wij?
Later zou men het volgens hem onbegrijpelijk vinden ‘waarom wij 80.000 miljonairs rijker maken ten koste van de terugkeer van zichtbare armoede voor honderdduizenden’. Ondanks de bijna profetische woorden van d’r Thijs zoals hij liefkozend in Kerkrade genoemd werd greep het geloof in het neoliberalisme steeds verder om zich heen. Waar dit geloof toe geleid heeft hebben we allemaal lijfelijk mogen ervaren. Het neoliberalisme dat doorsijpelde tot in de haarvaten van de samenleving.
Hoeveel van ons werden niet verleid om meer te lenen voor een grotere tv of auto? Greed is good! Hebzucht, aangejaagd door bankiers en internationaal georiënteerde rijken die de staat alleen nog als hindernis zien. Dezelfde staat die vervolgens wel de puinhoop mocht oplossen toen het misging. Jarenlang hebben we met zijn allen de broekriem moeten aanspannen. Hoewel de PvdA niet wegliep toen het misging (Wouter Bos en Diederik Samsom) heeft mijn partij wel verzuimd om met een goed (internationaal) alternatief te komen. De voorspelling van Wöltgens over de sociaaldemocratie kwam ook uit want de teleurgestelde kiezer wendde zich bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2017 massaal van de PvdA af.
‘Er is geen totaalvisie voor de sociaaldemocratie’, aldus de Limburgse FNV ’er Wiel Friedrichs. Helemaal ongelijk heeft hij niet. Daarom zou teruggrijpen op de wijze woorden van deze sociaaldemocratische denker uit Kerkrade anno 2018 helemaal niet verkeerd zijn. Een visie die ankers slaat en inspireert!