Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

De oorlog in Oekraïne vraagt om een dialoog

  •  
10-03-2024
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
2084 keer bekeken
  •  
ANP-491940033

Juist nu de politieke verhoudingen in Nederland zo complex zijn geworden na de verkiezingen eind vorig jaar.

De tegenstellingen worden harder. Enkele wetenschappers hebben via de media geprobeerd het huidige oorlogsalarmisme te temperen. Bijvoorbeeld Jolle Demmers in Trouw van 6 maart en Ewald Engelen en Martijntje Smits in de NRC ook van 6 maart. De centrale boodschap: stop de militarisering van Europa en zorg dat de strijdende partijen gaan praten. Neem daarbij afstand van de VS vanwege de grote belangen van hun wapenindustrie bij een verdere escalatie van het oorlogsconflict.

De tegengeluiden waren niet mis. De academici van de gevestigde advieswereld gaven aan dat hier vertegenwoordigers van Poetin aan het woord waren, zonder historisch besef omtrent het imperialistische gedrag van Rusland. En hoe naïef om te denken dat een militaire koers zonder de VS mogelijk is. Deze geluiden werden mede gevoed door Ruslandkenner Hubert Smeets die in Trouw van 8 maart de bijdrage van Demmers als ‘hol en vals’ typeerden.

Geconstateerd kan worden dat een dialoog tussen de twee groepen experts niet mogelijk is. Het lijkt – zo zou je denken - een strijd tussen blinde vredesduiven en nietsontziende oorlogsfanaten. Ik zie zelfs een nieuwe fase in deze strijd: het soms aan het woord laten van afwijkende standpunten maar daarbij onmiddellijk weer afstand van nemen als de gevestigde kant zich krachtig begint te keren tegen deze dwarsdenkers. Nergens worden pogingen gedaan om boven deze strijd uit te stijgen en een dialoog tot stand te brengen.

Neem bijvoorbeeld de brief van de hoofdredacteur van Trouw Cees van der Laan van afgelopen zaterdag 9 maart. Hij schrijft dat Trouw plaats aan Demmers geboden heeft omdat ook informatie over kritische tegengeluiden van belang is voor het discours over de Oekraïne-oorlog. Wat evenwel daarna volgt is een correctie van de hoofdredacteur van het standpunt van Demmers dat Rusland geen imperialistische neigingen zou hebben. Letterlijk schrijft hij: ‘(hier) slaat Demmers de plank inderdaad helemaal mis.’

Waarom is op die plek zo’n opmerking nodig? Wil je als Trouw echt een discours stimuleren dan formuleer je de beweerde afwezigheid van imperialistische intenties als een van de dialoogthema’s waarover je later verslag kunt doen. Dan doe je recht aan beide partijen en val je niet een gastschrijver bij voorbaat af ook al denk je goede argumenten te hebben over het ongelijk van de ander.

Ook de laatste zin van zijn brief spreekt duidelijke taal: ‘Alleen wil zij (Demmers) niet zien dat het gevaar voor Europa wel degelijk uit het Oosten komt.’ Hier is geen hoofdredacteur aan het woord maar iemand die gezien de herrie kennelijk achteraf spijt heeft Demmers aan het woord te hebben gelaten. Anders valt een dergelijke slotzin voor iemand die zegt te pleiten voor een discours niet te verklaren.

Ik vind het gedrag van deze hoofdredacteur bijna exemplarisch voor hoe de gevestigde media afwezig zijn bij het bijeenbrengen van tegengestelde opvattingen. Hoezeer de dominante Hubert Smeetsen op onderdelen gelijk moge hebben, ze laten een onvermogen zien om het academische en maatschappelijk debat tot een proces te transformeren. Dit transformatieve leerproces vraagt ook het nodige van leidinggevenden in het mediacircuit. (Hoofdredacteur Van der Laan zou er goed aan doen om zijn brief vanuit dit perspectief te herschrijven en de tekst voor te leggen aan zijn redactie.)

Hoe organiseer je in Nederland een dialoog die recht doet aan de standpunten van de deelnemers aan de dialoog maar waar ook de verantwoordelijkheid genomen wordt om te komen tot gemeenschappelijke uitkomsten, naast de erkenning dat afwijkende opvattingen legitiem zijn?

Tijdens mijn promotieonderzoek naar culturele dialogen (1998) ontdekte ik dat erkenning van elkaars standpunten van groot belang is. De ander serieus nemen in zijn, haar of hen overwegingen, twijfels en zekerheden. Ook de ander kunnen ondersteunen in het formuleren van inzichten ook al wijken deze af van de eigen ideeën. Gemeenschappelijk een moment uitwerken (‘Strategisch Motief’) om de dialoog te starten, onder meer om te voorkomen dat de dialoog verwordt tot een herhaling van zetten.

Wat de Oekraïne-oorlog betreft ligt het voor de hand om scenario’s in beeld te brengen over het einde van het conflict. Het kan ook zijn dat men de Europese dimensie van het conflict kiest en waarbij de deelnemers in de dialoog de gemeenschappelijke Europese waarden proberen te verbeelden. Van belang is ook dat gedurende de dialoog resultaten kunnen worden geboekt en vastgesteld op deelonderwerpen die later meebepalend zijn voor het eindresultaat. Het begeleiden van de hier bepleite dialoog vraagt als proces om specifieke deskundigheden. Primair is hier de wetenschappelijke wereld aanzet vooral vanwege haar onafhankelijkheid en de aard van de dialoog als leerobject.

De dialoog kan succesvol zijn als er een grote mate van relevantie gevoeld wordt. Bij de Oekraïne-oorlog gaat het erom om beleidsmakers en overheden van gemeenschappelijke inzichten te voorzien op basis waarvan deze besluiten kunnen nemen. Juist nu de politieke verhoudingen in Nederland zo complex zijn geworden na de verkiezingen eind vorig jaar, is deze relevantie evident. Dat geldt ook voor inzichten die het Europees beleid betreft: welke betekenis wordt gegeven aan de eigen verantwoordelijkheid van de EU in situaties van oorlog en vrede?

Ook het conflict in het Midden-Oosten (Israël versus Hamas) laat zien hoezeer het van belang is dat Europa zijn beleid kan baseren op inzichten die de adviessector en wetenschappelijke wereld met elkaar in dialoog hebben bereikt. Het is zo 2023 om te blijven steken in de slogan: ‘ieder zijn eigen opvatting en opinie, maar ik heb gelijk.’

En welke taak is weggelegd voor ons als gewone burger? Stellingnemen tegen wetenschappers, experts en redacties die de ander verketteren en geen blijk geven van een noodzaak tot het voeren van een dialoog. In brieven en reacties oproepen tot een gedrag dat verbindt. En niet zwijgen als men ziet dat men elkaar ontkent.

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.