De Generale Staf van de Oekraïense strijdkrachten publiceert dagelijks het aantal Russische soldaten dat in de oorlog van het Kremlin tegen Oekraïne wordt “uitgeschakeld”; dat wil zeggen gedood of gewond.
Op 4 juni ging het om 1.290 soldaten. De laatste weken staat de teller op gemiddeld 1.200 per dag. Dat zijn onvoorstelbare aantallen. Het totale aantal gedode en gewonde Russische strijders wordt zo sinds het begin van de invasie op 500.000 geschat.
De enormiteit van deze verliezen wordt duidelijk wanneer men ze vergelijkt met de gesneuvelde en gewonde soldaten in de oorlog die de voorganger van het huidige Rusland, de Sovjet-Unie, in Afghanistan voerde tussen 1979 en 1989. In die tien jaar vielen er tussen de 14.000 en 26.000 doden en 54.000 gewonden.
Met de Oekraïense statistieken moet men natuurlijk voorzichtig zijn. Oekraïne heeft begrijpelijke redenen om de aantallen te overdrijven. Toch menen veel serieuze niet-Oekraïense bronnen dat ze de werkelijkheid redelijk benaderen.
Ook Westerse bronnen komen tot onvoorstelbare verliezen. De New York Times schreef afgelopen maart over 350.000 gedoden en gewonden, begin mei sprak de Franse minister van Buitenlandse Zaken van 150.000 doden en 350.000 gewonden en later die maand kwam het Britse Ministerie van Defensie op een totaal van 500.000.
Het is daarom absoluut geen overdrijving om te spreken van een Russische vleesmolen. De enorme verliezen aan soldatenlevens komt doordat de Russische legerleiding gebrekkig getrainde troepen met schamele uitrusting naar het front jaagt en hen verbiedt zich terugtrekken. Tot welke verschrikkingen dat leidt vertelde een Russische soldaat onlangs aan de onafhankelijke Russische nieuwssite Astra. Vergelijkbare informatie is te vinden op de Russische onderzoekssite TheInsider.
Het ergste bij dit alles is dat zelfs één gewonde of gesneuvelde Russische soldaat totaal onnodig was.
Het Westen heeft er nog steeds geen weet van hoeveel normaal denkende Russen er voor de invasie waren met een juiste informatie over hoe het er in Rusland en in het buitenland daadwerkelijk aan toegaat; en dat men de kleine cirkel rond Poetin in het Kremlin nooit gelijk mag stellen met Rusland.
Talloze onafhankelijke Russische specialisten hebben in de jaren voordat Vladimir Poetin bevel gaf Oekraïne binnen te vallen uitgelegd waarom Oekraïne nooit een bedreiging voor Rusland vormde. En dat er ook van de Navo geen dreiging uitging. Zie Russische oppositiepolitici als de vermoorde Boris Nemtsov, Lev Shlosberg en vader en zoon Gudkov, journalisten Mark Feygin en Alexander Nevzorov en analisten als de Rusland ontvluchte Andrei Piontkovski en de inmiddels in een strafkamp wegkwijnende Vladimir Kara-Murza. Maar er zijn zoveel meer.
Zij konden echter hun verhaal slechts kwijt in de weinige kleine toen nog actieve onafhankelijke media en op sociale media. Nu bestaan ook die niet meer en wordt iedere kritische uitlating en objectieve waarheid die het Kremlin niet bevalt onmiddellijk zwaar bestraft.
Al deze onafhankelijk denkende Russen waren dus uitgesloten van het publieke debat in Poetins Rusland. Tegelijkertijd werd de bevolking murw gemaakt met Kremlin-propaganda op de tv-zenders die of in de handen van de staat zijn of in handen van bevriende oligarchen. Zo slaagde het Kremlin erin de waarheid uit Rusland te verbannen.
Volgens Piontkovski is het klinkklare onzin om te spreken van een Navo-uitbreiding naar het Oosten: het zijn immers de Oost-Europese landen die door hun ervaring met Rusland in de Sovjet-Unie hun veiligheid zochten bij het Westen, doodsbenauwd voor een Russisch revanchisme. De Navo stond ook nooit te springen om ze toe te laten. En Kara-Murza benadrukte dat “een democratischer Rusland nooit zo'n gewelddadig buitenlands beleid zou voeren.”
Velen in het Westen hadden ook geen weet van de vele publieke oproepen uit de Russische samenleving aan het Kremlin begin 2022 om geen oorlog te beginnen tegen “het Oekraïense broedervolk.” Eén van de belangrijkste daarvan kwam van de nationalistische houwdegen oud-generaal Leonid Ivashov.
In een open brief benadrukte deze namens zijn vereniging van oud-officieren dat er “geen kritieke externe dreigingen voor het bestaan van Rusland en zijn vitale belangen zijn... Navo-troepen breiden zich niet uit en tonen geen bedreigende activiteit.” Hij sprak van “kunstmatige opgeklopte hysterie rond Oekraïne” door een Kremlin dat de daadwerkelijke problemen van het land niet kan oplossen en dat zo aan de macht wil blijven. Ivashov waarschuwde ook voor de dood van “tienduizenden jonge gezonde jonge mannen aan beide kanten, wat zeker de toekomstige demografische situatie in onze stervende landen zou
verslechteren.”
Wat een tragiek dat Ivashov gelijk moest krijgen, al had hij zich nooit kunnen voorstellen dat Russische soldaten in zulke verschrikkelijke aantallen zouden sterven. Wat een tragiek ook dat Poetin en zijn kliek de Russische samenleving zo hebben dichtgetimmerd dat informatie over de verliezen er nauwelijks in doordringt. Indien zulke informatie redelijk vrij zou circuleren zou dat grote tegenkrachten in de Russische samenleving oproepen die het Kremlin tot koerswijziging zouden dwingen.
Voor het Westen moet de meedogenloze en mensonterende wijze waarop Poetin met zijn eigen landgenoten omgaat een belangrijke eye-opener en waarschuwing zijn. Het moet tot aansporing dienen om de Oekraïners alle middelen te geven om de Russen uit hun land te verdrijven en te voorkomen dat Poetin dichter naar de oostelijke grenzen van de Europese
Unie kan oprukken.