Tijdens een crisis wordt extra duidelijk wat echt belangrijk voor je is en wat de schadelijke patronen zijn in je leven, wat niet goed voor je is.
Het is er misschien wat vroeg voor, maar… Je ziet deze opening nu geregeld langskomen in de (sociale) media. Na de maar volgen vaak dringende adviezen aan hen die ons door deze crisis heen moeten leiden. En dat voelt dan qua timing inderdaad ongemakkelijk. Er is immers een strijd op leven en dood gaande met dat verraderlijke virus, een strijd die al onze aandacht en om gesloten gelederen vraagt. Dat virus dat velen van ons keihard treft, voor enorm veel verdriet zorgt. Zouden we politici en bestuurders nu juist eens niet storen met hoogdravende toekomstbeelden, met zaken als klimaat of de vraag hoe onze economie eruit moet komen te zien? Bijzaken nu. Maar het ongemakkelijke antwoord is: ja, juist nu. Natuurlijk moeten bestuurders en politiek alle ruimte en steun krijgen om de acute gezondheidscrisis te bestrijden en financiële noodhulp te geven; maar we moeten ook leren van eerdere crises. Na het blussen van de ergste branden, de huizen dit keer niet weer op dezelfde manier opbouwen omdat we dat nu eenmaal altijd zo doen. En daar moeten we zelfs tijdens het blussen al rekening mee houden.
We weten uit ons eigen leven dat er niks moois is aan crises, maar dat je er toch van kunt leren en er zelfs sterker van kunt worden. Tijdens een crisis wordt extra duidelijk wat echt belangrijk voor je is en wat de schadelijke patronen zijn in je leven, wat niet goed voor je is. Als we dat vertalen naar de samenleving zien we nu ondanks al het leed dat er ook is, dat we meer dan ooit beseffen hoe belangrijk liefde en compassie, zorg voor de ander, gemeenschapszin en verbinding voor ons zijn. Dat we ons, als we dan eindelijk ons huis weer uit kunnen, realiseren hoe onlosmakelijk we ook met de natuur verbonden zijn. We weer voelen hoe belangrijk maar kwetsbaar onze zekerheden eigenlijk zijn, ons werk of zelfs ons huis. Hoe kwetsbaar de meest kwetsbaren zijn die niet eens een huis hebben of (psychisch) ziek zijn. En we zien weer dat het er nog steeds toe doet waar je wieg staat, als sommige kinderen nu helemaal niet het thuisonderwijs krijgen dat ze verdienen en achterstanden oplopen.
Het is dat groeiende collectieve besef dat we moeten gaan vertalen in politiek leiderschap, in het beleid waar we mee uit deze crisis komen. Want de zeer terechte steun en lof voor de mensen in de zorg en het onderwijs wordt straks wrang als die niet structureel vertaald wordt in meer waardering voor hun vak. De saamhorigheid die je nu ziet blijkt straks een pijnlijke herinnering als we de ongelijkheid weer verder laten groeien, als we doorgaan met de ieder voor zich economie. Die prachtige natuur gaat kapot als we de strijd tegen klimaatverandering en voor onze biodiversiteit niet fundamenteel gaan aanpakken, onderdeel maken van onze economie. Die voor veel mensen zo broze zekerheid zal broos blijven als we onze arbeidsmarkt niet snel eerlijker maken.
Als we al deze patronen niet doorbreken, zal het cynisme en de teleurstelling in de politiek straks alleen maar toenemen. Als je het wel doet heb je als politiek een kans om de kloof met de burger te dichten. Maar dan is het geen goed teken als klimaatmaatregelen door het kabinet in eerste instantie worden uitgesteld met de simpele verklaring dat we wel even wat belangrijkers te doen hebben. Klopt, maar de vraag is: hoe belangrijk vind je het klimaat en hoe maak je het onderdeel van je crisismaatregelen en de postcrisis investeringen? Dan is het geen goed signaal als een minister zegt dat kwetsbare zzp’ers in deze crisis toch zelf bewust dat risico hebben genomen. Vertel dat maar tegen die zzp’er in de culturele sector die nergens een vast contract krijgt en nu thuis zit. En dan getuigt het niet van leiderschap en veel tact als je Italië lomp de les leest terwijl het land je om hulp vraagt. Je eerste reactie is nu solidair, als we er als Europa niet samen uitkomen, komt Nederland er ook niet goed uit.
We zitten weer in crisistijd, en of we dat nou willen of niet, dat zijn bij uitstek ook politieke tijden. De sociale en economische koers van de komende jaren wordt nu bepaald en we mogen niet doorgaan op de doodlopende neoliberale weg. Dus als je nu multinationals uit de brand helpt, stel dan voorwaarden dat het geld niet naar de boardroom en aandeelhouders gaat en alles wordt gedaan om medewerkers in dienst te houden. Dat er bijvoorbeeld niet meer geïnvesteerd wordt in de fossiele industrie. Je helpt zo’n bedrijf vooral voor zijn werknemers en hun banen die op de tocht staan. Diezelfde werknemers willen geen klimaatcrisis na deze coronacrisis. Investeer in de publieke sector en haar vakmensen, geef de mensen in die sector van mijn part een eigen minister die tot taak heeft het vak van bijvoorbeeld onderwijzer en zorgmedewerker op te waarderen. Hervorm straks versneld de arbeidsmarkt en geef die zzp’er meer kans op zekerheid. En vertaal als politiek die saamhorigheid en compassie, laat zien dat je de kwetsbaren nu niet de hardste klappen laat opvangen, hier niet en in Europa niet.
Dat zou eigenlijk geen kwestie van linkse of rechtse politiek meer moeten zijn. We zijn het ook gewoon verplicht aan al die mensen die zich nu uit de naad werken om ons door de crisis te helpen of hun inkomen verliezen. Dit is het politieke leiderschap dat we de komende jaren hard nodig hebben en dat een meerderheid in Nederland achter zich zal krijgen. Als we ons daar nu maar bewust van worden, dan zijn we niet te vroeg, maar misschien net op tijd.
Guido Deuzeman is zelfstandig adviseur public affairs en voorheen politiek adviseur van een bewindspersoon in Rutte 2 namens de PvdA.