Klimaatrechtvaardigheid, oftewel het eerlijk verdelen van de kosten van klimaatbeleid: in Den Haag is er geen politicus te vinden die er geen lippendienst aan bewijst. Maar in de praktijk komt er tot nu toe niets van terecht, zo blijkt uit onderzoek van het bureau Kalavasta in opdracht van Milieudefensie. Terwijl de laagste inkomens een forse bijdrage leveren, kunnen de hoogste inkomens en grote bedrijven ongestoord doorgaan met het uitstoten van broeikasgassen.
“Bij het huidige klimaatbeleid blijven de Nederlanders met de hoogste inkomens in 2030 veruit de meeste CO₂ uitstoten. En dat terwijl zij de middelen hebben om hun uitstoot fors te reduceren. Maar het klimaatbeleid zoals voorgesteld in de Miljoenennota ontziet deze groep juist. Ondertussen dragen de Nederlanders met de laagste inkomens al relatief veel bij aan het oplossen van gevaarlijke klimaatverandering. Zij stoten veel minder CO₂ uit en verminderen hun uitstoot al voldoende. De kosten van klimaatbeleid zijn dus niet rechtvaardig verdeeld.”
Milieudefensie wijst erop dat er veel maatregelen denkbaar zijn die voor een eerlijker klimaatbeleid zorgen. Zo kan de overheid een veelvliegerstax invoeren voor de mensen met een hoog inkomen die om de haverklap in het vliegtuig stappen. Mensen met lage inkomens zijn juist geholpen met het verduurzamen van sociale huurwoningen. Daardoor gaan de CO2-uitstoot én de energiekosten voor de lage inkomens omlaag.