Hoe investeerdersbelangen, spreadsheetmanagement en 'bestselleritis' Polare de das om deden
De ondergang van Polare lijkt onafwendbaar. Van alle bottom-up-initiatieven voert echter niet één die naam. We willen geen gemarkete keten waar we ons niet in herkennen, maar een Scheltema, Broese of Donner ‒ de ietwat stoffige tempel van leesgenot die men zich herinnert van vroeger.
De doodsstrijd van Polare is nog niet helemaal voorbij, maar de kans op een goede afloop is gering. Het is een drama voor de medewerkers en het is een verlies voor het boekenvak is als het bedrijf op de fles gaat, zeker in kleinere steden waar Polare nog de enige grote boekhandel was. Laten we hopen dat er partijen zijn die de afzonderlijke filialen willen overnemen. Overigens is het grootste verlies al geleden: dat een bedrijf na deze lijdensweg in een markt onder druk werkelijk een mooie toekomst tegemoet gaat lijkt me onwaarschijnlijk.
Na het failliet van Selexyz is het eigenlijk niet meer goed gekomen. Niettegenstaande de vele kritiek lag dat, denk ik, uiteindelijk niet aan de naam, de kleur of het logo van Polare. Waar de naam Selexyz vooral deed denken aan de ochtendgeluiden na een gepeperde avond tafelen, was Polare een neutrale naam. Nee, niet zo authentiek, maar ‘J. Jansen & Zn. Naaigaren & Band B.V. Houterbroek’ was dat vermoedelijk ook pas na een glorieuze geschiedenis.
Het is natuurlijk wel de vraag waar het voor nodig was. Als BGN (Boekhandels Groep Nederland), deden oude, gerenommeerde boekhandels met namen als Scheltema, Broese en Donner het goed, terwijl ze wel de voordelen hadden van een gemeenschappelijk kenmerk en gemeenschappelijke inkoop. Selexyz behield de namen, maar de kwaliteit ging achteruit. Investeerdersbelangen, spreadsheetmanagement en ‘bestselleritis’ deden de rest. De sleet zette in.
Polare wist die tendens niet te keren. De traditie werd helemaal overboord gezet toen men de oude namen definitief liet vallen, en het bedrijf sleepte De Slegte, nóg een gerenommeerde en gewaardeerde naam, in zijn val mee. Een drama op zichzelf. Ik heb geen zicht op de details van het faillissement, maar dat bij P&W een man het woord voerde die het woord ‘boek’ nauwelijks in de mond nam, was een veeg teke n.
Dat vervolgens via een ‘woordvoerder’ de verantwoordelijkheid voor de rokende puinhopen afgeschoven werd op anderen, lijkt inmiddels zulk normaal gedrag te zijn binnen de managerskaste dat niemand zich er meer echt over verbaast.
Dat de directie zichzelf op de valreep vorstelijk zal belonen kunnen we aan zien komen. Maar wat de toekomst verder brengt is onzeker. Mijn angst is dat de val van het bedrijf vooral boekenreus bol.com in de kaart zal spelen, zeker wat de commerciëlere titels en de gemaksaankopen betreft. Dat zou een verslechtering zijn. Mogelijk zullen sommige kleinere kwaliteitsboekhandels er hun voordeel mee doen: er ontstaat ruimte voor nieuwe initiatieven, en dat kan tot mooie dingen leiden.
Of het resultaat op de keper beschouwd positief zal zijn is de vraag, maar misschien valt het beter uit dan we nu denken. Hoe dan ook is één ding opvallend: van alle bottom-up-initiatieven om de boekhandels van de keten te behouden, voert niet één de naam Polare. Het gaat om Broese Kemink, Donner, Scheltema Holkema Vermeulen en al die andere boekhandels die ooit in BGN opgingen.
Mensen willen hun boekhandel terug, de ietwat stoffige tempel van leesgenot van weleer. Dat is niet helemaal reëel ‒ de klant verwacht ook dat boekhandels met hun tijd meegaan ‒ maar het is wel een duidelijk signaal, dat al veel eerder te horen was maar dat niemand leek te willen horen.
Uiteindelijk is de ondergang van Selexyz en Polare dan ook vooral een magistrale ontmaskering van de management- en reclameglibbers die dachten een gerenommeerd bedrijf met koeterwaalse klanksamenstellingen en een nieuw logootje als een ‘product in de markt te kunnen zetten’, met veronachtzaming van iedere vakkennis en alles wat het was geweest. Hoogmoed komt voor de val, maar zoals gebruikelijk wordt de hoge prijs van die val door anderen betaald: werknemers, uitgevers, winkelcentra die weer een trekpleister verliezen en natuurlijk de klanten die er graag kwamen.
Dat kan niet anders dan een nare, intens bittere nasmaak achterlaten.