Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

De aanpak van grensoverschrijdend gedrag is geen nieuwe dictatuur

  •  
16-01-2023
  •  
leestijd 13 minuten
  •  
1345 keer bekeken
  •  
50798701176_6e2fe39cff_4k

© cc-foto: Nena Stojkovic

Ai, ai, ai. Follow The Money (FTM) trapt tegen de wereld van integriteit aan. Als eigenaar van The Integrity Talks en kenner van dit domein voel ik een enorme drang om op de inhoud van Matthijs Kaaks, advocaat en schrijver van het stuk Grensoverschrijdend gedrag mag geen one size fits all-verwijt worden te reageren. Hoewel Kaaks absoluut een aantal terechte zaken aandraagt, wel met wat zwakke praktijkvoorbeelden als onderbouwing, waar ik verder niet op wil focussen, kan ik me totaal niet vinden in het idee dat het domein van integriteit wet- en regelgeving zou ondermijnen. Laat me dat uitleggen.

Disclaimer

Matthijs Kaaks pakt de integriteitbureau’s in zijn long read via FTM meedogenloos hard aan. Omwille van les discours publics en het grotere belang van de menselijke maat, lever ik graag tegenspraak op de inhoud. Ik herhaal: niets anders dan op de inhoud. 

Om me heen zie ik veel journalisten politiek bedrijven en anderen soms afmaken. Zo zit ik niet in elkaar. Ik heb Kaak dan ook uitgebreid gesproken om mijn punten vooraf uit te leggen en aan te geven dat dit artikel eraan komt. Verder heb ik respect voor het werk van FTM en in het bijzonder voor Eric Smit, die ik via email op de hoogte heb gebracht.

Ik heb dit artikel geschreven als onafhankelijke storyteller om inzichten te delen. Ik word hier door niemand in gestuurd en word uiteraard door niemand hiervoor betaald. Zoals ze zeggen: all good

Gevaarlijke ontwikkeling

Matthijs Kaaks bespreekt in zijn artikel dat grensoverschrijdend gedrag tegenwoordig niet alleen seksueel onacceptabel gedrag betekent. Onder grensoverschrijdend gedrag hebben we verschillende klachten ondergebracht over diverse vormen van ernstig normoverschrijdend gedrag. Denk aan zaken zoals sociale onveiligheid, kwetsende en intimiderende opmerkingen en pestgedrag, waaronder zaken zoals racisme. 

Omwille van het momentum van naar een samenleving gaan waarin de menselijke maat opnieuw wordt bepaald, vind ik dat niet zo erg. Zolang we maar concreet worden in plaats van alleen in containerbegrippen spreken.

Kaaks zegt dat de associaties bij de term grensoverschrijdend gedrag hiermee worden beïnvloed en dat we door de one-size-fits-all aanpak (oftewel, alles op één hoop gooien) de ernstige delicten zoals seksueel overschrijdend gedrag zijn gaan relativeren. 

Dat laatste zie ik absoluut niet op grote schaal gebeuren. Niet bij het publiek en niet bij de incrowd die met deze thematieken werken. Ik kan me ook niet voorstellen dat dit in de juridische wereld gebeurd. Inkoppertje... Daarbij onderscheidt ieder weldenkend mens uit het publiek de ene zaak van de andere, als die inderdaad gemakshalve in één adem door een journalist worden genoemd. Op z’n minst is het ieders verantwoordelijkheid om dit te doen. 

In het artikel op FTM heeft Kaaks het over een mistig moreel toetsingskader. Want niet de wettelijke normen worden geschonden, maar de sociale en morele normen. De integriteitsindustrie zou hiermee wet- en regelgeving ondermijnen. Een gevaarlijke ontwikkeling vindt hij. Is dat wel zo?

Integriteit als chantagemiddel en wisselgeld

Kaaks spreekt over daadwerkelijke ontmaskeringen aan de hand van wet- en regelgeving, versus karaktermoord en smaad en laster aan de hand van subjectiviteit. Niet geheel onlogisch, omdat Kaaks daar veel van af weet en de belangen van klanten in dit soort zaken behartigt. 

Oftewel, mensen zouden misschien wel onacceptabel gedrag hebben vertoond, maar geen strafbaar feit hebben gepleegd. Of hun goede naam zou worden aangetast door de onzuivere motieven van anderen, bijvoorbeeld hypocrisie, zelfbeklag en lichtgeraaktheid. Of iemand eruit willen werken, politiek bedrijven en eigen gewin ondersteunen, waaronder journalistiek scoren. 

Met andere woorden, het risico bestaat dat ecosystemen moeten voldoen aan regels die niet door de wetgever zijn vastgelegd, maar die worden ingevuld door wat de betrokkenen in het ecosysteem als veilig en onveilig, wenselijk en onwenselijk ervaren. Ook wel cultuur, mentaliteit en veiligheidsbeleving. Zou dat zo verkeerd zijn? 

Het risico bestaat dat (anonieme) melders teveel macht krijgen. Hier moet ik om lachen, maar het is om te huilen. Want wanneer hebben klokkenluiders ooit in de geschiedenis teveel macht gehad? Ze gaan volgens Kaak bepalen wat de norm wordt in plaats van dat de werkgever dat doet. Ze transformeren zo’n ecosysteem in een mijnenveld. Grenzen vervagen en onderzoeksbureau’s worden uit ongemak door de werkgevers ingeschakeld. Kaaks vindt dat de ‘delictsomschrijving’ van grensoverschrijdend gedrag inmiddels zo ruim is, dat daders en slachtoffers bij dit soort onderzoeken uitwisselbaar worden. 

De marketing van onderzoek naar ongewenst gedrag ondervindt hier geen hinder van, integendeel. Want hoe ruimer het begrip ‘grensoverschrijdend’, des te meer onderzoeken, zegt Kaaks. Nog eens, wordt het objectief lastig om vast te stellen of iemand over de schreef is gegaan of niet, omdat integriteit een soort chantagemiddel en wisselgeld is geworden. En Kaaks vindt dat klakkeloos overnemen wat commerciële onderzoekers op verzoek van hun opdrachtgevers in rapportages concluderen, onverstandig is.

Dikke middelvinger

Het is niet dat Kaaks met al zijn punten geen terechte risico’s aankaart. Het is dat zijn blik ongelooflijk beperkt blijft en dat we in een overgangsfase zitten, waarin er inderdaad zaken misgaan. Belangrijker, dat de risico’s die Kaaks aankaart niet afwegen tegen de noodzaak om integriteit en humaniteit te waarborgen en menswaardige bescherming te bieden – ook buiten Kaaks’ domein. Onder andere door middel van meldingen en integriteitsonderzoeken. De ondertoon wordt bijna alsof hij een dikke middelvinger uitsteekt naar dit domein. Al weet ik dat hij die intentie niet heeft, zeker na hem te hebben gesproken. 

Sterker nog, alsof hij zelfs voorstander is van machtstructuren en patronen in stand houden, inclusief individueel leed en onrecht. Of alsof hij compleet blind is voor humaniteits- en integriteitsschendingen bij onze onbevoorrechten, kwetsbaren of minderheden, mogelijk door zijn bevoorrechte positie in de maatschappij. Zelfs wanneer dit niet waar is, is dat de nasmaak die ik na het lezen van zijn artikel kan overhouden.

Door een levende hel

Goed. Om dit uit te leggen, begin ik bij het begin, namelijk de integriteitsbureau’s een hart onder de riem steken. Waar Kaaks absoluut gelijk in heeft, is dat er nog van alles misgaat in dit domein – ook wat ik zojuist uit zijn artikel gehaald heb. Dat processen soms nog niet goed zijn ingericht en dat er, zoals wel vaker in een tussenfase, een warboel terug te vinden is. Inderdaad, onwille van de eurotekentjes voor de ogen en het opportunisme op het niveau van de poppetjes in actie.

Maar wanneer integriteitsbureau’s vakkundig te werk gaan, gaan ze juist bij persoonsgerichte onderzoeken naar vermeende integriteitsschendingen vanuit wet- en regelgeving te werk. Dit om onpartijdigheid en ratio leidend te laten zijn in zo’n proces. 

Daarbij hebben we niet voor niets een nieuwe Wet bescherming klokkenluiders binnen de EU, die processen en klokkenluiders beter moet ondersteunen (nog even afwachten vanuit de praktijk). Ook de bekendere Arbowet maakt integriteitschendingen enigszins expliciet. Steeds meer bedrijven hebben hun eigen op wetgeving gestoelde integriteitsbeleid, of in ieder geval iets van reglementen en codes of conduct. Ai, ai, ai als bedrijven dat niet op orde hebben. Niet ai, ai, ai dat we naar een samenleving gaan waarin dat vanzelfsprekend wordt. 

Dan komt er nog een wet aan voor verplichte vertrouwenspersonen bij bedrijven. Organisaties krijgen daar de tijd voor, zodat de kleinere bedrijven deze ontwikkeling kunnen bijbenen en zich hierop kunnen instellen. Over het algemeen willen we heus professioneel, gedegen en fair aan integriteit werken omwille van humaniteit. Met andere woorden, de menselijke maat. Omdat het broodnodig is, blijkt uit al dat leed en uit al die vreselijke geschiedenissen van klokkenluiders uit het (recente) verleden. Geloof me, sommige geschiedenissen, bijvoorbeeld binnen grote corporates, zijn gruwelijk.

Melders die door een levende hel zijn gegaan, omdat ze gebrek aan integriteit en humaniteit hebben willen aankaarten en veranderen. Omdat alles wat er in theorie was, in de praktijk niet genoeg was, inclusief de juridisering. Omdat allemaal factoren – waaronder de structuren van industrieën en het gedrag van mensen zoals wegkijken, uitsluiten, negeren enzovoorts, integriteitsschendingen binnen de diverse ecosystemen in stand hebben gehouden. Soms deden klokkenluiders een melding omwille van zichzelf. Vaker onwille van rechtvaardigheid en duurzame verandering voor anderen binnen en buiten het ecosysteem. Met wat ik zelf gedaan heb rondom gesloten gemeenschappen openbreken om kinder- en mensenrechten te handhaven, herken ik me in hen.

Kaf van het koren scheiden

In de wereld van de integriteitsbureau’s kunnen we het kaf van het koren scheiden, door allereerst te kijken naar zaken zoals toetsing en vergunningsverplichting op basis van de Wet Particuliere Beveiligingsorganisaties en Recherchebureaus. Bedrijven kunnen zoeken naar een bijbehorende registratie, namelijk een POB-nummer, zoals we dat ook kennen uit andere industrieën. 

Natuurlijk kan deze wereld aangescherpt worden vanuit betrouwbaarheid, vakkundigheid, onpartijdigheid qua oordeel en toezicht. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor vertrouwenspersonen en de scholing om er één te worden.

Alleen: give this domain a break. Het kost immers even tijd om de integriteitswereld volwassen te laten worden. Gun dat. We zijn aan het voortborduren op de initiële start vanuit risk en compliance. Ook in dat geval duurde het voordat dat stuk serieus werd genomen, voorbij de algemeen heersende check-in-the-box-mentaliteit van enkel moeten voldoen aan de regeltjes. Voorbij er rekening mee houden, zonder urgentie bij de top van de ecosystemen, vooral omdat die mensen er totaal geen persoonlijk belang bij voelden.

Ten tweede kunnen we het kaf van het koren scheiden door te kijken naar wie de professionals nou zijn die in deze wereld werken. In tegenstelling tot andere, willekeurige industrieën heb ik gemerkt dat een hoop integriteitsprofessionals zelf gebrek aan moraal, ethiek en integriteit – soms groot onrecht – in hun leven hebben doorstaan. Ze kunnen mensonwaardigheid vanuit veel diepere lagen bevatten dan mensen die zoiets nooit hebben meegemaakt. Soms zouden we eraan kunnen toevoegen: mensen die privilege kennen. Ik benadruk: soms – niet altijd.

Ze beschikken over een gedrevenheid en betrokkenheid, zoals een ex-kankerpatiënt, nu medisch specialist in levenskwaliteit na kanker kan opereren. Dit mogen we best zien als een kracht. Omdat juist die mensen de wereld enigszins (normatief en humanistisch) hopen te verbeteren. Vanuit een bepaald idealisme dus. Met andere woorden, vanuit de beste intenties. Ook dat herken ik bij mezelf. In een ideale status quo leidt dat soort participatie na enige beweging tot het beste resultaat in het collectief. Zwaktes kunnen zijn dat deze mensen juist te empathisch zijn en dus gekleurd raken. Ze kunnen iemands leed bijvoorbeeld niet aan. Of ze zetten teveel hun gevoel in, in plaats van ratio. Daarmee wordt de onafhankelijkheid vertroebeld van oordeelloos het proces doorlopen. 

Daarbij lijkt Kaaks totaal voorbij te gaan aan het feit dat deze betrokkenen tijdens zo’n onderzoekstraject ongelooflijk kwetsbaar zijn voor tegenreacties, inclusief wraak. Toch wagen deze professionals zich weer iedere dag aan dit soort complexe processen. Als advocaat kan hij zich daar zeker een voorstelling van maken. 

Ik moet er niet aan denken om zulk soort risico’s te nemen. En ik kan me werkelijk waar geen voorstelling maken van de moed die dat vraagt. Kortom, we mogen best wat meer waardering, respect en nogmaals geduld hebben voor wat ze doen.

Boven alles lijkt Kaaks te vergeten dat regels de mens meer dienen dan mensen de regels. Met andere woorden, wet- en regelgeving is er voor de mensheid. De mensheid is er niet voor de wet- en regelgeving, maar moet zich er alleen aan houden. 

We hebben zoiets als wet- en regelgeving, oftewel risk, governance, compliance en integriteit (ik zet integriteit hier bewust even apart) om humaniteit te dienen. Vooral om onze onbevoorrechten, kwetsbaren of onze minderheden te kunnen beschermen, die zichzelf op hun beurt ook moeten beschermen. En om kansen te kunnen bieden, die ze op hun beurt ook zelf moeten stimuleren. Sociale en morele waarden die we doorlopend gezamenlijk laten evolueren, zodat we van het darwinisme naar overvloed kunnen verschuiven. Ai, ai, ai, wat is dat nodig. En ai, ai, ai, wat een complexe klus. Niet de wet- en regelgeving als droog fenomeen laat dit proces op gang komen. 

Menselijke maat zonder juridisering

Persoonlijk ga ik zelfs een stap verder. Zitten we in een soort tijdperk van verlichting? Sowieso in een tijd waarin er sprake is van een collectieve opening voor een herevaluatie van wat we onder de menselijke maat verstaan – met alle sterktes en zwaktes van dien. Voor (h)erkenning van wat mensonwaardig is, zodat we structureel normatief kunnen ophogen en kunnen verbeteren, is juridisering soms geeneens relevant! Want om te bepalen wat we integer vinden en wat niet, of welke richting we uit willen gaan, hebben we vaak helemaal geen juridisering nodig. Enkel de juiste balans tussen gevoel en ratio, alleen en met elkaar. Juridisering kan wel een afgeleide zijn van ‘elkaar’. Maar het begint bij intenties en attitude, gevolgd door gedrag – bijvoorbeeld respectvol naar elkaar luisteren. Bij het menselijke.

In een tijd waarin er zoveel beweging is, mogen we bovendien ook milder zijn als er nog blinde vlekken bestaan bij de melders die vreselijk grensoverschrijdend gedrag hebben ondergaan en de processen niet goed kennen. Bijvoorbeeld als ze te dicht bij het onderzoeksbureau staan. Of hun stem te vroeg via de pers laten doorklinken. Dat trekt allemaal wel bij. 

Het is soms de starheid van de juridisering die ons zo onnodig hard maakt jegens zovelen die door vreselijke ervaringen zijn gegaan en die ervaringen met zich meedragen. Die zoveel opofferen om zich uit te spreken. Die zaken helemaal niet verzinnen, aandikken of spinnen. Met diezelfde starheid nemen we onbedoeld integriteitsschendingen en gebrek aan humaniteit in bescherming.

Ik heb geen statistieken. Maar wat ik me wel kan voorstellen, is dat het aantal mensen met onzuivere motieven zoals hypocrisie, zelfbeklag en lichtgeraaktheid waar Kaaks naar refereert, veel minder is dan het aantal met serieuze ervaringen van onacceptabel gedrag – om de term grensoverschrijdend gedrag maar even niet te gebruiken.

Vooruitgang om trots op te zijn

Daarbij zouden we in deze tijd bijna vergeten dat integriteit inspirerend is en dat het het welzijn van ons allemaal binnen en buiten de diverse ecosystemen bevordert. Integriteit in de zin van als mens geïntegreerd zijn. Van vasthouden aan een eigen anker. Van het juiste doen als niemand kijkt. Van zuivere intenties, attitudes en gedrag, ook wanneer we niet bij anderen in de buurt zijn. 

In zijn artikel kijkt Kaaks onbedoeld over de positieve kant van integriteit heen. Over de gevolgen van integriteit, bijvoorbeeld een significante ophoging van zingeving, geluk, vitaliteit, harmonie en samenwerking. Terwijl organisaties nu terecht meer ecosystemen zijn waarbinnen persoonlijke groei van individuen mogelijk wordt gemaakt. Dat lijkt me geen mistig moreel toetsingskader, maar een vooruitgang om trots op te zijn en om vast te houden.

Maakbaarheid van de mens

Dit brengt me op mijn eigen bescheiden bijdrage aan dit domein.

Wet- en regelgeving, codes of conduct, reglementen, beleid en vanuit de top het voorbeeld geven, kennen allemaal beperkingen. Cultuur- en mentaliteitsverandering bijvoorbeeld en veiligheidsbeleving meetbaar/concreet maken, is het streven waard, maar blijft gebreken kennen. Daarbij zijn dit soort zaken aan onderhoud onderhevig. Geen van deze bouwblokken is helemaal waterdicht en duurzaam resistent. Op zich is dat niet erg en bovendien logisch. In die zin heeft Kaaks misschien gelijk als hij over een mistig moreel toetsingskader spreekt.

Ik koester geen illusies dat hele ecosystemen – bijvoorbeeld in large enterprise – in een mum van tijd gaan veranderen aan de hand van opgelegde verscherpingen op basis van moraal, ethiek en integriteit. Aan de hand van de zojuist genoemde bouwblokken. Dat is realistisch en verdrietig soms. Het zit hem in de illusie van de maakbaarheid van de mens, oftewel de welbekende discussie van nature versus nurture

Gedrag is enigszins nog meetbaar/concreet. Maar intenties en attitude zijn dat niet. Vanuit dit perspectief treedt gewenst gedrag op als iemand iets wil doen (motivatie), iets kan doen (capaciteit) en de mogelijkheid heeft om iets te doen (gelegenheid). Maar laten we eerlijk zijn. Onder druk wordt dit erg op de proef gesteld. 

Belangrijker, op de schaal tussen de dark triad aan de ene kant en de mensen met een sterk moreel kompas aan de andere kant, zelfs al werkt vasthouden aan integriteit of tegenspraak leveren in hun nadeel, bevindt zich het overgrote deel van de mensheid die geïnspireerd kan raken op het gebied van integriteit. Maar ook diegenen die nooit in staat zullen zijn om te veranderen.

De kern van waarom integriteit zo complex is, is namelijk dat sommigen helemaal niet willen of kunnen verbeteren. Niet zozeer dat integriteit voor iedereen iets anders betekent en vervolgens als collectief wordt samengesteld. Zo lees ik veel over de soft skills van mensen en de zogenaamde soft controls binnen bepaalde industrieën om intenties, attitude en gedrag te toetsen. 

Ik lees dat we mensen met de juiste bouwblokken kunnen helpen om bijvoorbeeld empathie te ontwikkelen. Maar iets ervaren omdat anderen het ervaren, of het herkennen uit de praktijk en dan snel schakelen om het na te doen, is iets anders dan het vanuit een zuivere basis doorvoelen en kunnen. 

Het is de reden waarom zo ontiegelijk veel narcisten grote successen in diverse ecosystemen behalen. Ze weten soft skills na te bootsen, terwijl ze anderen ondertussen pathologisch en structureel weten te vertrappen. Ik herhaal: vertrappen. Herhaal dat woord maar eens een paar keer en probeer dan te bevatten hoe dat van binnen in de mens moet voelen. Hoe dat de mens lange termijn kan afbreken. Vertrappen. Kortom, integriteit blijft complex, omdat we simpelweg niet bij de intenties van de ander kunnen. 

Integer leven

Dit is de reden waarom ik heilig geloof in 1:1 met mensen werken aan een integer leven leiden. Meer aan de hand van hun eigen blauwdruk dan aan de hand van opgelegde factoren zoals cultuur en mentaliteit, of beleid en wet- en regelgeving. Dit is namelijk het stuk waar individuen volledig verantwoordelijk voor kunnen zijn. Het stuk waar velen niet bij durven te komen, bang voor wat ze zullen ontdekken en wat de gevolgen daarvan zullen zijn. En terecht, want een integer leven leiden, betekent veel verlies en niet alleen gewin. Geloof me, ik kan er in mijn eigen leven over meepraten. Bang om zichzelf toestemming te geven om naar die blauwdruk te gaan leven. Zeker vrouwen die zich nog flink moeten ontdoen van transgenerationele, opgelegde beperkingen. Zeg gerust ketens. Dit is mijn stuk in het geheel!

Wanneer steeds meer mensen een integer leven gaan leiden aan de hand van een eigen blauwdruk, gaat er binnen en buiten de diverse ecosystemen een krachtveld ontstaan. Daarmee zullen sommigen nog altijd niet mee-evolueren, maar het evenwicht wordt anders. 

Wanneer dat in het ergste geval niet gebeurt, wanneer er geen normatieve ophoging ontstaat, kunnen de gevolgen van een integer leven leiden voor het individu en het collectief alleen maar ten goede uitpakken. Want als een individu daadwerkelijk begint met een integer leven leiden – ik noem dit ook wel sierlijk leven en mind building, valt dat als het goed gaat niet te stoppen. Er is slechts vooruitgang, ook wanneer er achteruitgang optreedt. Inderdaad, al betekent dat dat het individu uitkomt op het ecosysteem verlaten.

Laat me dat ter afsluiting omdraaien: hoe kunnen we verwachten dat ecosystemen aan normatieve ophoging doen en schendingen op het gebied van integriteit en humaniteit tegengaan, als individuen zelf geen integer leven leiden? Als we spreken over een mistig moreel toetsingskader is exact dit de reden waarom het zo mistig blijft. Niets anders. 

cc-foto: Nena Stojkovic 

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.