Elizabeth Warren, vorig najaar in de peilingen nog enige tijd koploper in de strijd om de Democratische nominatie voor het presidentschap, stapt uit de race. De senator uit Massachusetts heeft haar campagnemedewerkers donderdag ingelicht over haar beslissing.
Op Super Tuesday, waarbij in veertien staten voorverkiezingen plaatsvonden, won Warren geen enkele staat. Zelfs in haar eigen staat Massachusetts eindigde ze achter Joe Biden en Bernie Sanders. Ook de miljardair Michael Bloomberg stelde teleur en besloot na Super Tuesday te stoppen. Dat Bloomberg het zo slecht deed, was overigens een belangrijke verdienste van Warren die hem tijdens een debat het vuur na aan de schenen legde. Warren hekelde Bloombergs denigrerende uitspraken over vrouwen en wees op de vrouwen die de miljardair hadden beschuldigd van ongepast gedrag.
Warren viel op met uitgewerkte plannen voor het opbreken van Big Tech, hogere belastingen voor de rijken, gratis hoger onderwijs, het kwijtschelden van studieschulden en een door overheid betaalde gezondheidszorg: Medicare-for-all. Gematigde Democratische kandidaten vielen haar aan op dat laatste plan, omdat ze volgens hen onvoldoende duidelijk maakte hoe ze haar gezondheidsplannen wilde financieren.
Warrens bekendmaking van donderdag bezegelt wat eigenlijk al sinds woensdag duidelijk is : de race om de Democratische nominatie gaat nu tussen twee witte mannen van 77 en 78, Joe Biden en Bernie Sanders.
Hoewel Warren ideologisch het dichtst Sanders staat, botsten de twee progressieve kandidaten ook. Na een tv-debat in januari weigerde Warren Sanders de hand te schudden. Sanders zou in 2018 in een persoonlijk gesprek met Warren hebben gezegd dat een vrouw in 2020 geen kans maakt op het presidentschap. Sanders ontkende dat tijdens het debat, waarmee Warren zich voelde weggezet als leugenaar.