In het programma staat dat de partij de bescherming van mensenrechten als leidraad ziet. Wat zijn deze letters waard, als de politieke praktijk is dat de ChristenUnie voor het nederzettingenbeleid ijvert
Op dit moment zijn alle ogen gericht op de Verenigde Staten, waar vandaag de presidentsverkiezingen plaatsvinden. Het is erg spannend geworden. Over vijf maanden mogen wij ook naar de stembus. Inmiddels hebben diverse partijen hun conceptprogramma’s voor de Tweede Kamerverkiezingen gepresenteerd. Een aantal besteedt aandacht aan de kwestie Israël-Palestina: PvdA, SP, D66, GroenLinks ChristenUnie en VNL.
We hebben alle standpunten over Israël-Palestina op onze website voor u gebundeld en gaan die actualiseren, als de definitieve programma’s de komende weken worden vastgesteld. Standpunten over de internationale rechtsorde en mensenrechten hebben we ook vermeld.
Verkiezingsprogramma ChristenUnie Eén partij wil ik uitlichten: de ChristenUnie. In haar programma “ Hoopvol realistisch ” zegt de ChristenUnie meer over Israël-Palestina dan alle andere partijen bij elkaar. De kop van het betreffende hoofdstuk wekt verwachtingen: “Israël en de Palestijnen: rechtvaardige vrede”.
Ik citeer: “De ChristenUnie steunt een rechtvaardig vredesproces in het Midden-Oosten waarbij zowel recht wordt gedaan aan de veiligheid van Israël als aan de rechten van Palestijnen”. Ik lees tevens dat Israël “de Palestijnse aspiraties om tot een eigen staat te komen” moet erkennen en zich “met oog voor de belangen van de Palestijnen” moet opstellen in het nederzettingenbeleid.
Dat klinkt alleszins redelijk. Maar hoe valt dat in hemelsnaam te rijmen met de fanatieke lobby voor de nederzettingen, die de ChristenUnie bij monde van buitenlandwoordvoerder Joël Voordewind in de Tweede Kamer voert?
Te vuur en te zwaard bestrijdt de ChristenUnie zelfs de geringste maatregelen tegen het nederzettingenbeleid. In december 2012 steunde ze zelfs een motie van de PVV , die de regering opriep “de legaliteit van Joodse vestigingen in Judea en Samaria te erkennen en nederzettingen niet langer te betitelen als een obstakel voor vrede”.
In het verkiezingsprogramma staat ook dat de ChristenUnie de bescherming van mensenrechten voor het optreden van Nederland als leidraad ziet en de positie van Den Haag als internationale hoofdstad van vrede en recht moet worden versterkt. Wat zijn deze letters waard, als de politieke praktijk is dat de ChristenUnie in de Kamer voor het nederzettingenbeleid ijvert, terwijl dat beleid onder het Statuut van Rome een oorlogsmisdrijf is?
De ChristenUnie lijdt niet alleen aan tegenstrijdigheid tussen programma en politieke praktijk – het verkiezingsprogramma is in zichzelf inconsistent. Daarin staat dat de ChristenUnie voor politiek steun aan Israël staat, “met inachtneming van internationale rechtsbeginselen”. Maar de volgende zin luidt: “De Nederlandse ambassade wordt gevestigd in Jeruzalem, de ongedeelde hoofdstad van de staat Israël.”
Pardon? Jeruzalem is niet “de ongedeelde hoofdstad van de staat Israël”. Het oostelijk deel van Jeruzalem wordt sinds 1967 door Israël bezet. In 1980 heeft Israël Oost-Jeruzalem geannexeerd. Geen enkel Westers land heeft die annexatie erkend. Uit protest tegen de annexatie, hebben alle Europese landen hun ambassades uit Jeruzalem teruggetrokken en naar Tel Aviv verplaatst. En dan rept de ChristenUnie over “internationale rechtsbeginselen”, terwijl ze deze onwettige annexatie steunt en legitimeert?
Commotie over UNESCO-resolutie Jeruzalem Het gevoelige Jeruzalem-dossier liet de gemoederen onlangs weer hoog oplopen. UNESCO, de VN-organisatie voor onderwijs en cultuur, heeft op 12 oktober een resolutie aangenomen waarin Israël werd gekapitteld voor zijn provocaties en onrechtmatig beleid rond de Haram al-Sharif – de heilige plek in de Oude Stad van Jeruzalem, die Israël aanduidt als “Tempelberg”.
Het uitvoerend comité van UNESCO heeft 58 leden, waaronder Nederland. Met vijf andere leden stemde Nederland tegen de resolutie. Een ruime meerderheid liet zich gelukkig niet van de wijs brengen en stemde voor.
Op 26 oktober nam de commissie voor Werelderfgoed een tweede resolutie aan, waarmee UNESCO op Israëls lange tenen ging staan. De Israëlische regering schreeuwde moord en brand en beweerde dat beide resoluties de Joodse binding met de Tempelberg ontkennen.
Dat het veel genuanceerder ligt en Israëls protest politieke bijbedoelingen heeft, legt onze medewerker Jan Keulen in zijn column “ Jeruzalem gekte: it’s the occupation stupid ” uit. Daarin haalt Jan ook Kees van der Staaij aan, die met de Israel Allies Foundation onlangs Israël bezocht en steun betuigde aan de nederzettingen.
Ik heb veel respect voor Van der Staaij, die een bekwaam en waardig politicus is. Maar net als Joël Voordewind van de ChristenUnie behoren hij en zijn SGP tot de internationale lobby die de bezetting van Palestina steunt en de mogelijkheid een levensvatbare Palestijnse staat tot stand te brengen in de grond boort.
B’Tselem in VN-Veiligheidsraad Ik zou willen dat Van der Staaij de magistrale toespraak op zich laat inwerken, die Hagai El-Ad onlangs voor de VN-Veiligheidsraad hield. El-Ad is directeur van de gerespecteerde Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem.
El-Ad had niet treffender kunnen verwoorden, wat de Israëlische bezetting in de praktijk voor miljoenen Palestijnen inhoudt:
“What does it mean, in practical terms, to spend 49 years, a lifetime, under military rule? … What about the many “ordinary” days of a 17,898-day-long occupation, which is still going strong?
Living under military rule mostly means invisible, bureaucratic, daily, violence. It means living under an endless permit regime, which controls Palestinian life from cradle to grave: Israel controls the population registry; Israel controls work permits;
Israel controls who can travel abroad – and who cannot; Israel controls who can visit from abroad – and who cannot; in some villages, Israel maintains lists of who can visit the village, or who is allowed to farm which fields. Permits can sometimes be denied; permits must always be renewed.
Thus with every breath they take, Palestinians breathe in occupation.”
Hij eindigde met een krachtig appel op de internationale gemeenschap om de bezetting te beëindigen:
“Clearly, the occupation is internationally sustainable. It is so, because so far the world refuses to take effective action. … We need your help. Fifty years of “temporary” occupation are too long for even a single person on this planet to accept such a contradiction in terms. The rights of Palestinians must be realized; the occupation must end; the UN Security Council must act; and the time is now.”
Ik ga Kees van der Staaij kopie van El-Ad’s toespraak sturen en zal hem op het hart drukken bij zijn eerstvolgend bezoek aan Israël met B’Tselem te praten.