Een overlevende van de martelingen op het Chileense zeilschip Esmeralda is woensdagavond de toegang tot het schip, dat op uitnodiging van Amsterdam Sail bezoekt, geweigerd. Dat meldt de Volkskrant. Eerder was door de kapitein van het schip beloofd dat het schip ’s avonds toegankelijk zou zijn.
Voormalig verzetsstrijder Boff vlucht in 1971 van Brazilië naar Chili. Daar wordt hij in 1973, samen met veel andere buitenlanders, opgepakt nadat de door de Verenigde Staten gesteunde Pinochet de macht grijpt. Boff wordt overgebracht naar de Esmeralda om daar gemarteld te worden. Nu, ruim veertig jaar later, had hij van de kapitein toestemming gekregen het schip tijdens Sail te betreden.
Woensdag stonden tientallen mensen langs de kade om te protesteren tegen de aanwezigheid van het schip tijdens het zeilfeest. Zowel de bemanning van de Esmeralda als de organisatie van Sail, reppen met geen woord over de horrorpraktijken die aan boord hebben plaatsgevonden. Wanneer een verslaggever van de Volkskrant de pr-officier van de Esmeralda ernaar vraagt, antwoordt die slechts: ‘Martelingen? Wie zegt dat?’
Tijdens Sail zal een feest plaatsvinden aan boord van het voormalige martelschip. Voor deze party, georganiseerd door de Chileense ambassade ‘ter ere van Amsterdam, een stad waar democratie en vrijheid inspireren’, zijn Nederlandse politici uitgenodigd. Wie dat precies zijn is onduidelijk, ook navraag in Den Haag door Het Parool levert niets op. De Amsterdamse PvdA voelt zich er in elk geval ongemakkelijk bij en laat bij monde van fractievoorzitter Marjolein Moorman weten: ‘We kunnen niet vrolijk aan de champagne zonder dat er erkenning is voor de historie van het schip. Het kan esthetisch een mooie boot zijn, dat betekent niet dat het ethisch door de beugel kan.’
Ondertussen ziet slachtoffer Maeth Boff het allemaal aan. Hij vindt het tekenend dat de kapitein hem nu weigert: ‘Het betekent dat ze nog niet klaar zijn voor openheid.’