Wie de macht wil uitdagen redt het niet alleen met een goed inhoudelijk verhaal en heldere alternatieven
De campagne voor de Europees Parlementsverkiezingen barstte twee weken geleden los, toen Nederland kennis maakte met Hans Brusselmans. Deze hyperbool van de Brusselse elite stond gelijk in het oog van de orkaan, maakte de tongen los en kon rekenen op een stormvloed aan oververhitte reacties. Nu de storm is gaan liggen is het tijd voor een meer nuchtere kijk op Hans Brusselmans: het filmpje van de SP staat in een lange traditie van politieke spot richting de zittende macht. En ook de heftige reeks aan reacties van fans en vijanden die het opriep zijn niets nieuws.
De stroom van reacties legde precies bloot wat de satire beoogt: de ‘babbelende kaste’ vond het nagenoeg unaniem schandalig, terwijl heel veel anderen het fantastisch vonden. Een teken dat de spot raker was dan menigeen zal willen toegeven. De reacties zeiden veel over het maatschappelijk debat en de scherpe scheidslijnen in dit land. Terwijl wij aan de deur en op de markt op veel bijval konden rekenen, was de teneur bij de gebruikelijke ‘ talking heads’ precies omgekeerd. De eindredacteur van deze website trapte af met jaren-30-vergelijkingen , minister-president Mark Rutte noemde het ‘bagger’ en Timmermans zelf vond het ‘humorloos moddergooien’.
Waar veel Hilversumse en Haagse duiders deden voorkomen dat de kritiek vooral over de vorm ging, ging het hen natuurlijk wel degelijk om de inhoud. Het stof die het filmpje deed opwaaien is vooral een botsing tussen mensen die zich aangevallen voelen in hun liefde voor deze EU enerzijds en mensen die het beeld van een elite zelden zo raak in beeld gebracht zagen worden anderzijds. Je mening over deze spot zegt wellicht meer over je maatschappelijke positie dan over je gevoel voor smaak.
Wie de geschiedenisboeken induikt ontdekt veel voorbeelden waaruit blijkt dat spot en satire altijd al zeer effectieve middelen zijn geweest voor uitdagers van de macht – en dus op afkeer van de elite kon rekenen. Wie de macht op de hak neemt stelt hun legitimiteit krachtig ter discussie en doet daarmee het onvergeeflijke.
Niet voor niets waren spotprenten over de paus ten tijde de reformatie, over koning Lodewijk XVI tijdens de Franse Revolutie of over de Oranjes tijdens de Bataafse Revolutie verboden. Paus Leo X, koning Lodewijk XVI, stadhouder Willem V en hun aanhangers zullen een heel ander ‘gevoel voor smaak’ hebben gehad over de spotprenten van hun tijd, dan grote delen van de bevolking.
Machthebbers waarmee gespot wordt zullen het middel altijd te vuur en te zwaard bestrijden en als ‘immoreel’ bestempelen. In China vindt de regering bijvoorbeeld dat Winnie the Pooh de ‘waardigheid’ van president Xi Jinping aantast. Vanwege de treffende gelijkenis is de vrolijke knuffelbeer een bijzonder geschikt middel gebleken om de spot met Xi Jinping te drijven. Winnie the Pooh is inmiddels in de ban gedaan.
Wie zich zeker bewust was van de effectiviteit van spot, was de socialistische spotprenttekenaar Albert Hahn. Hij tekende onder ander voor het partijblad van de SDAP (de voorloper van de PvdA). Zijn prenten konden, zoals dat hoort, steevast rekenen op een stevige lading kritiek van de gevestigde orde. Arbeiders vonden zijn prenten daarentegen fantastisch. Hahn’s spotprenten waren glashelder en hij schuwde niet man en paard te benoemen.
De vergelijking tussen de spotprenten van Albert Hahn en het spotfilmpje van Brusselmans slaat niet alleen op vorm maar ook op inhoud. Hahn tekent in ‘Achter het horretje’ een rijke burger die een massa Algemeen Kiesrecht-demonstranten uitlacht; de SP brengt Brusselmans in beeld die lachend referendumuitslagen in de open haard gooit. Hahn neemt in ‘Militarisme’ de elite voor wie oorlog een feestelijk spel is op de hak; de SP laat Brusselmans spelen met blauwe mini-tanks. Hahn liet een minister de hielen van de prins-gemaal likken; de SP laat Brusselmans verliefd staren naar de baas van de EU.
Dat bij het inzetten van scherpe middelen een storm opsteekt, mag niemand verbazen. Zeker de SP niet. Het is immers niet de eerste keer dat dit de partij overkomt. In 2008 noemde de Reclamecode Commissie een filmpje van de SP over de thuiszorg, waarin een oude mevrouw zich helemaal uitkleed, ‘walgelijk, beledigend en tegen de wet’. Het CDA vond het ‘een belediging voor de mensen in de zorg’ en de PvdA vond dat er ‘misbruik’ werd gemaakt van ouderen. Maar de reacties van mensen die zorg nodig hadden of van thuiszorgers zijn één op één vergelijkbaar met de reacties nu: het moest maar eens gezegd worden. Uiteindelijk won de spot een Gouden Loeki.
Wie de macht wil uitdagen redt het niet alleen met een goed inhoudelijk verhaal en heldere alternatieven. Uitdagers van de macht hebben in het verleden altijd gebruik moeten maken van spot om hun verhaal kracht bij te zetten. Wil zij effectief zijn, dan zal de SP dat moeten blijven doen. Daarmee vervult zij dezelfde rol als de SDAP van Albert Hahn een eeuw geleden. Ik zie uit naar het volgende spotfilmpje van de SP. En als PvdA’ers dat maar niks vinden, dan zegt dat vooral wat over de machtspartij die ze geworden is.