Hoewel ik zelf tot de generatie X behoor, wil ik het opnemen voor de grote groep bekritiseerde mensen van middelbare leeftijd.
De 25-jarige Nieuw-Zeelandse politica Chlöe Swarbrick haalde zich enkele maanden geleden de woede op de hals van veel mensen in haar eigen land tot ver daarbuiten. Zoals dat wel vaker gaat met hippe, overzeese termen en rages, maakte haar uitspraak “Ok boomer” veel los. Ze kwam tot deze uitspraak toen een oudere collega-politicus haar tijdens een politieke toespraak vanuit de zaal interrumpeerde. Het filmpje van de politica, inclusief de bijbehorende term ‘Ok boomer’ , werd in grote delen van de wereld populair en zette aan tot discussie.
Het betreffende woord ( ‘boomer’ ) maakte vervolgens ook in Nederland een glorieuze eindsprint om op de valreep van 2019 met 41,8% van de uitgebrachte stemmen zelfs te worden verkozen tot Van Dale Woord van het Jaar. Hiermee werden de gedoodverfde favorieten ‘klimaatdrammer’ en ‘klimaatspijbelaar’ verwezen naar plaats twee en drie in de ranglijst.
De populaire boomer -term stamt af van de zogenaamde generatie babyboomers , zoals in ons land de ongeveer 2,4 miljoen mensen worden genoemd die zijn geboren tijdens de naoorlogse jaren en destijds zorgden voor een piek in de geboortegrafieken. Deze periode loopt globaal van 1946 tot en met 1955. Dat er geregeld een vervelende connotatie kleeft aan het begrip babyboomer , heeft er onder andere mee te maken dat een groot deel van deze generatie neerbuigend kan reageren op enerzijds de strijdbare en progressieve aanpak van de huidige generatie X (geboren tussen 1960 en 1980), generatie Y (geboren tussen 1981 en 2000) en generatie Z (geboren tussen 1995 en 2010). En anderzijds nogal kan afgeven op het geëtaleerde ‘lamzak-gehalte’ van de hedendaagse jeugd, die volgens hen enkel bezig is met het profileren van zichzelf in deze maakbare wereld. Een tegenstrijdig schemergebied dus, waarin onwetendheid en het onderbuikgevoel de overhand lijken te hebben.
Hoewel ik zelf tot de generatie X behoor, wil ik het hier opnemen voor de grote groep bekritiseerde mensen van middelbare leeftijd, die reeds veelal van hun pensioen genieten. Zij mogen momenteel dan wel onderwerp van discussie zijn, maar over een aantal decennia zullen de huidige pas geborenen en de kinderen die nu nog moeten worden geboren (generatie ?), wellicht het stokje overnemen van de huidige generaties X, Y en Z. Grote delen van deze generaties, die nu door de huidige babyboomers veelal worden bekritiseerd, zullen dan wellicht op hun beurt de leefwijze en het opportunisme van de nu nog niet bestaande generaties bekritiseren. Een en ander is een evolutionair fenomeen en tevens een gezond gevolg van de menselijke behoefte om je als jongere af te zetten tegen de heersende waarden, normen en patronen en om een bijdrage te mogen leveren aan een wereld zoals jij die graag zou willen zien voor jezelf, je naaste omgeving en je eventuele nakomelingen.
In zijn bestseller ‘Wij zijn ons brein’ citeert hoogleraar neurobiologie Dick Swaab toepasselijk de volgende tekst, ter inleiding van een hoofdstuk over pubergedrag:
"‘Onze jeugd heeft tegenwoordig een sterke hang naar luxe, heeft slechte manieren, minachting voor het gezag en geen eerbied voor ouderen. Ze geven de voorkeur aan kletspraatjes in plaats van training… Jonge mensen staan niet meer op als een oudere de kamer binnenkomt. Zij spreken hun ouders tegen, houden niet hun mond in gezelschap en tiranniseren hun leraren.’"
Deze tekst is afkomstig van de filosoof Socrates (ca. 470 – 399 v. Chr.) en zorgt voor de nuchtere conclusie dat het afgeven op de jongere generatie(s) door de oudere generaties blijkbaar van alle tijden is en zorgt voor een eeuwigdurend boomerang-effect. Het lijkt me dan ook verstandig om dit te erkennen en door middel van wederzijds begrip en respect hiernaar te handelen.