In tal van Europese landen zijn nationalistische, conservatieve bewegingen opgestaan die allang niet meer enkel euroscepsis gemeen hebben. Ze zijn vooral tegen Europese waarden die hen niet aanstaan
Door: Sophie in ’t Veld en Vera Bergkamp
Vandaag, 17 mei 2019, is het de Internationale Dag tegen Homofobie, Bifobie en Transfobie (IDAHOT). Precies negenentwintig jaar geleden werd homoseksualiteit geschrapt van de officiële lijst van ziekten, die de Wereldgezondheidsorganisatie hanteert. Zelden viel deze dag in politiek opzicht op een wranger moment, dan deze week. Afgelopen dinsdag werd een petitie aan de Tweede Kamer aangeboden, ter ondersteuning van de Nashville-verklaring. Een verklaring die onder andere pogingen tot genezing van homoseksualiteit ondersteunt. Ook deze week, diende Forum voor Democratie een voorstel in, om hate crimes tegen LHBTI’ers minder zwaar te straffen. Gesteund door de PVV.
SGP, PVV en FvD vormen in Nederland een coalitie van nationalistisch rechtse partijen, waar LHBTI’er zich zorgen over moeten maken. Niet alleen in Nederland, maar In tal van Europese landen zijn nationalistische, conservatieve bewegingen opgestaan die allang niet meer enkel euroscepsis gemeen hebben met elkaar. Ze zijn vooral tegen Europese waarden die hen niet aanstaan. We zien dat conservatieve christenen en rechts-populistische groepen elkaar steeds meer vinden om progressieve rechten terug te draaien. Ten koste van vrijheid en gelijkheid.
Partijen als het AfD in Duitsland, Lega in Italië, Fidesz en PiS in Hongarije en Polen zoeken elkaar op, smeden coalities en hebben geldschieters uit streng-christelijke kringen. Ook vanuit Nederland worden die conservatieve krachten gesteund. Eind april bood de SGP een pamflet aan bij het Europees Hof, helaas gesteund door een aangenomen motie in de Tweede Kamer, met daarin de boodschap dat gezinsbeleid een exclusieve aangelegenheid van de lidstaten moet zijn. Dit betekent meer ruimte voor conservatieve denkbeelden over het gezin, huwelijk, de rechten van vrouwen en LHBTI’ers.
Het lijkt wel alsof we een stap terug doen. Dat wordt al langer gevoeld, onderhuids. Alleen dat ongemak kwam met veel emotie naar boven met de Nashville-verklaring. Een exportproduct van conservatieve denktanks uit de Verenigde Staten, dat ook bij ons in Nederland weerklank vond. In het land dat pionierde met het openstellen van het burgerlijk huwelijk voor partners van het gelijke geslacht. Waar al sinds 1986 door christelijke geloofsgemeenschappen huwelijken tussen paren van gelijk geslacht worden gesloten. Hoe hartverwarmend de massale verontwaardiging over “Nashville” ook was, het legde wel een realiteit bloot over de staat van de emancipatiebeweging in Europa. Beangstigend is dat de teneur van deze verklaring, tegen de verwachting van optimisten in, niet snel is overgewaaid.
We zijn al 10 jaar aan het vechten om op Europees niveau wetgeving aan te nemen om LHBTI-personen te beschermen tegen discriminatie en ongelijke behandeling. Tegelijkertijd verzetten Europese ministers zich plotseling tegen het noemen van LHBTI’ers in conclusies over discriminatie van de Europese Raad. Grondwetten worden gewijzigd om daarin vast te leggen dat het huwelijk alleen kan bestaan uit een man en een vrouw. Er is een Europees Burgerinitiatief ingediend “Mum, Dad & Kids” dat wil regelen dat er in Europese wetgeving ook alleen wordt gesproken over een huwelijk tussen een man en een vrouw.
De fundamentele rechten van de Europese Unie gaan over “menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren”. Het is belangrijker dan ooit dat we in Nederland gemotiveerd blijven om voor die waarden te blijven staan. Dat we stukje bij beetje werken aan de sociale acceptatie van LHBTI’s. Dat er wetgeving komt om LHBTI-personen te beschermen tegen discriminatie en geweld. Dat zij recht krijgen op goede gezondheidszorg en gelijke kansen op de arbeidsmarkt. Dat LHBTI-asielzoekers bescherming krijgen en gelijk behandeld worden. Dat we blijven strijden voor de openstelling van het huwelijk voor paren van gelijk geslacht in álle lidstaten van de Europese Unie.
De Europese Commissie moet met een voorstel komen om in alle bestaande wetgeving te verduidelijken dat de rechten van regenboogfamilies ook over de grens gelden. Opdat EU-landen niet langer kunnen schermen met nationale bevoegdheden om paren van het gelijke geslacht hun rechten te ontzeggen. Bulgarije en Polen erkennen bijvoorbeeld niet een in Nederland gesloten huwelijk tussen twee mannen. Als je getrouwd bent, en misschien kinderen hebt, wil je dat die liefde en je gezin overal op dezelfde manier worden erkend. En niet dat jouw verbintenis als tweederangs wordt beschouwd. Daarom wil D66 dat elk huwelijk dat in de Europese Unie is gesloten, in de hele Unie op dezelfde manier wordt behandeld.
Wij blijven strijden voor de openstelling van het huwelijk voor paren van gelijk geslacht in heel Europa. Tot dat is bereikt, willen we dat de Europese Commissie stappen zet om de gelijkheid van het huwelijk te garanderen. Juist nu moeten we tegenmacht organiseren voor de beweging die terug in de tijd wil. Juist nu is je stem belangrijk om ervoor te zorgen dat iedereen in Europa zichtbaar zichzelf kan zijn.
Sophie in ‘t Veld – Lijsttrekker voor D66 bij de Europese VerkiezingenVera Bergkamp – Tweede Kamerlid D66