Waarom goede plannen zo vaak door de overheid in de kiem worden gesmoord en slechte doorgedreven.
Er komt in Nederland een vorm van bestuurlijke krankzinnigheid voor die goede plannen smoort en slechte juist doordrijft. Deze week geeft daar twee voorbeelden van te zien. Op het eerste gezicht lijken ze heel ongelijksoortig maar in feite vertonen zij een nauwe samenhang.
In Utrecht wil een zorgmanege het aanbod opluisteren met een poffertjeskraam. Het is een prachtig exemplaar van 125 jaar oud dat al enige jaren in een loods stond te verpieteren. Aanvankelijk was iedereen enthousiast tot en met de verantwoordelijk wethouder Kees Diepenveen van GroenLinks. Helaas mag het allemaal niet doorgaan. De afdeling Vergunningen van de gemeente Utrecht wil er een stokje voor steken. De poffertjeskraam past niet in het bestemmingsplan. Weliswaar is het mogelijk daarvan af te wijken maar de afdeling Vergunningen voelde zich niet vrij dat te doen. Daarvoor is een zorgmanege niet uniek genoeg. Het voornaamste argument is echter de nabijheid van de wijk Overvecht. Daar heeft 33% van de kinderen overgewicht, tegen 14% in de hele gemeente Utrecht. Ze mogen door een poffertjeskraam niet extra in de verleiding worden gebracht.
Zo kapseist een prachtig plan. Natuurlijk heeft een gemeente de taak in het kader van de volksgezondheid overgewicht te bestrijden. Het is echter zeer de vraag of je daaraan een bijdrage levert door een historische poffertjeskraam te weren. Toch is deze gesneuveld omdat een paar vreugdeloze apparatsjiks hebben zitten turven welke beleidslijnen van de gemeente met zo’n poffertjeskraam niet gediend zouden kunnen zijn. Daarop hanteerden zij het rode potlood.
Schiedam wil dat de inwoners aardgas de deur uitdoen want de CO2-uitstoot is bezig de mensheid de das om te doen. Dat gebeurt wijk voor wijk en als eerste is Groenoord aan de beurt. Omdat er op het grondgebied van de gemeente al lang persleidingen van de stadsverwarming lopen, is dat het goedkoopste en meest voor de hand liggende alternatief. Het College wil daartoe in zee gaan met energie-opwekker Eneco. Tot voor kort was dit in handen van een aantal gemeentes maar die hebben hun belang verkocht aan twee Japanse bedrijven waarvan Mitsubishi verreweg het belangrijkste is. Enige tijd geleden publiceerden B & W een voorgenomen besluit daartoe. De lokale afdeling van Milieudefensie las dit met verbijstering. Het verhaal is altijd dat industriële restwarmte, die anders door de schoorsteen verdwijnt, nu gebruikt wordt om woningen op een aangename temperatuur te houden. Dit is echter bij Eneco niet het geval. In een zienswijze over het voorgenomen besluit somde Milieudefensie Schiedam haar bezwaren op. Tot 2040 wordt de warmte geleverd door centrales, gestookt op vuilnis en biomassa. Dat gaat gepaard met een enorme uitstoot van CO2. Om de gewenste warmte daadwerkelijk in de Groenoordse woningen te krijgen is een hulpcentrale nodig op aardgas die in zijn eentje ongeveer evenveel verbruikt als de hoogrendementsketeltjes van alle inwoners bij elkaar. Omdat stadsverwarming een verlies kent van 30% moet er behoorlijk door gestookt worden. Conclusie van Milieudefensie: door de aanleg van stadsverwarming zal de CO2 uitstoot niet afnemen maar juist groeien. Het kost naar schatting ook nog eens 15000 euro per woning, op te brengen door de eigenaren. Ze zitten vervolgens voor dertig jaar aan Eneco vast.
Net als in Utrecht hebben ambtenaren het plan met het oog op gemeentelijke beleidsdoelstellingen beoordeeld. Ditmaal hanteerden zij een blauw potlood. Zal het aardgas uit de woningen in Groenoord verdwijnen? Jawel. Goedgekeurd. De verantwoordelijk wethouder, Jeroen Ooijevaar, toevallig ook GroenLinks net als zijn collega in Utrecht, zit erbij en kijkt er naar. Ook al raakt het verminderen van de CO2-uitstoot buiten beeld.
Wat hebben de Utrechtse poffertjeskraam en de Schiedamse stadsverwarming gemeen? In beide gevallen is er op het gemeentehuis sprake van een soort afvinkcultuur waarbij men de beleidsdoelstellingen als uitgangspunt neemt en dan gaat kijken hoe een voorstel zich daartoe verhoudt: de gemeente vindt obesitas bij kinderen een probleem. Een op de drie kinderen in Overvecht weegt te zwaar. Van poffertjes word je dik. Een poffertjeskraam bevordert dus de obesitas. Die moet zo ver mogelijk uit de buurt worden gehouden.
De denkfout ligt voor de hand: een portie poffertjes nu en dan kan voor niemand kwaad. Omgekeerd verliest geen enkele dik persoon aan gewicht als de poffertjeskraam uit de buurt wordt gehouden. Daar zal pas iets aan veranderen als de eetcultuur verandert en de mensen leren welke plaats je lekkernijen in het dieet kunt geven zonder je gezondheid te schaden. Overigens waren de jaren 1940 – 1944 de enige periode waarin de overheid obesitas effectief bestreed, al lag
dat helemaal niet in de bedoeling. Vanwege door de bezetting veroorzaakte tekorten werd de bevolking op een vetarm en allengs vegetarischer dieet gezet. Schraalhans werd steeds meer keukenmeester maar de Nederlanders hebben collectief nog nooit zo gezond gegeten. Pas na september 1944 brak de periode aan die wij ons herinneren als de hongerwinter. Voor die tijd kon iedereen met een distributiestamkaart voldoende voedsel kopen.
In het geval van de Schiedamse stadsverwarming ging het afvinken anders. Uitgangspunt is dat de wijk Groenoord in 2030 van het aardgas af moet. Ditmaal hanteerde men het blauwe potlood. De vraag luidde: hoe bereiken wij dit doel het snelst? Antwoord: door voor alle bewoners een overstap naar stadsverwarming in feite verplicht te stellen. Dan immers konden alle hoogrendementsketels naar de schroothoop. Hoe Eneco de energie voor het stadswarmtenet precies opwekt, valt buiten beeld. Ik kwam lang geleden eens een collega tegen die bij de Mededingingsautoriteit werkte. “Ons doel is”, vertelde hij mij in de tram “dat de consumenten keuze hebben, niet dat ze goedkoper uit zijn”. In Schiedam zal de overgang op stadsverwarming niet leiden tot een verminderde CO2-uitstoot. Men kan ter verdediging van de gemeente wellicht aanvoeren, dat Milieudefensie een wel heel somber beeld schetst. Toch is het zonneklaar dat deze enorme operatie in ieder geval hoogstens tot een beetje milieuwinst leidt. Het resultaat is optisch: mensen hebben hun huis overhoop moeten halen opdat de buurt energieneutraal oogt, net zoals de uitbanning van de poffertjeskraam alleen de beeldvorming dient. Het kernprobleem wordt niet wezenlijk aangepakt.
Je kunt je van aan procedures en strenge gezagslijnen onderworpen ambtenaren nog voorstellen dat zij met het oog op hun eigen hachje slechts afvinken volgens de formele regeltjes. Dan horen er toch hoger geplaatsten te zijn die tijdig ingrijpen en de denkvernauwing een halt toe roepen. Dat is in Utrecht in ieder geval niet gebeurd. Wethouder Diepenveen lijkt zich te conformeren aan het njet van de afdeling Vergunningen. Hij draagt zijn ambtenaren niet op hun gezond verstand te gebruiken bij het toepassen van de regels. Tenslotte is hij degene die de uitkomst dekt met zijn politieke verantwoordelijkheid. Het is aan hem ervoor te zorgen dat die beantwoordt aan de geest en niet aan de letter van wetten, verordeningen en bestemmingsplannen. De vaststelling van de afdeling Vergunningen dat een zorgmanege niet bijzonder genoeg is om een afwijking van het bestemmingsplan te wettigen, is bijvoorbeeld behoorlijk arbitrair. Wie bepaalt immers wat bijzonder is? En bestaat er werkelijk een correlatie tussen het gewicht van de kinderen in Overvecht en poffertjeskramen? De regels zijn niet dwingend maar bieden juist ruimte tot interpretatie.
In Schiedam zou wethouder Jeroen Ooijevaar met eenzelfde blik moeten kijken naar de uitkomst van de ambtelijke adviezen en de inhoud van het contract waarmee Eneco de gemeente in het pak probeert te naaien. Hij dient te beseffen dat dit bedrijf niet langer collectief bezit is van een groot aantal gemeentes, maar onderdeel van een Japanse multinational wiens enige doelstelling is de aandeelhouders te plezieren. Het is geen partner maar een tegenspeler. Eneco ziet nu kans gedurende dertig jaar monopolist te worden op de Schiedamse energiemarkt. Wat kan het dit bedrijf bommen dat het alleen maar om een verplaatsing gaat van de CO2-uitstoot naar vervuilende centrales.
Als het erom gaat de CO2-uitstoot te verminderen, is deze vorm van stadsverwarming nutteloos. Wellicht valt er meer te bereiken als de eerste jaren woningisolatie absolute prioriteit krijgt en dan niet alleen in Groenoord maar in de hele gemeente Schiedam. Overal in ons land mislukt de energietransitie. Op zijn best lopen de gemeentelijke projecten tegen onverwachte moeilijkheden aan. Daaruit blijkt dat het zeker niet zal lukken voor 2030 wijken en buurten op grote schaal collectief van het aardgas af te krijgen. Neem de tijd voor het zoeken naar haalbare alternatieven voor energiepopwekking en -transport. Overigens is de overheid er maar een keer in geslaagd de CO2-uitstoot van de burgerbevolking daadwerkelijk in te tomen. Ook dat was in de periode 1940 tot 1944. Ze deed dit door de consumenten steeds weer een lager percentage toe te wijzen van hun energiegebruik in 1939, vóór uit uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Minder kolen, minder kookgas, minder stroom. Dat zal ook ons voorland zijn als de zoektocht naar alternatieve energiebronnen niet snel genoeg voldoende oplevert.
Je mag van ambtelijke toppen en verantwoordelijke wethouders verwachten dat zij meer zijn dan regelneven, boven de materie uitstijgen en op grond daarvan ontdekken waar en wanneer bestuurlijke maatregelen tot ongewenste gevolgen leiden. In de praktijk zijn ze maar al te vaak onderdeel van oncontroleerbare processen die mooie ontwikkelingen de nek omdraaien en slechte alle kansen geven. Dat van de poffertjeskraam is in de publiciteit gekomen omdat het zo’n mooi tranen trekkend verhaal oplevert. Het stond prominent op de site van de NRC. De komende schipbreuk van de Schiedamse energietransitie leidde vooralsnog tot wat lokale publiciteit en geen ophef, zelfs niet van populistische raadsleden die anders klaar staan om alles wat met de energietransitie samen hangt, af te fakkelen. Misschien omdat de kritiek toevallig van Milieudefensie komt, wie zal het zeggen? En niemand weet wat de dag van morgen brengt.
Juist omdat de meeste ambtelijke krankzinnigheid de publiciteit niet haalt, geen ophef veroorzaakt en evenmin politici tot boze vragen inspireert, kan ze ongezien haar schadelijke werk doen. De burgers blijven gefrustreerd achter maar dit is een frustratie waarmee zij niet moeten willen leven. Het is triest dat zij bij de politiek weinig steun vinden behalve een beetje lippendienst nu en dan. Juist van Groen Linkse wethouders zou je een andere houding verwachten. Laten we niet te negatief zijn. Het laatste woord over deze affaires is niet gezegd. Diepenveen en Ooijevaar hebben kans zich te herpakken. Misschien helpt de muziek van Jack Hylton om de moed erin te houden.
Voor het overige ben ik van mening dat het toeslagenschandaal niet uit de publieke aandacht mag verdwijnen en de affaire rond het Groninger aardgas evenmin.