De bestuurders van de Nederlandse universiteiten en hogescholen zijn het ontwend om te gaan met opstandige studenten en personeel. Dat blijkt uit hun amateurisme nu het protest tegen het Israëlisch optreden in Gaza bij hen over de drempel komt. Activisten stellen een kraakheldere eis: verbreek alle banden met Israëlische universiteiten en bedrijven. Vervolgens zetten zij die eis kracht bij met demonstraties, sit-ins en zelfs bezettingen.
In hun publieke uitingen hebben de meeste bestuurders het cliché der clichés gebruikt: "Het demonstratierecht is een groot goed". Zij putten zich uit in begrip voor de "zorgen" van de studenten met betrekking tot Gaza, zij zeggen zelfs die "te delen". Daarna schrikken zij van de scanderende menigte voor de deur en vragen de ME op te treden. Die doet dat de hele week al. Mede hierdoor neemt het aantal demonstranten elke dag toe. Donderdagavond trokken er duizenden naar het Maagdenhuis, het hoofdkantoor van de UvA. Daar kregen zij de inmiddels gebruikelijke klop van de ME.
In een interview met Nieuwsuur benadrukte de rector magnificus van de UvA, prof. dr. Peter Paul Verbeek, steeds weer dat hij en zijn medebestuurders het zo belangrijk vonden te de-escaleren en in gesprek te blijven. Toch was hij degene die door een aangifte bij de politie de trigger gaf tot het optreden van de ME.
Hij had dus de hele tijd tegengestelde signalen afgegeven. Hij laveerde tussen meegaan en grenzen stellen. Het was moeilijk met de demonstranten te communiceren, vertelde hij omdat zovelen gezichtsmaskers droegen. Dit was ook het geval bij een deel van de delegatie die namens de activisten kwam overleggen. De rector had netjes vergaderd - "in het Engels", zei hij erbij – met mensen die hun identiteit verborgen hielden maar zich wel gedroegen alsof zij dragers waren van de acties. Daarna stuurde hij toch de politie op ze af.
Dit is te gek voor woorden. Een bestuurder onderhandelt niet met anonieme persoonlijkheden. Hij spreekt zelf met open vizier en eist dat van ieder ander aan zijn tafel. Je kunt immers geen afspraken maken als je niet weet wie je voor je hebt. Het getuigt bovendien van een basaal wantrouwen als onderhandelaars gemaskerd verschijnen. Het is hier geen oorlog. De rector is geen generaal en zijn gasten aan tafel maken geen deel uit van een of andere militie, die morgen misschien weer de strijd aan bindt.
Woordvoerder van de protesterende studenten Carlos van Eck beweerde in een gesprek op NPO Radio 1 met Natasja Gibbs dat de dragers van die maskers bang waren voor sancties door de universiteit. Zonder specifiek te worden beweerde hij dat die in het verleden al waren toegepast. Studenten hadden een extra werkstuk(!) moeten schrijven. Of ze waren geweerd van een uitwisseling. Zulke beschuldigingen zijn loos als niet man en paard genoemd worden. De gemaskerde activisten maakten zich belachelijk door een misplaatst gevoel van belangrijkheid: want dat brengt zulke gezichtsbedekking tot uiting en niets anders. Kijk mij eens risicovol leven terwijl een ander zich zorgen maakt om het volgende tentamen.
Zo loopt de hele klerezooi aan twee kanten uit de hand. En dat terwijl de zaken toch glashelder liggen: de onderwijsbobo's hebben te maken met een krachtige lobby tegen banden met Israëlische universiteiten en bedrijven. Het staat de lobbyisten vrij hun standpunten overal op de instelling naar voren te brengen.
De besluitvorming over de banden met Israël berust daarentegen uitsluitend bij de daartoe aangewezen bestuurlijke organen. Als de tegenstanders van samenwerking met Israël hun zin willen krijgen, moeten ze die zien te overtuigen.
De keuze aan instrumenten is aan de anti-Israël lobbyisten. Als zij demonstraties willen houden op het universiteitsterrein is dat hun goed recht. Ook als ze hun standpunten onderstrepen met sit-ins en bezettingen. Zij mogen zelfs een politieke staking uitroepen om de inwilliging van hun eisen af te dwingen.
Zij mogen nooit of te nimmer geweld gebruiken of anderen verhinderen hun werkzaamheden uit te voeren dan wel onderwijs te volgen. Daar ligt de grens. Overschrijdt men die, dan volgen sancties en waar noodzakelijk optreden van de politie.
Professionele actievoerders en bestuurders houden – als het goed is - voeling met elkaar om ongelukken te voorkomen. In dat geval is het noodzakelijk dat zij van elkaar weten wie ze precies vertegenwoordigen en namens welke achterban zij spreken. Dan zijn – nogmaals - maskers en geheime identiteiten uit den boze.
Zou het trouwens spoken bij Femke Halsema in de ambtswoning? Als zij zich opmaakt, ziet ze dan achter zich in de spiegel de bleke schim van haar voorganger Gijs van Hall?
Voor het overige ben ik van mening dat het toeslagenschandaal niet uit de publieke aandacht mag verdwijnen en de affaire rond het Groninger aardgas evenmin ook al is de laatste put nu dicht.
Beluister Het Geheugenpaleis, de wekelijke podcast van Han van der Horst en John Knieriem over politiek en geschiedenis. Nu: Xi