© Jurgen Nobel, staatssecretaris Participatie en Integratie
Alsof de pijnlijke gebeurtenissen in Amsterdam niet genoeg waren, stonden we jaren later ook nog eens oog in oog met die pestterm ‘integratie’. Die zouden we toch niet meer aantreffen? Niet dus. Laten we er snel afscheid van nemen, voordat de term zich verder nestelt. En nee. Niet in de ijskast stoppen, maar begraven, desnoods in een tijdcapsule. Mochten generaties na ons ‘integratie’ opgraven, dan kunnen ze zich verbazen met welk verbaal geweld de ‘integratiegeneratie’ te maken had.
Met nadruk op ‘integratie’ reGeert schade en angst richting de ‘ander’
‘Integratie’ ontstond begin jaren ‘90, gericht op de emancipatie van minderheidsgroepen op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt. Langzaam maar zeker radicaliseerde ‘integratie’ richting ‘assimilatie’. Het denken en praten over ‘integratie’ doet ‘de samenleving’ voorkomen als een soort lichaam, dat onzeker is, stelt de socioloog Willem Schinkel. En dat is problematisch.
Mensen waar ‘de samenleving’ moeite mee heeft, worden eeuwig belast met de opgave zich aan te passen. De opname van en omgang met minderheidsgroepen, niet als tweerichtingsverkeer waarin ontmoeting en wederzijds respect centraal staan, maar als eenrichtingsverkeer. De ‘ander’ dient zich te voegen naar dé Nederlandse cultuur, om vervolgens van mislukking te kunnen spreken. ‘Mislukt’ en ‘integratie’ lijken een onlosmakelijk duo te vormen.
Gemakshalve wordt ‘integratie’ in het geval van successen niet gebruikt. Zo schittert ‘integratie’ door afwezigheid bij Sifan Hassans gouden medailles. Niet alleen ligt de bal bij de ‘ander’, de ‘ander’ vormt ook nog eens een dreiging waar die wat aan moet doen. ‘Integratie’ is de manier om blijvend druk uit te oefenen op de ‘ander’ zich te ontdoen van elementen die ‘de samenleving’ onveiligheid bezorgen en het idee van verweesd zijn in eigen land aanwakkeren.
De voortdurende druk op de ‘ander’ is ondraaglijk en schadelijk. Door blijvend te hameren op het ‘anders’ en ‘afwijkend’ zijn, baart ‘integratie’ de eeuwige ‘ander’. ‘Integratie’ als een reis zonder een eindstation. Geen avontuurlijke reis, maar een reis waarbij een treinramp voor handen lijkt.
Er valt niet te ontkennen dat als het gaat over de ‘ander’, vaak de ‘moslimander’ wordt bedoeld. ‘Integratie’ heeft zich al decennia gemunt op moslims en polariseert door angst aan te wakkeren en een onoverbrugbare kloof tussen groepen tot stand te brengen. Ondertussen is de ‘rest’ van ‘de samenleving’ vrijgesteld van enige inspanning om inclusief samen te leven, waarbij diversiteit een gegeven is. De ‘rest’ is van nature geslaagd. Die wast zijn handen in onschuld.
Met nadruk op ‘integratie’ reGeert simplisme
Een andere problematische kant van ‘integratie’ is dat die zich voordoet als dé oplossing. Terwijl ‘integratie’ het probleem verergert door complexe problemen te reduceren tot iets hanteerbaars. Kwesties waartegen daadkrachtig kan worden opgetreden: ‘het integratieprobleem harder aanpakken’. Dankzij deze simplistische kijk op de wereld schuift ‘integratie’ relevante zaken die er wél toedoen terzijde.
Je zou kunnen zeggen dat ‘integratie’ intellectueel infantiel is. Maatschappelijke problemen kennen geen eenvoudige oplossingen. Als ‘wicked’ problemen liggen ze vaak diepgeworteld in uitdagingen die sociaaleconomisch van aard zijn en veelal verwikkeld zijn met uitsluiting, ongelijkheid en discriminatie.
VVD-staatssecretaris Nobel stelde na de ongeregeldheden dat islamitische jongeren niet of nauwelijks de Nederlandse normen en waarden zouden onderschrijven. Zonder te verhelderen waar hij precies op doelde en waar hij dit op baseerde. De simpele voorstelling van zaken door politici en ambtsdragers is niets anders dan een moedwillige poging om te doen alsof de ‘ander’ het probleem veroorzaakt of nog erger: het probleem is. Dat is arrogant en komt neerbuigend over richting de toehoorder. Alsof mensen niet in staat zouden zijn om te begrijpen dat het allemaal toch wat genuanceerder ligt. In zijn recente boek noemt Sander Schimmelpenninck dit simplisme ‘domheid’. Het fact free geroeptoeter van veelal populistische politici die doelbewust strategisch misleiden voor eigen politiek gewin.
Met nadruk op ‘integratie’ reGeert neoliberaal afbraakbeleid
Ondertussen zijn we dagen bezig om het ‘integratieprobleem’ te nuanceren (‘het gaat niet alleen om integratie’). We haasten ons om ook de successen van integratie te laten zien (‘kijk maar naar die en die, hoe succesvol ze zijn’). Of we problematiseren ‘integratie’ (zoals in dit stuk gebeurt). Daar zit veel emotionele arbeid in. En helaas ook nodig.
Tegelijkertijd heb ik het gevoel dat we voor gek worden gehouden. Het doet me namelijk denken aan een Turkse uitdrukking die luidt: ‘Bir deli kuyuya bir taş atar, kırk akıllı çıkaramazmış’; 'Een dwaas gooit een steen in de put. Veertig slimme mensen lukt het niet om de steen eruit te halen'. Het komt erop neer dat een (bewust) dwaze uiting de gemoederen lang kan bezighouden omdat we eenmaal hechten aan waarheid en rechtvaardigheid. Helaas is het makkelijk om met één steentje een kwetsbaar vaasje kapot te maken. Dat repareren neemt veel tijd in beslag.
Daarbij is het goed om te realiseren dat door dit ‘integratiedebat’ de aandacht wegschuift van onrechtvaardig beleid rondom onderwijs, asielmigratie, gelijke kansen en internationale mensenrechten richting ‘integratie’ van de ‘ander’. ‘Integratie’ is daarmee een afleidingsmanoeuvre, een strategie bedoeld om verantwoordelijkheid af te schuiven op de ‘ander’. En dit is niets anders dan zondebokpolitiek, gericht op criminalisering van de ‘ander’.