Rijkswaterstaat staat toe dat bedrijven schadelijke stoffen lozen in de Waddenzee, een Natura 2000-gebied en UNESCO-werelderfgoed. De bedrijven maken daarbij gebruik van vergunningen die soms al tientallen jaren oud zijn.
Mobilisation for the Environment (MOB), de milieuorganisatie van Johan Vollenbroek, heeft Rijkswaterstaat verzocht de vergunningen kritisch tegen het licht te houden. Maar daarop heeft Rijkswaterstaat niet gereageerd. Daarom stapt MOB nu naar de rechter.
De organisatie maakt zich onder meer zorgen om de lozingen van het bedrijf Delamine. Dat bedrijf mag dagelijks 4.500 kilogram ethyleendiamine (EDA) lozen in het natuurgebied. Ethyleendiamine is een zeer zorgwekkende stof waar grote gevaren voor het waterleven aan kleven.
MOB wijst erop dat Rijkswaterstaat wettelijk verplicht is om vergunningen binnen vier jaar te toetsen aan nieuwe BBT-conclusies (Best Beschikbare Technieken), maar dit nalaat. De weigering van Rijkswaterstaat om op MOB te reageren, past ook in dit patroon. “Dit is niet alleen een kwestie van bureaucratische traagheid”, constateert Vollenbroek. “Het uitstel werkt direct in het voordeel van vervuilende industrieën en ten koste van onze natuur.”
In 2027 moet Nederland voldoen aan de Kaderrichtlijn Water (KRW). Het is zeer twijfelachtig of dat lukt als de overheid blijft toestaan dat bedrijven schadelijke stoffen blijven lozen. Recent heeft de Europese Commissie Nederland al in gebreke gesteld vanwege de “oneindige lozingsvergunningen”.