Faillissementsgolf kan fors gedempt worden door slim gebruik van surseance van betaling
De economische gevolgen van het coronavirus zullen met zekerheid leiden tot een faillissementsgolf van financieel kwetsbare bedrijven. Geen sector uitgezonderd! De vraag rijst welke maatregelen de overheid kan nemen om dit te voorkomen? Omvangrijke financiële maatregelen kunnen nooit alle nadelen van een forse recessie wegnemen als de crisis onverhoopt heel lang zal gaan duren.
De overheid heeft een zeer effectief juridisch instrument in handen om faillissementen van in de kern gezonde bedrijven te voorkomen; het aanvragen van een surseance van betaling. Dat is het verkrijgen van uitstel van betalingen van oude schulden.
Dit instrument houdt in dat oude schulden van het in surseance verkerende bedrijf worden bevroren vanaf de datum dat de surseance bij de rechter wordt aangevraagd. Voor iedere ondernemer kan dat dus de datum zijn dat de werkzaamheden weer worden hervat en omzet wordt gedraaid. Cruciaal voor een effectieve surseance is de vraag of er vanaf de dag dat surseance is verleend het bedrijf met winst draait. In vaktermen een positieve cash flow heeft. Alleen dan heeft een surseance zin en kan een in de kern gezond bedrijf zonder faillissement overleven. De oude schuld van voor de datum van de surseance wordt dan bevroren en kan via een later aan te bieden akkoord afgelost worden.
Tot aan deze crisis wees de surseance-praktijk aan dat het middel slechts het voorportaal was van uiteindelijk een faillissement. Die vaststelling is juist en gebaseerd op het feit dat bijna nooit een in de kern gezond bedrijf een surseance aanvraagt. Om de simpele reden dat er verliezen worden geleden die niet te stoppen zijn. Anders gezegd; een positieve cashflow of winst ontbreekt. In zo’n situatie worden de schulden alleen maar groter als de surseance van kracht blijft.
De huidige situatie is in juridisch en in economisch opzicht uniek. Van de ene op de andere dag zijn gezonde bedrijven gedwongen hun werkzaamheden te beperken of geheel stil te leggen. In de kern economisch gezonde bedrijven die als de crisis lang duurt in extreem zwaar weer gaan komen. Dat geldt voor grote bedrijven zoals KLM maar ook voor het eenmansbedrijf op de hoek van de straat en alles wat tussen deze twee uitersten in zit.
Curatoren en andere faillissementsdeskundigen focussen hun aandacht bij voorkeur op een doorstart na een faillissement. Logisch want zoals hiervoor is aangegeven is het instrument van surseance tot nu toe vaak een wassen neus gebleken. Als laatste redmiddel om een faillissement te kunnen voorkomen terwijl het bedrijf verlies leed.
Met een nieuwe en frisse blik naar een oud instrument kijken in de context van de huidige unieke economische situatie is dan ook zeer aan te raden. Niet alleen door de juridische discipline. Wel door financiële, juridische en andere experts gezamenlijk die ervaring hebben in crisismanagement en out of the box -oplossingen.
Mijn voorstel is om in ieder geval via noodwetgeving te regelen dat bedrijven die voor de crisis aantoonbaar winstgevend waren recht hebben op een surseance van betaling voor een nader te bepalen termijn. In die periode kan het bedrijf dan een overlevingsplan maken en uitvoeren onder streng toezicht van financiële deskundigen op haalbaarheid en overlevingskans. Een goede samenwerking tussen de huisbankier, accountant en bewindvoerder moeten zo’n surseance situatie verantwoord kunnen borgen.