Steden moeten mensen meer ruimte bieden en auto's minder
Wereldwijd worden in steeds meer steden verhitte debatten gevoerd over hoe de publieke ruimte meer geschikt gemaakt kan worden voor mensen. In Parijs is de snelweg langs de Seine uit het autonetwerk gehaald en zijn er autovrije zondagen. In Barcelona experimenteren ze met ‘ Superblocks ’: hele blokken die voor een deel autovrij worden gemaakt. In New York is al eerder ingegrepen op Times Square (maar daar wordt nog steeds over gediscussieerd. In Marseille is al jaren een groot deel van het centrum autovrij, en hetzelfde merkte ik afgelopen vakantie in diverse steden in Italië. Allemaal voorbeelden van steden die meer ruimte willen voor mensen en minder voor auto’s.
In de knel Ook in Amsterdam staat een en ander te gebeuren. Volgende maand wordt de Munt voor een groot deel autovrij. Dat zal goede gevolgen hebben voor het terugdringen van de dominantie van de auto in een groter gebied: op de Vijzelstraat en het Singel zullen voetgangers en fietsers dominant worden. Maar in andere delen van de stad, ook buiten het centrum, komen steeds meer mensen in de knel. In de 19e eeuwse gordel wonen heel veel mensen en is een grote dynamiek aan functies in de plint: veel nieuwe winkels, nieuwe horeca. En dat gaat gepaard met een ander gebruik van en beslag op de openbare ruimte. De opgave is dus ook hier om meer ruimte te maken voor andere functies.
Niet alleen GroenLinksers, maar bijvoorbeeld ook ondernemers zien in dat lokaal veel winst in de openbare behaald kan worden. De ondernemersvereniging van de Albert Cuyp ging samen met bewoners de boer op om te vragen of niet serieus onderzocht zou kunnen worden of de kop van de Van Woustraat, bij de ingang van de Albert Cuyp, autovrij kan worden. Zo komt er een betere doorloop van de Cuyp naar de Van Wou en andersom. Ook wordt de fietsbereikbaarheid dan flink verbeterd. En misschien kan er dan wel een tramhalte komen. Relevante vragen, maar er was een motie van GroenLinks in de gemeenteraad voor nodig om dat onderzoek uit te laten voeren. Gelukkig werd die vorige week aangenomen door een grote raadsmeerderheid.
Autovrije binnenring Daarnaast moeten we ook wat doen aan het doorgaande verkeer. In steden als Parijs zie je nou juist de ontwikkeling dat de doorgaande wegen worden afgesloten. Als je namelijk doorgaand verkeer uit de stad haalt, heeft dat een breder effect dan alleen lokaal op die straten, omdat mensen dan ook eerder voor andere vervoerswijzen zullen kiezen. En dat ga je uiteindelijk merken in de hele (binnen)stad. Daarom noemde ik afgelopen zaterdag in Het Parool de autoring Nassaukade, Stadhouderskade, Mauritskade (foutief aangeduid als Marnixkade) als optie voor een autovrije binnenring.
Dat is natuurlijk niet van vandaag op morgen geregeld, en op korte termijn is er ook wel degelijk winst te halen in het autovrij maken van juist de kleinere straten (of grachten). Maar toch wilde ik deze knuppel in het hoenderhok gooien. Er zou bijvoorbeeld begonnen kunnen worden met de ring op enkele plekken ‘door te knippen’, om het doorgaande verkeer nu al te weren. Uiteindelijk gaat het echter om een grotere systeemwijziging: met alternatieve vormen van vervoer, oog voor stedelijke distributie, beter openbaar vervoer en bredere en scootervrije fietspaden niet te vergeten!