Ongetwijfeld zullen commentatoren en oppositiepolitici de afgelopen dagen hebben beweerd dat de democratie onder druk staat door de noodwetprocedure van het kabinet in verband met ‘het gevoel van een asielcrisis’. De democratie staat echter al lang niet meer onder druk; ze druppelt al jarenlang het afvoerputje in, soms wat sneller, zoals nu. Het is te makkelijk om de huidige coalitiepartijen daarvan de schuld te geven. Zij zetten slechts de traditie van het verwaarlozen van de democratie voort. De pijnlijke waarheid is dat de partijen waar u waarschijnlijk ooit op heeft gestemd, of hun voorgangers, deze traditie zijn begonnen.
Het jongleren met de democratische beginselen van onze rechtsstaat (de grondrechten, de scheiding der machten, het legaliteitsbeginsel en de onafhankelijke rechtspraak), samen met partij- en coalitiebelangen, gebeurt immers al decennialang. Dit begon met de oprichting van de politieke partijen en ging vervolgens over in de kartelvorming die coalities worden genoemd. De dwang die partijen en coalities hun Kamerleden opleggen, is grondwettelijk verboden (artikel 67 lid 3 Gw) maar toch vaste praktijk. Meestal ging het jongleren van partij- en coalitiebelangen en het landsbelang nog wel behoorlijk, omdat ‘de redelijkheid’ als een onzichtbare hand soms nog meedeed. Maar ‘de redelijkheid’ wordt steeds vaker gezien als een bemoeizuchtige kracht die ook wel genegeerd kan worden, zoals bij de toeslagenaffaire of het Groningendossier bleek. Hoe heeft het zo ver kunnen komen? We hebben toch goede wetten en regels, een degelijke rechtspraak en een uitstekende ambtenarij? Dat klopt, en toch zijn er maar 76 Tweede Kamerleden nodig om deze waarborgen te kunnen omzeilen. Dat gebeurt nu met de noodwet, maar decennialang wordt er al geregeerd volgens de 76-stemmendoctrine: we kunnen doen wat we willen, want we hebben een meerderheid in de Tweede Kamer en DUS zijn we democratisch. Deze leugenachtige doctrine is zo genormaliseerd dat er nauwelijks nog vraagtekens worden gezet bij deze antidemocratische praktijk.
Niet alleen in de Tweede Kamer, maar ook in de Eerste Kamer, de Provinciale Staten en de gemeenteraden heerst het dominantie-denken. Wij zijn groter dan jij, dus wij bepalen. Onze democratie volgt de wetten van het schoolplein. Ja, u leest het goed: wij hebben een Pestkoppendemocratie. U kunt zelf bedenken wie de pestkoppen, de meelopers en de gepesten zijn. U begrijpt dat dit niet is hoe een democratie hoort te functioneren. Een democratie zou minderheden en kwetsbare groepen moeten beschermen en moeten functioneren in het landsbelang, zoals keurig beschreven staat in de maatschappijleerboeken van de middelbare school. Helaas hebben de BBB'ers wel de letters gelezen, maar de boodschap niet begrepen. De NSC'ers hebben de boodschap wel begrepen, maar faalden voor de praktische opdracht. En de PVV'ers en VVD'ers hebben de letters gelezen, de boodschap begrepen, en het vervolgens met boek en al de prullenbak in gegooid.
Tijdens de coalitieonderhandelingen lokten de, ironisch genaamde, Partij voor de Vrijheid en de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie het NSC met de belofte van een ongedefinieerd extraparlementair kabinet, terwijl het boerenmarketingbureau BBB geen democratische principes had die nog aan de kant geschoven moesten worden. Omzichtig hapte Pieter uiteindelijk toe en nu spartelt hij op de kant, terwijl Van der Plas wat stro verzamelt voor het vuur. Wilders en Yesilgöz scheuren alvast wat pagina’s uit de Grondwet om het vuur nog wat verder aan te wakkeren.
Het extra-antiparlementaire kabinet smeedt nu op dit antidemocratische vuur een noodwet, waarmee het parlement buitenspel wordt gezet. Maar maakt het iets uit? Niet echt, want de bal ging toch al niet richting het parlement. Is alle hoop dan verloren? We staan aan de afgrond, dat moge duidelijk zijn, maar er is hoop. De partijen die de redelijkheid nog als groot goed zien, hebben bij de komende verkiezingen misschien wel de laatste kans om het goede voorbeeld te geven en aan de kiezer laten zien dat de democratie meer kan zijn dan de Pestkoppendemocratie.