De journalist geeft de verkeerde indruk dat Europese subsidies goed besteed zijn en merendeel van de vluchtelingen om economische redenen vlucht
Van alle kanten word ik getipt over de EenVandaag uitzending van journalist Arnold Karskens over Eritrea. Meestal door Nederlanders die de situatie goed kennen en die van hun hart geen moordkuil maken: “Ik heb zitten stuiteren op de bank van boosheid. Ik kon niet geloven dat EenVandaag zoiets uitzendt. Journalisten horen neutraal te zijn en zij laten hun kijkers denken. Nou deze was zeker niet objectief.”
Karskens werd uitgenodigd door het regime, dat kosten noch moeite spaart om westerse journalisten op haar hand te krijgen. Dat lijkt op het eerste gezicht opmerkelijk. Eritrea staat op de laatste plaats van de internationale index voor persvrijheid. Onlangs riep VN-rapporteur Sheila Keetaruth op tot het vrijlaten van journalisten en politici die vijftien jaar geleden werden gearresteerd en waarvan sindsdien niets meer is vernomen.
Het Eritrese regime is in het Westen wanhopig op zoek naar positieve PR. De uitzending van EenVandaag prikt hier niet doorheen en blijft buitengewoon naïef. Alle misdadige regimes kennen natuurlijk een elite die zich het leven welgevoeglijk laat bekoren en daarnaast mensen die proberen het vege lijf te redden. Deze elite wordt door Karskens geïnterviewd. Het past in een nieuwe trend van artikelen over Eritrea waarin de situatie geschetst wordt als: “Slecht, maar niet zo heel slecht”.
De machthebbers worden volgens bronnen geholpen door ondermeer mijnbouwbedrijf Nevsum dat veel te winnen heeft bij een ander beeld van Eritrea, en dat het niet zo nauw neemt met mensenrechten. In Canada is nu door drie Eritrese vluchtelingen een rechtszaak aangespannen tegen dit mijnbedrijf , waarbij het bedrijf in verband wordt gebracht met slavernij in Eritrea. Het Canadese gerecht bepaalde vorige week dat de zaak gehoord mag worden omdat de rechtspraak in Eritrea niet toelaat daar een dergelijke proces te voeren.
Ook de Europese Unie hoopt op positieve verhalen, om zo de vluchtelingenstroom in te kunnen dammen. Karskens laat op tendentieuze wijze de indruk achter dat de Europese subsidies goed besteed zijn en het merendeel van de vluchtelingen om economische redenen is gevlucht.
Wat hij niet vertelt is dat het regime niet eens een begroting heeft en voor werk volledig afhankelijk is van de gedwongen slavenarbeid. Ieder discussie over een ‘betere betaling’ van slaven is niet alleen in de grond van de aard absurd, maar ontbreekt aan iedere logica omdat er geen enkele economische basis is voor de Eritrese munt noch voor de goederen die het land binnen komen. De financiën worden volledig beheerst door de legertop.
Het hallucinante beeld dat Karskens oproept is dat de vluchtelingen best terug zouden kunnen. Wat Karskens niet weet is dat het merendeel van de vluchtelingen dat terug gestuurd wordt, vrijwel onmiddellijk probeert het land weer te verlaten, omdat het in Eritrea veel te gevaarlijk is voor hen. Families zijn bewust en gewelddadig uit elkaar gerukt en er wordt grof geld verdiend aan de mobiele mensenhandel die hierdoor ontstaat.
Het Eritrese regime speelt handig in op de belangen van bedrijven zoals Nevsum en de EU. Diplomaten en journalisten verheugen zich op de toegang nadat het land eerder jarenlang gesloten bleef. Het mooie Asmara met zijn Art Deco – ook wel klein Rome genoemd, ontvouwt zich als een verassing aan hun voeten, en zij genieten van de cappuccino en de internetcafés die zij tot hun grote verwondering aantreffen.
Kamelen en ezeltjes creëren een romantisch orientalistisch beeld. Na een reis waarbij informanten door andere informanten in de gaten werden gehouden rapporteert de journalist aan het publiek dat alles zo slecht niet is. Sommigen slagen er overigens wèl in om de verborgen realiteit in Eritrea laten zien, zoals de franse rapportage: “A Visa for Eritrea, the African ‘North Korea’”, waarin de slavenarbeid en de angst van de bevolking voor de vele ondergrondse en geheime gevangenissen zichtbaar werd.
Vervolgens zal de veiligheidsraad zich ook buigen over de kwestie. Onlangs kwam een rapport uit van IGAD waarin opnieuw bleek hoe explosief de veiligheidssituatie is in de Hoorn en Oost Afrika, waar Al Shabaab aan terrein wint en IS, via Al Shabaab, vaste grond krijgt in Afrika.
De destabilisering van Ethiopië in de regio wekt veel zorg. IGAD definieert Al Shabaab nu als een transnationale veiligheidsbedreiging. De Monitoring Group van de veiligheidsraad rapporteert al jarenlang over de banden van Eritrea met Al Shabaab als basis voor sancties die de VN Veiligheidsraad instelde en die nog steeds van kracht zijn.
De indruk die de EenVandaag uitzending nalaat is dat het VN rapport overdreven is. Ons beeld is dat er juist veel méér aan de hand is dan wat het VN rapport heeft kunnen beschrijven. De situatie is veel ernstiger. Het criminele regime in Eritrea heeft veel te verbergen.
Update zondag 16 oktober:
Veel mensen reageren op de ‘Vakantie-Vierende Vluchtelingen’ die Karskens schetste in zijn rapportage. Het is duidelijk dat migranten die naar huis kunnen om vakantie te vieren geen vluchtelingen zijn. Hiervoor mag meer aandacht worden gevraagd. Wat Karskens echter suggereert is dat alle Eritrese vluchtelingen naar huis kunnen. Dat is een misvatting. De meerderheid van de Eritrese vluchteling wordt vervolgd en heeft wèl in Nederland bescherming nodig. Er moet dus onderscheid worden gemaakt tussen eventuele nep-vluchtelingen en vluchtelingen die wel degelijk en aantoonbaar worden vervolgd.