Waar de coronacrisis eerst gekenmerkt werd door het geprivilegieerd hamsteren van de één, zien we nu dat basisbehoeften als brood, pasta en rijst een luxe zijn geworden voor ‘de Ander’
Tijdens de eerste digitale raadsvergadering van de gemeente Amsterdam op 22 april benadrukte wethouder Everhardt het nogmaals: er zijn géén heilige huisjes. Hij refereerde daarmee aan aanstaande bezuinigingen om de gemeentelijke begroting rond te krijgen. De coronacrisis laat diepe gaten achter: 360 miljoen euro — indien de maatregelen worden verlengd tot 1 juni. Hoewel de financiële uitdagingen groot zijn, schuilt er op menselijk vlak een nóg groter probleem: de tweedeling tussen arm en rijk.
Een dag na de digitale raadsvergadering zagen we die tweedeling. Defensie bracht 22 pallets met 12.000 kilo aan voedselpakketten naar stadsdeel Zuidoost. Volgens de ontvangende stichting Carabic is de aanvraaglijst zo lang dat de hulpgoederen binnen één dag op kunnen zijn. Zo groot en zo ernstig is de behoefte. Tegelijkertijd sloeg het Social Pact — een collectief van tientallen sociaal maatschappelijke partijen in Zuidoost — alarm over de ontstane tekorten van de meest basale benodigdheden.
De lokale organisaties zeggen dat zonder deze hulp mensen minder te eten hebben en sommigen zelfs helemaal niet. Anders gezegd, waar de coronacrisis eerst gekenmerkt werd door het geprivilegieerd hamsteren van de één, zien we nu dat basisbehoeften als brood, pasta en rijst een luxe zijn geworden voor ‘de Ander’. Overigens is die tweedeling er niet één perse tussen stadsdelen. In Zuidoost zijn er immers genoeg bewoners te vinden die een luxe leven leiden en in het Centrum (of Nieuw-West ) zijn er die elk dubbeltje moeten omdraaien. Het gaat mij om deze onderklasse en in dit stuk richt ik mij specifiek op de situatie in Zuidoost.
Het zal voor niemand eigenlijk als een verrassing moeten komen dat het niet goed gaat met velen in Zuidoost. Begin februari concludeerde de branchevereniging van woningcorporaties dat de leefsituatie in de armere wijken zoals in Nieuw-West en Zuidoost sterk achteruit is gehold. In deze buurten is er sprake van een concentratie van sociaalmaatschappelijke problemen zoals armoede, slechte gezondheid, onveiligheid en criminaliteit.
Op 6 maart verscheen een uitgebreid artikel in de Volkskrant over het Bindelmeer College. In het artikel kwamen de zeer toegewijde onderwijsprofessionals aan het woord en zij vertelden hoe de school wordt meegesleurd in het oplaaiende wapengeweld van de afgelopen tijd. In de eerste maanden van het schooljaar hebben de docenten 30 messen afgepakt en er waren tenminste 40 geweld- en drugsgerelateerde incidenten. Als gevolg van het wapengeweld stelde burgemeester Halsema een onderzoek in naar stadsdeel Zuidoost en concludeerde dat het “ kenmerken vertoont van een verwaarloosde organisatie ”. Maar, zoals vaker is gebleken, verdwenen deze berichten net zo snel als ze op het nieuws kwamen.
De coronacrisis heeft echter opnieuw licht doen schijnen op de al sombere situatie voor velen, en deze verder onder druk gezet. De coronamaatregelen treffen de laagbetaalde, minder geschoolde, jonge, arbeider (met een migratieachtergrond) onevenredig hard. De kans is groot dat zij werkzaam zijn met flexbanen in de horeca, detailhandel of het toerisme — de drie sectoren die het zwaar te verduren hebben in Amsterdam. Het bedrijfsleven waarschuwt voor het verdwijnen van maar liefst 50.000 banen in de horeca en detailhandel. Met andere woorden, deze groep arbeiders vlogen er als eerste uit en, zoals bleek uit de crisis van 2008, zullen zij ook achteraan moeten aansluiten om een nieuwe baan te vinden. Een herstel naar het oude inkomensniveau kan dus jaren op zich laten wachten.
Terug naar de hulpactie van Defensie in Zuidoost. Ik nam contact op met Leila Azzam van stichting Carabic. Zij wist mij meer duiding te geven over de schrijnende situatie in Zuidoost: er is een grote en diverse groep die in voedselnood verkeert. Onder hen bevinden zich ongedocumenteerden die vóór de coronamaatregelen werk hadden, maar dat is inmiddels compleet stil komen te liggen. Vanzelfsprekend kunnen zij (vanwege het ontbreken van documenten) niet legaal werken, maken daarom geen aanspraak op een werkloosheidsuitkering en óók niet op een bijstandsuitkering noch voedselpakket van de Voedselbank.
Er zijn verder ouders die hun huishoudboekje enigszins gezond konden houden vanwege de financiële steun van hun (inwonende) kinderen. Maar nu zij geen werk meer hebben, moeten de ouders ook hún directe lasten opvangen. Sommige van deze ouders hadden al te kampen met een zogeheten AOW-gat en rondkomen van een uitkering onder het sociaal minimum (en leefden dus al vóór de coronacrisis in armoede; dit komt er bovenop).
Daarnaast is er een grote groep huishoudens die het hoofd nauwelijks boven water kan houden vanwege de strenge bijstandsregels. De gemeente houdt zich te strak aan de zogeheten ‘inspanningsperiode’ waardoor uitkeringsaanvragers maar liefst 28 dagen moeten wachten op het goedkeuren en ontvangen van de uitkering. En ook al wordt het toegekend, is de hoogte van de bijstandsuitkering onvoldoende om de vaste lasten te dragen vanwege vanwege de zogeheten kostendelersnorm (dat wil zeggen, de hoogte van de bijstandsuitkering neemt af naarmate er meerdere volwassenen zijn ingeschreven op één woonadres. Ik noem het een samenwoonboete).
Verder is er een groep gezinnen in de schuldhulp die al leefden van een habbekrats per week. Ook zij hebben nu behoefte aan voedselpakketten, omdat de kinderen de hele dag thuis zitten. Zonder de lovenswaardige en onmisbare hulp van organisaties zoals stichting Carabic (en anderen) zouden al deze mensen in voedselnood komen. Het is echter niet genoeg, er is structurele ondersteuning nodig zo meldt een vertegenwoordiger van het Social Pact. Het is voor sommigen wellicht onvoorstelbaar maar niet minder waar: zonder het goede werk van al die vrijwilligers en actieve burgers in Zuidoost, zouden onze mede-Amsterdammers hebben moeten slapen met een lege maag.
In deze omstandigheden is de eerste vraag die rijst: waar is de gemeente Amsterdam? De signalen van achterstand waren er al ver vóór de coronacrisis. En nu schreeuwen de lokale organisaties om hulp en ondersteuning. Uit navraag blijkt dat stichtingen zoals Carabic en Hoop voor Morgen voor 100% afhankelijk zijn van private donateurs en fondsen. Zij ontvangen nul subsidie van de gemeente Amsterdam terwijl er wel jaarlijks bijna 80 miljoen euro gaat naar de armoedevoorzieningen. Sterker nog, er is geeneens contact geweest met stichting Carabic. En stichting Hoop voor Morgen was de hele crisis op locatie om voedselpakketten uit te delen zonder financiële steun van de gemeente en zelfs mondkapjes. Onbegrijpelijk.
Toen ik dat vernam, moest ik denken aan de woorden van wethouder Everhardt: “er zijn geen heilige huisjes”. Geen heilige huisjes? Als we kijken naar de schrijnende situatie in Zuidoost dan kom ik tot een heel andere mening: er zijn wel degelijk heilige huisjes! Voor de fractie van DENK is dat de bestrijding van armoede en voedselnood. Er mag niemand in onze stad slapen met honger, of je nou over de juiste papieren bezit of niet. In de commissie zal ik daarom pleiten voor:
het verbeteren van de inkomenspositie (bv. het versnellen van de bijstandsaanvragen, het loslaten van de samenwoonboete (kostendelersnorm en om ook de schulden van oudere schuldenaren over te nemen));
het op orde brengen van de huishoudboekjes in samenwerking met de sociaal raadslieden;
de informatievoorzieningen voor de verschillende steunmaatregelen uit te breiden naar de andere talen van Amsterdam en haar eigen informatiepositie in de kwetsbare buurten te verbeteren;
daar waar mogelijk mensen proberen aan het werk te helpen in die sectoren waar er momenteel nog wel banen zijn en/of groei;
te onderzoeken hoeveel geld er vanuit de armoedevoorzieningen op de plank blijft liggen en deze aan te wenden om de (acute) voedselnood te bestrijden (ook voor ongedocumenteerden) en om lokale organisaties (financieel) te ondersteunen.
Dat zal ook onze inzet zijn voor de begrotingsbehandelingen. Anders gezegd: de fractie van DENK zal géén versie van de Voorjaarsnota steunen waarin er wordt bezuinigd wordt op armoedebestrijding. Wij hopen dat de rest van de gemeenteraad dat ook zo ziet.