Zolang Orbán aan de macht is in Hongarije dendert de onmenselijkheid tegen de LGBT-gemeenschap door.
De LGBT-gemeenschap heeft in Hongarije een ondragelijk bestaan door toedoen van Viktor Orbán en zijn partij Fidesz. Op de meest uiteenlopende en intuïtieve manieren wordt er strategisch keihard gediscrimineerd. Is dit de meest controversiële wet in Europa?
Onmenselijke inperkingen
Sinds het aantreden van premier Viktor Orbán is hij met zijn partij Fidesz stelselmatig de rechten van de LGBT-gemeenschap aan het inperken. In 2021 voerde Orbán de omstreden anti-LGBT wet in, tot afschuw van internationale mensenrechtenorganisaties, het merendeel van de Europese Unie en enkele oppositiepartijen. Bij het wetsvoorstel stemden 157 Kamerleden voor en slechts één tegen, omdat de linkse oppositie een boycot deed. Oorspronkelijk begon de anti-LGBT wet met het idee om kinderen te beschermen tegen pedofielen en daarop presenteerde Fidesz een serie maatregelen. Daarin kwam naar voren om ‘homo- en transseksuele propaganda’ tegen te gaan. Er is door de overheid opzettelijk een verband gecreëerd tussen pedofilie en LGBT.
Een blik op de inperkingen laat zien hoe onmenselijk het eraan toe gaat tegen de kwetsbare minderheid. Sinds het intreden van de anti-LGBT wet is het verboden om homoseksualiteit te promoten en erover te praten met minderjarigen. LGBT-onderwerpen zijn tussen 5.00 en 22.00 uur niet toegestaan op televisie en het is voor bedrijven illegaal om reclame te maken in solidariteit met de gemeenschap. Uit het onderwijs is alles dat te maken heeft met homoseksualiteit, geslachtsveranderingen en het praten over LGBT verbannen. Enkel door de overheid geselecteerde professionals mogen nog seksuele voorlichting geven, maar dat mag alleen gaan over de manier ‘zoals God het bedoeld heeft’.
Verder maakt de wet het juridisch onmogelijk om van geslacht te wisselen en is het zowel homoseksuelen als lesbische paren verboden om een kind te adopteren of opvoeden. Tot voor kort konden buren anoniem aangifte doen bij de politie indien dit wel gebeurde. Een huwelijk tussen gelijke geslachten is bij wet nooit mogelijk geweest in Hongarije. Bij een overtreding op al het bovenstaande, krijg je een boete of gevangenisstraf. In de LGBT-wet is expres vaag taalgebruik gehanteerd om vrees aan te wakkeren en dit heeft verre gevolgen. De gehele expressievrijheid van de gemeenschap is ingeperkt en door de strategisch doordachte onderdrukking is homofobie en geweld toegenomen. In Boedapest is de realiteit dat paren van hetzelfde geslacht bang zijn hand in hand over straat te gaan, want dit zou namelijk gezien kunnen worden als het promoten van homoseksualiteit.
Hoop en vrees
En de censuur gaat verder, want de Hongaarse bevolking stuitte afgelopen zomer op een nieuwe toevoeging. Boekenwinkels dienen voortaan alle boeken die LGBT-onderwerpen aansnijden in plastic te wikkelen, zodat minderjarigen er niet in kunnen kijken. Lira, de tweede grootste boekhandel van het land, kreeg al een boete van dik dertigduizend euro. De roman Heartstopper lag bij de jeugdliteratuur en was niet in plastic verwikkeld. Lira noemt de boete disproportioneel en vindt de regelgeving onduidelijk. De boekenwinkel vecht de boete aan met alle juridische middelen die het heeft.
Even leek er hoop te schuilen in Katalin Novák, de eerste vrouwelijke president van Hongarije. Doorgaans een ceremoniële rol, haalde zij het discriminerende karakter van de anti-LGBT wet aan en hamerde op parlementaire actie. In 2023 resulteerde dit in een kleine verandering. Voortaan kunnen burgers niet meer anoniem aangifte doen bij de politie wanneer een koppel van hetzelfde geslacht een kind opvoedt. Verdere aanpassingen bleven vooralsnog uit. In februari 2024 stapte Novák op onder druk van massale protesten wegens een pedofielen-rel. Ze had gratie verleend aan een man die was veroordeeld voor het verdoezelen van seksueel misbruik onder minderjarigen. Het sprankje hoop voor de LGBT-gemeenschap is vergaan en men is terug bij af.
Genderpropaganda
Het straatbeeld van Boedapest is in 2024 slachtoffer geworden van campagnes tegen de zogenaamde ‘genderpropaganda’ van Brussel. Orbán en Fidesz geven miljoenen uit aan reclamecampagnes door heel de stad om de mening van het volk te sturen tegen LGBT, maar ook tegen vluchtelingen, Brussel en Oekraïne. De anti-LGBT-wet ligt momenteel door toedoen van de Europese Unie, gesteund door vijftien lidstaten, bij het Europese Hof van Justitie. Of de uitspraak zal leiden tot enkel en alleen sancties is niet te hopen. Orbán gebruikt namelijk chantage-trucs om aan zijn EU-geld te komen. Recentelijk blokkeerde hij sancties tegen Rusland, het sturen van wapens naar Oekraïne en een NAVO-lidmaatschap van Zweden. Afgelopen maand werd bekend dat het Europese Parlement nu Ursula von der Leyen en haar Commissie voor de rechter sleept, omdat men niet had mogen meegaan in de spelletjes van Orbán.
Zolang Orbán aan de macht is in Hongarije dendert de onmenselijkheid tegen de LGBT-gemeenschap door. Voorlopig lijkt daar zowel op nationaal als internationaal vlak weinig verandering in te komen. Want luisteren naar sancties doet Hongarije niet.