Overduidelijk kunnen hedgefondsen dit nu doen door de duizenden miljarden die door centrale banken beschikbaar zijn gesteld, notabene tegen recessies, uit publiek belang
Nederlandse beursbedrijven staan steeds vaker onder druk van activistische aandeelhouders. Dit zijn veelal Anglo-Amerikaanse hedgefondsen, zoals het Amerikaanse Elliott, Thirdpoint, Cat Rock en het Britse Oceanwood.
Bij Shell (nu nog ook Nederlands), Just Eat Takeaway, Intertrust en Ahold eisen deze aandeelhouders ingrijpende strategische keuzes, als afstoten of splitsen van onderdelen, of juist fusies en overnames. Het komt in Nederland ‘opvallend vaak voor’, zegt ook de beleggersvereniging VEB.
Hoe komt dat? De fondsen zelf zeggen dat bedrijven ‘te veel vet hebben’. Lees: te weinig financieel rendement maken en winst uitkeren. Het FD volgde dit frame in een recent artikel over een ‘activistische’ aandeelhouder , zoals ze het hedgefonds noemen. Is wat Anglo-Amerikaanse fondsen als vet zien, niet deels brede welvaart?
‘Onderprestatie’ hangt maar net af van de termijn die je hanteert. En van wat je schaart onder relevante belanghebbenden. Hoe presteert het bedrijf voor werknemers, natuur, klimaat, maatschappij, overheid, toekomstige generaties?
Misschien is het vet deels wel de verbinding met overheden, vakbonden, kennisinstellingen, regio’s. En zijn het de overblijfselen van onze Rijnlandse ‘multistakeholder’ bedrijfstraditie. Van familiebedrijven, van Frits Philips, Albert Heijn. Iets waar we nu wel steeds vaker over praten, maar wat juist ongekend onder druk staat. Iets dat in de afgelopen decennia al tot op het bot is uitgekleed.
Activistisch klinkt misschien betrokken, maar niks is minder waar. Op een enkele uitzondering na, is het doel zélf zoveel mogelijk financieel rendement behalen. En het is best mogelijk dat brede welvaart voor hén op korte termijn minder oplevert dan een strategie gericht op maximaal financieel rendement.
Ze zullen financieel profiteren als dankzij een pr-campagne de koers omhoog schiet. En door overnames, samenvoegingen, afsplitsingen zijn financieel voordelen te behalen op korte termijn. Al is het maar door dividenduitkering.
Toch is veelvuldig aangetoond dat dit zelden goed uitpakt voor de langetermijnprestatie van het bedrijf zelf; van werknemers, klanten, maatschappij, maar zelfs aandeelhouders. FD: “Tegelijk zijn er wel negatieve gevolgen voor de operationele kasstroom. Daardoor blijkt het initiële positieve effect op de marktwaarde na enkele jaren te zijn uitgewerkt, en zelfs omgedraaid.” Ten koste van personeelsbestand, investeringen en aandacht voor maatschappij.
Het blijft een bizar fenomeen. Overduidelijk kunnen hedgefondsen dit nu doen door de duizenden miljarden die door centrale banken beschikbaar zijn gesteld, notabene tegen recessies, uit publiek belang. En nu kunnen ze hier bedrijven kopen. Veelal zonder binding met lokale gemeenschap; met amper belang bij lokaal welzijn, open ze onze arbeidscontracten, gebouwen, intellectueel eigendom, zelfs politieke invloed.
Hoe kunnen we omgaan met deze dreigende waarde vernietiging? Wellicht zou het helpen als we de maatschappelijke impact van bedrijven eens gaan meerekenen. Via een maatschappelijke jaarrekening.